Besluit tijdelijk voor toekenning beschikbaar stellen van nummer 14020

Besluit van de Minister van Economische Zaken van 22 december 2005, nr. TP/MO 5728300, houdende het tijdelijk voor toekenning beschikbaar stellen van nummer 14020 (Besluit tijdelijk voor toekenning beschikbaar stellen van nummer 14020)

De Minister van Economische Zaken,

Gelet op artikel 4.2, vijfde lid, van de Telecommunicatiewet;

Besluit:

Artikel 1

In dit besluit wordt onder nummerplan verstaan het Nummerplan Telefoon- en ISDN- dienst1 .

Artikel 2

1. Het college kan, in afwijking van het bepaalde in bijlage 1 van het nummerplan, het nummer 14020 toekennen voor de bestemming contactcentra van de gemeenten.

2. De mogelijkheid om op grond van dit besluit een nummer toe te kennen als bedoeld in het eerste lid, vervalt op de datum van inwerkingtreding van het in voorbereiding zijnde besluit tot wijziging van het nummerplan met dezelfde strekking, dan wel op de datum dat wordt afgezien van deze wijziging.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Artikel 4

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit tijdelijk voor toekenning beschikbaar stellen van nummer 14020.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Economische Zaken, L.J. Brinkhorst.

Toelichting

In het voorliggende besluit wordt met gebruikmaking van de daartoe in artikel 4.2, vijfde lid, van de Telecommunicatiewet geboden mogelijkheid, vooruitlopend op een bredere aanpassing van de 14-serie in het nummerplan telefoon- en ISDN-diensten, het nummer 14020 aangewezen als een voor toekenning door het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit beschikbaar nummer ten behoeve van contactcentra van de gemeenten.

Aanleiding tot deze wijziging is een verzoek van de Rijksvoorlichtingsdienst/Ministerie van Algemene Zaken (hierna RVD) bij brief van 15 december 2005 (05R92278) dit nummer uiterlijk 1 februari 2006 door het college toegekend te krijgen ten behoeve van het contactcentrum van de gemeente Amsterdam en omliggende gemeenten. In deze brief wordt verwezen naar de lopende procedure voor het wijzigen van de bestemming van een aantal nummers in de 14-serie. Deze procedure is ingezet in 2005 en een ontwerp van het wijzigingsbesluit is op 20 oktober 2005 voorgelegd aan het Overlegplatform Post en Telecommunicatie. Het ontwerpbesluit zoals dat aan het OPT is voorgelegd voorzag in het wijzigen van de status van niet voor toekenning beschikbaar van de 14-serie in de status van wel voor toekenning beschikbaar. De voorgenomen bestemming van de 14-serie bleef nummers voor diensten met een bijzonder maatschappelijk belang. In deze bestemming is een verbijzondering voorgesteld op verzoek van de Minister van Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijkrelaties en de VNG, mede namens de minister-president, de burgemeesters van de gemeenten Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht (de ‘G4’) en de Manifestgroep als vertegenwoordiger van de uitvoeringsorganisaties op rijksniveau.

In Nederland is in 2005 groot bestuurlijk draagvak ontstaan voor het verbeteren van de overheidsdienstverlening aan burgers. Zowel kabinet als VNG als individuele bewindslieden en gemeentelijke bestuurders hebben zich hieraan gecommitteerd. Het creëren van laagdrempelige telefonische bereikbaarheid via eenvoudige en herkenbare nummers maakt daarvan integraal onderdeel uit. Hiertoe is een interbestuurlijk landelijk programma Contactcentra Overheid opgezet, waarvan het doel is om uiteindelijk de gehele overheid via nummers in de 14-serie bereikbaar te maken.

Voor de contactcentra van gemeenten is gekozen voor het zogenaamde 14+kengetal-concept. Dit levert voor de burger eenvoudige en herkenbare nummers op.

Een belangrijke voortrekker is de gemeente Amsterdam. Amsterdam heeft in januari 2006 haar contactcentrum operationeel. Ze heeft vanwege het belang van het programma Contactcentra Overheid ingestemd met het gebruik van het telefoonnummer 14020 en is bereid als eerste het concept 14+kengetal operationeel te maken. Dit is van groot belang voor het welslagen van het landelijke programma Contactcentra Overheid.

De lopende procedure voor het wijzigen van de bestemming van de betreffende nummers in de 14-serie leidt naar verwachting niet eerder tot de beschikbaarheid van deze nummers dan in april 2006. Uitstel van het operationeel worden van het Amsterdamse contactcenter tot aan die datum is echter niet mogelijk. De burgemeester van Amsterdam geeft in zijn brief van 14 december 2005 (kenmerk 2005/14607) aan dat het gemeentelijk contactcentrum in januari 2006 operationeel is en uiterlijk 1 februari 2006 aankiesbaar moet zijn omdat Amsterdam zich daaraan publiekelijk heeft gecommitteerd. Bovendien speelt het contactcentrum een rol in de voorbereiding van de gemeentelijke verkiezingen.

Als 14020 niet tijdig beschikbaar is, dan zal Amsterdam haar contactcentrum onder een ander nummer aankiesbaar moeten maken. De gemeente Amsterdam is echter via de media inmiddels publiekelijk verbonden geraakt met nummer 14020 en het eventueel overgaan op een ander nummer zal onnodige kapitaalvernietiging van reeds in de voorbereidingsfase gemaakte kosten met zich meebrengen. Bovendien komt de introductie van het concept 14+kengetal dan in gevaar en dat zal volgens de RVD het bestuurlijke draagvlak en de realisatie van het landelijke programma Contactcentra Overheid sterk schaden.

Tot slot zij nog opgemerkt dat voor een besluit op grond van artikel 4.2, vijfde lid, van de Telecommunicatiewet is gekozen om een snelle (tijdelijke) oplossing van het hiervoor geschetste probleem mogelijk te maken. Hier doet niet aan af dat zo snel mogelijk de reguliere procedure tot wijziging van het nummerplan zal worden afgerond.

De Minister van Economische Zaken,

L.J. Brinkhorst

  • 1

    Stcrt. 1999, 14; laatstelijk gewijzigd bij besluit van de Minister van Economische Zaken van 14 december 2004 (Stcrt. 247).

Naar boven