Wijziging Beleidsregels integriteit en uitsluiting bij aanbestedingen in BIBOB-sectoren

Beleidsregels tot wijziging van de Beleidsregels integriteit en uitsluiting bij aanbestedingen in BIBOB-sectoren in verband met de inwerkingtreding van het Besluit aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten

De Minister van Economische Zaken,

Handelende in overeenstemming met de Ministers van Algemene Zaken, van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, van Buitenlandse Zaken, van Defensie, van Financiën, van Justitie, voor Vreemdelingenzaken en Integratie, van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van Verkeer en Waterstaat, van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, en van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

Gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluit:

Artikel I

De Beleidsregels integriteit en uitsluiting bij aanbestedingen in BIBOB-sectoren worden gewijzigd als volgt:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. De onderdelen b tot en met f komen te luiden:

b. richtlijn 2004/18/EG: richtlijn nr. 2004/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 31 maart 2004 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten (PbEG L 134);

c. Bao: het Besluit aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten;

d. overheidsopdracht: een overheidsopdracht als bedoeld in artikel 1, onderdeel k, van Bao, voor zover dit besluit gelet op de waarde van de opdracht van toepassing is;

e. raamovereenkomst: een raamovereenkomst als bedoeld in artikel 1, onderdeel n, van Bao;

f. dynamisch aankoopsysteem: een dynamisch aankoopsysteem als bedoeld in artikel 1, onderdeel o, van Bao.

2. De onderdelen k tot en met n komen te luiden als volgt:

k. openbare procedure: een openbare procedure als bedoeld in artikel 1, onderdeel t van Bao;

l. niet-openbare procedure: een niet-openbare procedure als bedoeld in artikel 1, onderdeel u, van Bao;

m. concurrentiegerichte dialoog: een concurrentiegerichte dialoog als bedoeld in artikel 1, onderdeel v, van Bao;

n. onderhandelingsprocedure: een onderhandelingsprocedure als bedoeld in artikel 1, onderdeel x, van Bao.

B

Artikel 2 komt te luiden:

Artikel 2

De aanbestedende dienst onderzoekt per voorgenomen:

a. verstrekking van een overheidsopdracht,

b. sluiting van een raamovereenkomst, of

c. instelling van een dynamisch aankoopsysteem,

die valt binnen een krachtens artikel 5, tweede lid, van de Wet BIBOB aangewezen sector of de gegadigde of zijn onderaannemer zich bevindt in één van de omstandigheden genoemd in artikel 45, eerste en derde lid, onder a tot en met g, van Bao.

C

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel b wordt na ‘niet-openbare procedure’ toegevoegd: ,⁠concurrentiegerichte dialoog;

b. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel b door een puntkomma, wordt een onderdeel toegevoegd dat luidt als volgt:

c. in een dynamisch aankoopsysteem: de indicatieve inschrijving.

2. In het tweede lid wordt na ‘om de overheidsopdracht uit te voeren’ ingevoegd: , om de raamovereenkomst mee te sluiten.

D

In artikel 4, onderdeel a wordt na ‘dat de gegadigde’ toegevoegd: waarmee de aanbestedende dienst de raamovereenkomst wil sluiten of.

E

Artikel 5 komt te luiden:

Artikel 5

Als een delict dat in strijd is met de beroepsgedragsregels van de gegadigde of zijn onderaannemer als bedoeld in artikel 45, derde lid, onder c, van Bao wordt in ieder geval aangemerkt:

a. schending van geheimen als bedoeld in de artikelen 272 en 273 van het Wetboek van Strafrecht;

b. afpersing of afdreiging als bedoeld in de artikelen 317 en 318 van het Wetboek van Strafrecht;

c. oplichting als bedoeld in artikel 326 van het Wetboek van Strafrecht;

d. bedrog bij de bouw als bedoeld in artikel 331 van het Wetboek van Strafrecht.

F

In artikel 6 wordt ‘als bedoeld in artikel 29, onder d, van richtlijn 92/50/EEG, artikel 20, eerste lid, onder d, van richtlijn 93/36/EEG of artikel 24, onder d, van richtlijn 93/37/EEG’ vervangen door: artikel 45, derde lid, onder d, van Bao.

G

Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:

1. De aanhef komt te luiden:

De aanbestedende dienst beoordeelt steeds per voorgenomen:

a. verstrekking van een overheidsopdracht,

b. sluiting van een raamovereenkomst, of

c. instelling van een dynamisch aankoopsysteem,

en met inachtneming van het gestelde in de artikelen 5 en 6, of gelet op de uitkomst van het onderzoek, bedoeld in artikel 2, of het advies, bedoeld in artikel 4, een gegadigde of zijn onderaannemer moet worden uitgesloten van de aanbesteding, en neemt daarbij in ieder geval de volgende aspecten in overweging:.

2. In de onderdelen a tot en met d en f wordt ‘van de beroepsmoraliteit of de professionele integriteit’ steeds vervangen door: de beroepsgedragsregels.

H

Artikel 8 komt te luiden:

Artikel 8

De aanbestedende dienst neemt in de informatie ten behoeve van een dynamisch aankoopsysteem, een aanbestedingsprocedure betreffende een overheidsopdracht of een raamovereenkomst als bedoeld in artikel 2 de tekst op die is opgenomen in bijlage 2 bij deze beleidsregels.

I

Artikel 9 komt te luiden:

Artikel 9

Deze beleidsregels zijn niet van toepassing op:

a. verstrekking van een overheidsopdracht,

b. sluiting van een raamovereenkomst, of

c. instelling van een dynamisch aankoopsysteem,

als bedoeld in artikel 2 waarvoor op het moment van de inwerkingtreding van deze beleidsregels reeds een aankondiging als bedoeld in artikel 35, negende lid, van Bao of een vereenvoudigde aankondiging als bedoeld in artikel 35, elfde lid, van Bao is verstuurd.

J

Onderdeel II van bijlage 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voorafgaand aan vraag 2.1. wordt vraag 2.0. ingevoegd die luidt als volgt:

2.0. Is in de vier jaar voorafgaand aan deze aanbestedingsprocedure jegens de onderneming bij een onherroepelijk vonnis of arrest een veroordeling uitgesproken op grond van artikel 140, 177, 177a, 178, 225, 226, 227, 227a, 227b of 323a, 328ter, tweede lid, 416, 417, 417bis, 420bis, 420ter of 420quater van het Wetboek van Strafrecht?

Ja/nee

Zo ja, vermeld het delict en de opgelegde straf of maatregel.

Op een desbetreffend verzoek van de aanbestedende dienst moet een verklaring omtrent het gedrag van de onderneming of de beschikking waarin afgifte van die verklaring wordt geweigerd of een vergelijkbare verklaring of beschikking uit het land van herkomst worden overgelegd die niet meer dan 6 maanden oud is. De onderneming staat er voor in dat deze verklaring op het moment dat deze wordt overgelegd overeenstemt met de werkelijke situatie waarin de onderneming zich op dat moment bevindt.

2. In vraag 2.4. vervalt ‘Op een desbetreffend (…) zich op dat moment bevindt.’.

3. In vraag 2.5. wordt de zinsnede ‘een verklaring van het UWV (Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen)’ vervangen door: een verklaring van de ontvanger onder wie de gegadigde ressorteert voor de inning van belastingen.

4. In vraag 2.6 wordt ‘de Inspecteur der Belastingen’ vervangen door: de ontvanger onder wie de gegadigde ressorteert voor de inning van belastingen.

K

Bijlage 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In de derde alinea, onderdeel a, wordt de zinsnede ‘de drempelwaarde, genoemd in artikel 7, eerste lid, sub a), eerste gedachtestreep en tweede gedachtestreep aanhef en onder i) van richtlijn 92/50/EEG, genoemd in artikel 5, eerste lid, sub a), onder ii) van richtlijn 93/36/EEG, genoemd in artikel 6, eerste lid, sub a) van richtlijn 93/36/EEG’ vervangen door: de drempelbedragen, genoemd in artikel 7, aanhef en onder a, b, tweede gedachtestreep en c, van richtlijn 2004/18/EG.

2. In de eerste, vierde en zesde alinea wordt de verwijzing naar de omstandigheden, ‘genoemd in artikel 29, onder a tot en met g, van richtlijn 92/50/EEG, artikel 20, eerste lid, onder a tot en met g, van richtlijn 93/36/EEG of artikel 24, onder a tot en met g, van richtlijn 93/37/EEG’ steeds vervangen door: genoemd in artikel 45, eerste en derde lid, onder a tot en met g, van Bao.

Artikel II

Deze beleidsregels treden in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij worden geplaatst, met uitzondering van artikel I, onder J, onderdeel 3, dat in werking treedt met ingang van 1 januari 2006.

Deze beleidsregels zullen met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 22 december 2005.
De Minister van Economische Zaken, L.J. Brinkhorst.

Toelichting

1. Inleiding

De Beleidsregels integriteit en uitsluiting bij aanbestedingen in de BIBOB-sectoren (hierna: de beleidsregels integriteit) moeten vanwege de inwerkingtreding van het Besluit aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten worden gewijzigd. Met het Besluit aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten wordt richtlijn nr. 2004/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 31 maart 2004 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten (PbEG L 134, hierna: richtlijn nr. 2004/18/EG) geïmplementeerd. Dit maakt wijziging van de beleidsregels integriteit op vier punten noodzakelijk.

2. De inhoud en strekking van de wijzigingen

De eerste wijziging betreft het vervangen van de verwijzingen in de artikelen 1, 2, 6, en 9 en de bijlagen 1 en 2 van de beleidsregels integriteit naar de oude richtlijnen door verwijzing naar richtlijn nr. 2004/18/EG of naar het Besluit aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten.

Ten tweede worden artikel 5 en bijlage 1 van de beleidsregels integriteit aangepast in verband met de invoering van een verplichting tot uitsluiting in richtlijn 2004/18/EG. Ingevolge artikel 45, eerste lid, van richtlijn nr. 2004/18/EG zijn aanbestedende diensten verplicht om ondernemingen uit te sluiten die door de rechter onherroepelijk zijn veroordeeld wegens deelneming aan een criminele organisatie, omkoping, fraude of witwassen. Deze verplichting is geïmplementeerd in artikel 45, eerste lid, van het Besluit aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten. Gelet hierop zijn aanbestedende diensten (na inwerkingtreding van dit besluit met ingang van 1 december 2005) verplicht om ondernemingen uit te sluiten die onherroepelijk zijn veroordeeld wegens overtreding van de artikelen 140, 177, 177a, 178, 225, 226, 227, 227a, 227b of 323a, 328ter, tweede lid, 416, 417, 417bis, 420bis, 420ter of 420quater van het Wetboek van Strafrecht. De beleidsregels integriteit waren opgesteld onder de oude aanbestedingsrichtlijnen1 en gingen derhalve nog niet uit van deze verplichting. In plaats van een uitsluitingsverplichting ging artikel 5 van de beleidsregels nog uit van een mogelijkheid om op voornoemde gronden uit te sluiten. Dat is echter na 1 december 2005 in strijd met artikel 45, eerste lid, van het Besluit aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten. Met de onderhavige wijziging is artikel 5 in overeenstemming gebracht met artikel 45, eerste lid, van het Besluit aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten.

De derde wijziging betreft de instantie die ingevolge artikel 46, derde en vierde lid, van het Besluit aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten bevoegd is tot het afgeven van een verklaring waaruit blijkt dat een ondernemer de bijdragen ten behoeve van de werknemersverzekeringen en de volksverzekeringen heeft betaald en dat hij aan zijn belastingverplichtingen heeft voldaan (zie artikel I, onder J, onderdeel 3).

De vierde en laatste wijziging betreft de invoering van twee nieuwe elementen in richtlijn nr. 2004/18/EG, namelijk de invoering van een regeling voor het sluiten van raamovereenkomsten en voor het instellen van een dynamisch aankoopsysteem. Dit heeft geleid tot aanpassing van de artikelen 1, 2, 3, 4, 7, 8 en 9 van de beleidsregels integriteit.

De Minister van Economische Zaken,

L.J. Brinkhorst

Naar boven