Verkeersbesluit kitesurfzones Friese IJsselmeerkust

Besluit tot het nemen van een verkeersbesluit voor aanwijzen van een aantal locaties langs de Friese IJsselmeerkust waar kitesurfen is toegestaan

14 februari 2005

Nr. 816 BEY.05

Rijkswaterstaat IJsselmeergebied

De Minister van Verkeer en Waterstaat

Begripsbepaling

In de beschikking wordt verstaan onder:

1. `de hoofdingenieur-directeur', de hoofdingenieur-directeur van de Rijkswaterstaat in de directie IJsselmeergebied, Postbus 600, 8200 AP te Lelystad;

2. `het dienstkringhoofd', het hoofd van de dienstkring IJsselmeer en Markermeer van de Rijkswaterstaat, Postbus 600, 8200 AP te Lelystad.

Overwegingen ten aanzien van het besluit

Vereiste van besluit

Op grond van het bepaalde in artikel 2 van het Besluit administratieve bepalingen scheepvaartverkeer moet het bevoegd gezag een verkeersbesluit nemen voor het aanwijzen van vaarwegen of gedeelten daarvan waarop het verbod, zoals bedoeld in artikel 9.05 tweede lid van het Binnenvaartpolitiereglement, overdag niet van toepassing is.

Op grond van artikel 2, eerste lid onder a, 1, van de Scheepvaartverkeerswet ben ik bevoegd dit verkeersbesluit te nemen.

Belangenafweging en motivering

In de afgelopen tijd heeft een groot aantal mensen de sport kitesurfen ontdekt. Op grond van het feit dat steeds meer mensen deze sport willen uitoefenen, is de behoefte aan kitesurfgebieden toegenomen.

Uit het oogpunt van veiligheid voor de kitesurfers en het scheepvaartverkeer is de `Werkgroep Kitesurfen Friese IJsselmeerkust' in het leven geroepen. Deze werkgroep bestaat uit vertegenwoordigers uit de watersportbranche, de betreffende gemeenten, natuurorganisaties, de kitesurfscholen/verenigingen die in het gebied werkzaam zijn en een vertegenwoordiger van Rijkswaterstaat IJsselmeer/Markermeer.

Na overleg is de werkgroep tot een gezamenlijk voorstel gekomen dat heeft geleid tot het voorstel om bepaalde locaties voor te dragen als kitesurfzone.

Bij het bepalen van de locaties is rekening gehouden met:

1. de afstand tot de scheepvaartroute;

2. de scheiding van diverse recreatievormen zoals zwemmen en windsurfen (niet zijnde kitesurfen);

3. het houden van voldoende afstand tot de aangewezen gebieden vallende onder de Natuurbeschermingswet;

4. de spreiding van de kitesurflocaties langs de Friese IJsselmeerkust ten behoeve van de recreatieondernemers.

Gevolgde procedure

Bij brief van 24 november 2004 heeft de Gedeputeerde Staten van Fryslân een verzoek ingediend om de door hen voorgestelde kitesurfzones te aanvaarden. Voornoemd verzoek is binnengekomen op 30 december 2005 en staat geregistreerd onder het nummer 192.

Gelet op de aard en inhoud van de te nemen beschikking is de voorbereidingsprocedure van afdeling 4.1.2 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.

Bij afwezigheid van aanwijzingen in andere richting kan worden aangenomen dat er geen belanghebbenden zijn die naar verwachting bedenkingen zullen hebben tegen de voorgenomen beschikking. Derhalve is het horen ingevolge artikel 4:8 van de Algemene wet bestuursrecht achterwege gelaten.

Besluit

Op grond van bovenstaande overwegingen besluit ik conform de bij dit besluit behorende tekeningen1:

1. Gemeente Wûnseradiel, Surfstrand en Kornwerderzand, kitesurfen toegestaan tussen 1 mei en 1 oktober

2. Gemeente Wûnseradiel, Holle Poarte, kitesurfen toegestaan tussen 1 oktober en 1 mei (met een proefperiode van 1 jaar)

3. Gemeente Nijefurd, Workum it Soal, kitesurfen toegestaan gedurende het hele jaar binnen de aangegeven lijnen (met een proefperiode van 1 jaar)

4. Gemeente Nijefurd, tussen Badpaviljoen en Hindeloopen, kitesurfen gedurende het hele jaar toegestaan

5. Gemeente Nijefurd, Stavoren de Potvis, kitesurfen gedurende het hele jaar toegestaan

6. Gemeente Gaasterlân-Sleat, Minser Klif, kitesurfen gedurende het hele jaar toegestaan

7. Gemeente Lemsterland, Strand Lemmer, kitesurfen toegestaan tussen 1 oktober en 1 mei.

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,namens deze,
de hoofdingenieur-directeur,
namens deze,
het hoofd van de dienstkring IJsselmeer en Markermeer,
J.A. Kram.

1 De tekeningen liggen ter inzage bij Rijkswaterstaat, District IJsselmeer en Markermeer, afdeling BEIJ, Albert Einsteinweg 4, 8200 AP Lelystad.

Bezwaar

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan tegen dit besluit binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt, een bezwaarschrift worden ingediend. Het bezwaarschrift moet worden gericht aan de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat en worden gezonden aan de hoofdingenieur-directeur van de Rijkswaterstaat in de directie IJsselmeergebied, ter attentie van de afdeling Juridische Zaken, Postbus 600, 8200 AP te Lelystad.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

a. naam en adres van de indiener;

b. de dagtekening;

c. een omschrijving van het besluit, waartegen het bezwaar is gericht en

d. de gronden van het bezwaar.

Indien een bezwaarschrift is ingediend, is het mogelijk om daarnaast een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening in te dienen.

Een dergelijk verzoek dient te worden gericht aan de president van de Arrondissementsrechtbank binnen het rechtsgebied, waarin de indiener van het bezwaarschrift zijn woonplaats heeft. Het verzoek dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

a. de naam en het adres van de verzoeker;

b. de dagtekening;

c. de gronden van het verzoek (motivering).

Bij het verzoek dient voorts een afschrift van het bezwaarschrift te worden overgelegd. Zo mogelijk wordt tevens een afschrift van het besluit, waarop het geschil betrekking heeft, overgelegd.

Naar aanleiding van het verzoek kan de bevoegde president een voorlopige voorziening treffen, indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.

Voor de behandeling van een verzoek om een voorlopige voorziening wordt een bedrag aan griffierecht geheven. De griffier van de betrokken Arrondissementsrechtbank wijst de verzoeker na indiening van diens verzoek op de verschuldigdheid van het griffierecht en bericht de verzoeker binnen welke termijn en op welke wijze het verschuldigde griffierecht moet worden voldaan.

Indien het bezwaar- en/of verzoekschrift in een vreemde taal is gesteld en een vertaling voor een goede behandeling van het verzoek noodzakelijk is, dient de indiener zorg te dragen voor een vertaling.

Inlichtingen

Voor het verkrijgen van inlichtingen kan men zich wenden tot de coördinator nautisch beheer van de dienstkring IJsselmeer en Markermeer, de heer J. Portijk, tel. 0320-299013 (06-20407464).

Naar boven