Wijziging Regeling aanwijzing bevoegde autoriteiten Rijnvaartpolitiereglement 1995

Besluit van de Minister van Verkeer en Waterstaat, houdende wijziging van de Regeling aanwijzing bevoegde autoriteiten Rijnvaartpolitiereglement 1995

13 april 2005

Nr. HDJZ/SCH/2005-954

Hoofddirectie Juridische Zaken

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op artikel 3 van het Besluit Rijnvaartpolitiereglement 1995;

Besluit:

Artikel I

Artikel 1 van de Regeling aanwijzing bevoegde autoriteiten Rijnvaartpolitiereglement 1995 wordt gewijzigd als volgt:

A

Het vierde lid wordt gewijzigd als volgt:

1. De aanhef komt te luiden als volgt: De hoofdingenieur-directeur van Rijkswaterstaat Oost-Nederland, Zuid-Holland, Utrecht en Limburg, ieder voorzover het zijn ambtsgebied betreft, in de artikelen:.

2. ‘1.21, eerste lid;’ vervalt.

3. Na ‘6.29, onderdeel b;’ wordt ingevoegd: 6.30, vierde lid;.

4. ‘7.08, eerste en tweede lid’ wordt vervangen door: 7.08, eerste en derde lid.

5. ‘9.09, tweede en derde lid’ wordt vervangen door: 9.09, eerste en derde lid.

6. ‘11.01, tweede lid’ wordt vervangen door: 11.01, vijfde lid.

7. ‘11.02, tweede en vierde lid’ wordt vervangen door: 11.02, tweede en derde lid, onderdelen 3.4c, 3.5d en e, 3.6 en 3.7.

8. ‘11.03, eerste lid, onderdeel d, tweede lid, onderdeel a, en derde lid, onderdelen a en d;’ vervalt.

9. ‘12.01, eerste lid, onderdeel h, tweede en vierde lid’ wordt vervangen door: 12.01, eerste lid, onderdeel h, tweede, vierde en zesde lid.

B

Onder vernummering van het vijfde lid tot zesde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

5. voor artikel 1.21, eerste lid: de hoofdingenieur-directeur van Rijkswaterstaat in wiens regio een bijzonder transport aanvangt, voor het totale gedeelte van de bij het rijk in beheer zijnde vaarweg of vaarwegen waarop dat bijzonder transport zal varen.

Artikel II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Verkeer en Waterstaat, K.M.H. Peijs.

Toelichting

In artikel 1.21, eerste lid, van het Rijnvaartpolitiereglement 1995, wordt bepaald dat een bijzonder transport op een vaarweg slechts is toegestaan met een bijzondere vergunning van de bevoegde autoriteit van het gedeelte van de vaarweg waarop zal worden gevaren.

Door middel van de onderhavige beschikking wordt als zodanige bevoegde autoriteit de hoofdingenieur-directeur van de regio van Rijkswaterstaat aangewezen waar een bijzonder transport een aanvang neemt. Zijn bevoegdheid als bevoegde autoriteit strekt zich uit tot het totale gedeelte van de vaarweg of vaarwegen dat in beheer is bij het rijk en waarop het bijzondere transport zich zal begeven. Deze hoofdingenieur-directeur is daarmee ook degene die overeenkomstig artikel 1.21, eerste lid, van het Rijnvaartpolitiereglement 1995, na overleg met de hoofdingenieur-directeur van Rijkswaterstaat van een regio waarin het transport zich eveneens zal begeven, de voorschriften vaststelt waaraan dat transport moet voldoen.

Op deze wijze wordt voorkomen dat de initiatiefnemer van een bijzonder transport bij iedere regio van Rijkswaterstaat waarin het transport zich zal begeven apart een vergunning moet aanvragen.

Voor het overige is door middel van de onderhavige wijziging de nummering van de Regeling aanwijzing bevoegde autoriteiten Rijnvaartpolitiereglement 1995 weer in overeenstemming gebracht met de laatste wijzigingen van dat Rijnvaartpolitiereglement 1995, en is de term regionale directie van het Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat geschrapt, omdat deze thans niet meer wordt gebruikt.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

K.M.H. Peijs

Naar boven