Prognose aantal te huisvesten vergunninghouders
30 maart 2005
Nr. DDS/5337773/05/SCV
Directoraat-Generaal Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken
De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie,
Gelet op artikel 60b, tweede en vierde lid, van de Huisvestingswet;
Maakt bekend:
Het aantal nieuwe vergunninghouders in wier huisvesting in de periode
van 1 juli 2005 tot en met 31 december 2005 naar verwachting zal dienen te
voorzien bedraagt, als bedoeld in artikel 60b, eerste lid, van de Huisvestingswet
en onverminderd eerdere wettelijke taakstellingsverplichtingen, 5.100.
De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie,M.C.F.
Verdonk.
Toelichting
Deze bekendmaking betreft het aantal te huisvesten vergunninghouders in
de periode 1 juli 2005 tot en met 31 december 2005. Hierbij gaat het om de
huisvesting van vergunninghouders die in de centrale opvang zitten en aan
wie op grond van de Vreemdelingenwet 2000 een vergunning voor bepaalde tijd
asiel is verleend dan wel van vergunninghouders wier asielgerelateerde verblijfstitel
sinds het tijdstip van inwerkingtreding van de Vreemdelingenwet 2000 onder
de reikwijdte van de taakstellingensystematiek van de Huisvestingwet valt.
Hierbij is allereerst de prognose van het aantal te huisvesten vergunninghouders
voor de komende taakstellingsperiode bepalend. Dit aantal is geprognosticeerd
op 3.250 vergunninghouders. Ook dient te worden bepaald hoeveel vergunninghouders
naar verwachting op 1 juli 2005 in de opvang verblijven en nog uitgeplaatst
dienen te worden. Dit aantal is vooralsnog berekend op 1.850 vergunninghouders.
Het betreft hier vergunninghouders, die naar verwachting gedurende de tweede
helft van 2005 naar de gemeenten moeten worden uitgeplaatst, mits de opgelegde
taakstelling voor de eerste helft van 2005 volledig zal worden gerealiseerd.
Dit betekent dat de huisvestingstaakstelling voor het tweede halfjaar
van 2005 5.100 vergunninghouders bedraagt. De gemeenten zullen hierover nog
in een afzonderlijke circulaire van de Minister van VROM en mij op de hoogte
worden gebracht.
Ten slotte zij nog opgemerkt dat, gebaseerd op het huidige inzicht, naar
verwachting gedurende de periode 1 januari 2006 tot en met 30 juni 2006 in
totaal 3.250 nieuwe vergunninghouders van huisvesting in de gemeenten dienen
te worden voorzien. Bij deze omvang is geen rekening gehouden met nog voorafgaande
aan deze periode van kracht zijnde huisvestingsverplichtingen.