Wijziging Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar NS Groep 2003

Besluit van de Minister van Justitie van 12 december 2005, nr. 5392352/505/CBK, strekkende tot wijziging van het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar NS Groep 2003

De Minister van Justitie,

Gelezen het verzoek van het Hoofd Ondersteuning Productieprocessen van 3 november 2005, kenmerk JBJB.05.029;

Handelend in overeenstemming met de Minister van Verkeer en Waterstaat;

Gelet op artikel 17, eerste lid, aanhef en onder ten tweede, van de Wet op de economische delicten, artikel 142, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering, artikel 8, eerste lid, van de Politiewet 1993 en op het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar;

Besluit:

Artikel I

Het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar NS Groep 20031 wordt als volgt gewijzigd:

Na artikel 4 wordt een artikel toegevoegd:

Artikel 4a

De buitengewoon opsporingsambtenaar beschikt over een ontheffing van het bepaalde in artikel 16, eerste lid van het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar, onder de navolgende voorwaarden:

a. de buitengewoon opsporingsambtenaar is bekwaam indien hij met goed gevolg alle modules van de opleidingen Boa-OV heeft voltooid;

b. de onder a. bedoelde opleiding omvat tenminste het niveau van de eindtermen zoals vastgesteld bij de Circulaire bekwaamheidseisen buitengewoon opsporingsambtenaar;

c. alle modules worden afgesloten met een eindtoets;

d. de opleiding is onderworpen aan goedkeuring door de Minister van Justitie;

e. de onder c. bedoelde toetsing van de buitengewoon opsporingsambtenaar geschiedt door een onafhankelijke examencommissie waarin een lid van het openbaar ministerie is vertegenwoordigd;

f. door middel van een systeem van periodieke toetsing of bijscholing wordt gewaarborgd dat het door de buitengewoon opsporingsambtenaar verworven kennisniveau blijft gehandhaafd.

Artikel II

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 december 2005 en vervalt op 1 maart 2007. Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Binnen zes weken na publicatie van dit besluit kan een belanghebbende daartegen een bezwaarschrift indienen bij de Minister van Justitie, Postbus 20301, 2500 EH Den Haag. Het bezwaarschrift dient te zijn gemotiveerd.

Den Haag, 12 december 2005.
De Minister van Justitie,
namens deze:
hoofdBureau Juridische en Beleidsondersteunende Aangelegenheden, R.R. Joesoef Djamil.

Toelichting

In het nieuw in te voegen artikel 4a in het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar NS Groep 2003 wordt de semi-permanente ontheffing van de bekwaamheidseis geregeld. In mijn Circulaire bekwaamheid en betrouwbaarheid buitengewoon opsporingsambtenaar wordt aan boa-werkgevers de mogelijkheid geboden om, onder voorwaarden, zorg te dragen voor een eigen opleiding gevolgd door examinering in eigen beheer (in plaats van examinering centraal via de Citrogroep).

In oktober 2002 is het Aanvalsplan sociale veiligheid openbaar vervoer aangeboden aan de Tweede Kamer. In dit plan staan 22 maatregelen om de sociale veiligheid in het openbaar vervoer te verbeteren. Eén van die maatregelen is de specifieke opleiding voor de buitengewoon opsporingsambtenaar in het openbaar vervoer, de boa-OV opleiding.

In april 2004 heeft het bestuur van de branche-organisatie van de openbaar-vervoersbedrijven, Mobis, de ontwikkeling van de boa-OV opleiding ter hand genomen. De ontwikkeling van de opleiding is tot stand gekomen in samenwerking met de openbaar-vervoersbedrijven, het ministerie van Verkeer en Waterstaat en het Ministerie van Justitie. Het doel van de nieuwe boa-OV opleiding is het optimaal voorbereiden van de buitengewoon opsporingsambtenaren in het openbaar vervoer op de uitoefening van hun functie. De opleiding is opgebouwd uit een vijftal modules, die ieder afzonderlijk kunnen worden gevolgd en geëxamineerd of geclusterd, dan wel elke vijf jaar in één keer kan worden geëxamineerd. Voor verlening of verlenging van opsporingsbevoegdheid is vereist dat de lesstof van alle vijf modules is geëxamineerd, hetzij in aparte modules, hetzij in één keer.

De modules zijn opgebouwd uit de eindtermen welke door mijn ministerie zijn vastgesteld, aangevuld met de relevante wetgeving op het gebied van strafrecht, strafvordering en vervoersrecht, toegespitst op de functie van de controleur in het openbaar vervoer. Mobis is eigenaar van de opleiding; de leden kunnen de opleiding bij Mobis afnemen. De examens worden, onder verantwoordelijkheid van een examencommissie, afgenomen door één daartoe aangewezen examenbureau.

De Minister van Justitie

namens deze:

hoofdBureau Juridische en Beleidsondersteunende Aangelegenheden,

R.R. Joesoef Djamil

  • 1

    Stcrt. 2003, 44.

Naar boven