Wijziging Regeling naturalisatietoets

Regeling van de Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie van 1 februari 2005, nr. INDUIT05-152, tot wijziging van de Regeling naturalisatietoets van 13 maart 2003

De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie in zijn hoedanigheid van minister van het Koninkrijk,

Besluit:

Artikel I

De Regeling naturalisatietoets wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

Onder plaatsing van het cijfer 1 voor de tekst van het huidige artikel 2 wordt een tweede lid toegevoegd, dat komt te luiden:

2. De in artikel 4 van het Besluit naturalisatietoets genoemde verzoeker die niet is ontheven van de onderdelen luisteren en spreken, kan worden verplicht de onderdelen luisteren en spreken van de naturalisatietoets af te leggen door middel van een telefoontoets. De telefoontoets, onderdelen luisteren en spreken, is de toets zoals in opdracht van het Ministerie van Justitie ontwikkeld door het CINOP te Den Bosch tussen 18 december 2003 en 1 november 2004 en zoals op laatstgenoemde datum aan het Ministerie van Justitie in eigendom geleverd.

B

In artikel 4, eerste lid wordt na de eerste volzin een tweede volzin toegevoegd, luidende:

De resultaten van de telefoontoets, onderdelen luisteren en spreken, worden met behulp van een computer met spraakherkenner beoordeeld.

Artikel II

1. Deze regeling wordt met de toelichting in de Staatscourant gepubliceerd.

2. Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie
in zijn hoedanigheid van minister van het Koninkrijk, M.C.F. Verdonk.

Toelichting

A. In het kader van de beoogde Wet inburgering in het buitenland is een zogenaamd basisexamen inburgering ontwikkeld, dat via een directe telefonische verbinding met een computer zal worden afgenomen. Dit basisexamen inburgering zal tevens worden aangewend voor de afname van de telefoontoets in het kader van een beroep op gedeeltelijke ontheffing van de naturalisatietoets door de (aspirant-)verzoeker tot naturalisatie die niet (op de gebruikelijke wijze) in staat is te lezen of te schrijven of beide te doen. Het betreft dan met name de visueel gehandicapte en ongeletterde (aspirant-)verzoeker, maar ook de betrokkene die vanwege een lichamelijke belemmering niet in staat is het toetsenbord of de muis te bedienen. Deze categorie (aspirant-)verzoekers zal de onderdelen maatschappij oriëntatie, luisteren en spreken van de naturalisatietoets met behulp van de telefoontoets dienen af te leggen. De resultaten van de telefoontoets in het kader van naturalisatie worden beoordeeld op het voor de naturalisatietoets vastgestelde niveau 2 voor NT-2 (Nederlands als tweede taal, referentiekader niveau 2).

De telefoontoets, onderdelen luisteren en spreken, is in opdracht van het Ministerie van Justitie door CINOP te Den Bosch ontwikkeld. De toets wordt afgenomen door middel van een telefonische verbinding met een computer. De (aspirant-)verzoeker toont zijn taalvaardigheden door adequaat te reageren op de vragen die de computer stelt.

Technische afname van het onderdeel maatschappij oriëntatie is momenteel nog niet mogelijk. Zolang deze mogelijkheid ontbreekt, is voor de desbetreffende categorie (aspirant-)verzoekers sprake van ontheffing van dit onderdeel. Medio 2005 zal telefonische afname van het onderdeel maatschappij oriëntatie wel mogelijk zijn.

Hoewel de telefoontoets onderdeel is van de naturalisatietoets, is er toch sprake van een nieuw ontwikkelde toets. Om deze reden wordt artikel 2 opgedeeld in een eerste en een tweede lid.

B. Een tweede wijziging betreft de wijze waarop de resultaten van de telefoontoets worden beoordeeld. Het examen wordt afgenomen door middel van een telefonische verbinding met een computer. De antwoorden van de (aspirant-)verzoeker worden gedigitaliseerd en door een speciaal ontworpen spraakherkenner vergeleken met het Nederlands van personen die deze taal als moedertaal hebben. De prestaties worden uitgedrukt in een score die gerelateerd kan worden aan de niveaus van het Europees Raamwerk voor Moderne Vreemde Talen (het CEF).

Naar boven