Wijziging Regeling contingentering zeevis

Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 29 december 2005, nr. TRCJZ/2005/3546, houdende wijziging van de Regeling contingentering zeevis

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op de verordening van 22 december 2005 van de Raad van de Europese Unie tot vaststelling, voor 2006, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften;

Gelet op de artikelen 3 en 4 van het Reglement zee- en kustvisserij 1977;

Besluit:

Artikel I

De bijlage bij de Regeling contingentering zeevis1 wordt vervangen door de bij deze regeling gevoegde bijlage.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2006.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
overeenkomstig het door de minister genomen besluit:
de Directeur-Generaal, A. Oostra.

Bijlage bij de Regeling contingentering zeevis

a. Vissoorten en vangstgebieden, bedoeld in artikel 1:

Vissoort

Vangstgebied

 

Blauwe wijting

in de deelgebieden

I, II, III, IV, V, VI, VII, VIIIa, b, d, e, XII en XIV (EG- en Internationale wateren) tezamen

   

Haring

in de deelgebieden

I en II (EG-, Noorse en Internationale wateren) tezamen

 

in deelgebied

IV ten noorden van 53°30' NB

 

in de sectoren

IVc en VIId tezamen

 

in de sectoren

Vb (EG-wateren), VIa-Noord en VIb tezamen

 

in de sectoren

VIa-Zuid en VIIb en c tezamen

 

in de sectoren

VIIg, h, j en k tezamen

   

Horsmakreel

in de sector

in deelgebied

IIa (EG-wateren) en

IV (EG-wateren) tezamen

 

in de sectoren

in de deelgebieden

Vb (EG-wateren), VIIIa, b, d, e, en

VI, VII, XII en XIV tezamen

   

Kabeljauw

in de sector

in deelgebied

IIa (EG-wateren) en

IV tezamen

   

Makreel

in de sectoren

in deelgebied

IIa (EG-wateren), IIIa, IIIb, c, d, en

IV tezamen

 

in de sectoren

in de deelgebieden

IIa (excl. EG-wateren), Vb (EG-wateren) en VIIIa, b, d, e en

VI, VII, XII en XIV tezamen

   

Schol

in de deelgebieden

IIa (EG-wateren) en IV tezamen

   

Tong

in de deelgebieden

II en IV (EG-wateren) tezamen

   

Wijting

in de sector

in deelgebied

IIa (EG-wateren) en

IV tezamen

   

Grote zilvervis

in de deelgebieden

V, VI, VII tezamen

b. Aanverwante vissoorten, bedoeld in artikel 1:

bij Tong:

Schol

bij Schol:

Tong

bij Kabeljauw:

Wijting

bij Wijting:

Kabeljauw

c. Hoeveelheden kabeljauw en wijting, bedoeld in artikel 7, eerste lid onderdeel a:

Kabeljauw:

125 kg

Wijting:

100 kg

d. Hoeveelheid makreel, bedoeld in artikel 8, eerste lid onderdeel a:

Makreel:

60 kg

e. Percentages, bedoeld in artikel 10, eerste lid:

Vissoort

Vangstgebied

 

Percentage

Blauwe wijting

in de deelgebieden

I, II, III, IV, V, VI, VII, VIIIa, b, d, e, XII en XIV (EG- en Internationale wateren) tezamen

53,7227

    

Haring

in de deelgebieden

I en II (EG-, Noorse en Internationale wateren) tezamen

102,1032

 

in deelgebied

IV ten noorden van 53°30’ NB

78,9080

 

in de sectoren

IVc en VIId tezamen

63,3718

 

in de sectoren

Vb (EG-wateren), VIa-Noord en VIb tezamen

113,3091

 

in de sectoren

VIa-Zuid en VIIb, c tezamen

110,0959

 

in de sectoren

VIIg, h, j en k tezamen

84,7531

    

Horsmakreel

in de sector

in deelgebied

IIa (EG-wateren) en

IV (EG-wateren) tezamen

100,8537

 

in de sectoren

Vb (EG-wateren), VIIIa, b, d, e (excl. Spaanse en Portugese wateren) en

 
 

in de deelgebieden

VI, VII, XII en XIV tezamen

101,5299

    

Kabeljauw

in de sector

in deelgebied

IIa (EG-wateren) en

Noordzee tezamen

84,6746

    

Makreel

in de sectoren

IIa (excl. EG-wateren), Vb (EG-wateren) en VIIIa, b, d, e en

 
 

in de deelgebieden

VI, VII, XII en XIV tezamen

103,7869

    

Schol

in de deelgebieden

IIa (EG-wateren) en IV tezamen

96,8539

    

Tong

in de deelgebieden

II en Noordzee (EG-wateren) tezamen

94,2672

    

Wijting

in de sector

in deelgebied

IIa (EG-wateren) en

Noordzee tezamen

87,2907

    

Grote zilvervis

in de deelgebieden

V, VI, VII tezamen

100,0001

f. Hoeveelheden, bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel b, artikel 8, eerste lid, onderdeel b en artikel 8a:

Kabeljauw:

34.085 kg

Wijting:

14.732 kg

Makreel:

755 kg

Horsmakreel:

597.436 kg

Toelichting

Onderhavige wijzigingsregeling geeft uitvoering aan de verordening van 22 december 2005 van de Raad van de Europese Unie tot vaststelling, voor 2006, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften. Door het vervangen van de bijlage bij de Regeling contingentering zeevis wordt op de gebruikelijke wijze nationaal uitvoering gegeven aan voornoemde verordening, waarbij de maximaal toegestane vangstmogelijkheden voor 2006 worden vastgesteld.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

overeenkomstig het door de minister genomen besluit:

de Directeur-Generaal,

A. Oostra

  • 1

    Stcrt. 1993, 252; laatstelijk gewijzigd bij regeling van 29 december 2004 (Stcrt. 253).

Naar boven