Wijziging Uitvoeringsregels Wet arbeid vreemdelingen behorende bij Delegatie- en uitvoeringsbesluit Wet arbeid vreemdelingen

Regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van 12 december 2005, Directie Arbeidsmarkt, nr. AM/AMI/05/95959 tot wijziging van de Uitvoeringsregels Wet arbeid vreemdelingen behorende bij het Delegatie- en uitvoeringsbesluit Wet arbeid vreemdelingen

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op de artikelen 1d, derde lid, van het Besluit uitvoering Wet arbeid vreemdelingen, en 8, derde lid, onder 3°, van de Wet arbeid vreemdelingen;

Besluit:

Artikel I

De Uitvoeringsregels Wet arbeid vreemdelingen behorende bij het Delegatie- en uitvoeringsbesluit Wet arbeid vreemdelingen1 worden als volgt gewijzigd:

A

Aan paragraaf 21 wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

f. Inkomenscriterium kennismigranten

Op grond van artikel 1d, derde lid, van het Besluit uitvoering Wet arbeid vreemdelingen herziet de Minister van SZW de inkomenscriteria die gelden om voor de kennismigrantenregeling in aanmerking te komen per 1 januari 2006 met het indexcijfer van de CAO-lonen, zoals gepubliceerd door het CBS, over de periode oktober 2004 tot oktober 2005. In deze periode stegen de CAO-lonen met 1,1%.

Het inkomenscriterium dat per 1 januari 2006 geldt om in aanmerking te komen voor de kennismigrantenregeling bedraagt op 1 januari 2006 € 45.495,00 bruto per jaar voor kennismigranten van 30 jaar en ouder. Voor kennismigranten jonger dan 30 jaar bedraagt het inkomenscriterium op 1 januari 2006 € 33.363 bruto per jaar.

B

Paragraaf 24 Stagiaires komt te luiden:

24. Stagiaires

Voor vreemdelingen die arbeid verrichten die noodzakelijk is ter voltooiing van hun opleiding, kan voor maximaal een jaar een tewerkstellingsvergunning worden verleend zonder toepassing van artikel 8, eerste lid, onder a, b en d, van de Wet arbeid vreemdelingen. Voorwaarde voor toepassing van deze uitzonderingsmogelijkheid is dat deze stagiaires reeds een voldoende vakgerichte basisopleiding hebben gevolgd in hun herkomstland.

Voor vreemdelingen die beschikken over een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd voor het volgen van een studie of een W-document kan een tewerkstellingsvergunning met een geldigheidsduur van langer dan een jaar worden afgegeven, mits de duur van de werkzaamheden niet meer bedraagt dan 50% van de duur van de opleiding.

Voor vreemdelingen met de Surinaamse nationaliteit die als assistent geneeskundige in opleiding (agio) ten behoeve van hun specialisatie stage gaan lopen in Nederland, kan eveneens een tewerkstellingsvergunning met een geldigheidsduur van langer dan een jaar worden afgegeven, mits de betreffende specialisatie, dan wel onderdelen daarvan, in Suriname niet aanwezig is en er sprake is van een boventallige opleidingsplaats. Per tijdvak van 24 maanden kunnen tewerkstellingsvergunningen worden afgegeven voor maximaal 12 opleidingsplaatsen en de daaraan verbonden op te leiden agio’s.

De periode van 24 maanden gaat in op de datum van de afgifte van de eerste tewerkstellingsvergunning in de reeks van maximaal 12 opleidingsplaatsen. Na de periode van 24 maanden start weer een nieuwe termijn ten bate van maximaal 12 opleidingsplaatsen.

Een aanvraag voor een tewerkstellingsvergunning voor de desbetreffende agio dient te worden gedaan door het ziekenhuis in Nederland waar de opleiding, dan wel delen daarvan, plaatsvindt. Daarbij dient dit ziekenhuis te verklaren dat sprake is van een boventallige opleidingsplaats.

Voor alle hiervoor bedoelde stages dient uit een door de desbetreffende onderwijsinstelling afgegeven verklaring te blijken dat de stage een noodzakelijk onderdeel uitmaakt van het onderwijsprogramma. Tevens dient een gefaseerd stageprogramma te worden overgelegd waaruit blijkt wat de inhoud van de stage is. Het aantal stagiaires per werkgever dient beperkt te blijven tot 10% van het vaste personeelsbestand, met een minimum van 2. Deze beperking is niet van toepassing op vreemdelingen die beschikken over een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd voor het volgen van een studie, of een W-document.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, met uitzondering van artikel I, onderdeel A, dat in werking treedt met ingang van 1 januari 2006.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 12 december 2005.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, H.A.L. van Hoof.

Toelichting

Artikel I, onderdeel A

In artikel 1d, derde lid, van het Besluit uitvoering Wet arbeid vreemdelingen zoals dat komt te luiden per 1 januari 2006, is bepaald dat de inkomenscriteria voor de toelating van de kennismigranten jaarlijks zullen worden geïndiceerd aan de hand van de CBS-cijfers over de CAO-lonen in de particuliere sector.

Het CBS heeft aangegeven dat in de periode oktober 2004 tot oktober 2005 de CAO-lonen in de particuliere sector met 1,1% zijn gestegen.

Het nieuwe inkomenscriterium voor de kennismigranten per 1 januari 2006 is derhalve voor kennismigranten ouder dan 30 jaar: € 45.495. Voor kennismigranten jonger dan 30 jaar bedraagt het inkomenscriterium per 1 januari 2006 € 33.363 bruto per jaar.

Artikel I, onderdeel B

Al geruime tijd is er overleg geweest met Suriname over een afwijking van de stageregeling in paragraaf 24 van de Uitvoeringsregels Wet arbeid vreemdelingen behorende bij het Delegatie- en uitvoeringsbesluit Wet arbeid vreemdelingen voor Surinaamse assistent geneeskundigen in opleiding (agio’s) die ten behoeve van hun specialisatie stage gaan lopen in Nederland. Het gaat om specialisaties die nu niet voorkomen in Suriname en om boventallige opleidingsplaatsen in Nederland. De wijziging van de paragraaf 24 voorziet er in dat voor vreemdelingen afkomstig uit Suriname die als assistent geneeskundige in opleiding (agio) ten behoeve van hun specialisatie stage gaan lopen in Nederland, een tewerkstellingsvergunning met een geldigheidsduur van langer dan een jaar kan worden afgegeven, mits de betreffende specialisatie , dan wel onderdelen daarvan, in Suriname niet aanwezig is en er sprake is van een boventallige opleidingsplaats. Per tijdvak van 24 maanden kunnen tewerkstellingsvergunningen worden afgegeven voor maximaal 12 opleidingsplaatsen en de daaraan verbonden op te leiden agio’s. Dit betekent dat het niet mogelijk is om in een nieuw tijdvak nog een beroep te doen op het niet gebruikte deel van het quotum uit het tijdvak er voor.

Het Ministerie van Volksgezondheid in Paramaribo is bij brief van 27 september 2005 van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (kenmerk DWH/MC-246/05) hierover geïnformeerd.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

H.A.L. van Hoof

  • 1

    Stcrt. 1995, 168; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 24 november 2005 (Stcrt. 229).

Naar boven