De Minister van Economische Zaken,
Procesverloop:
- BP Nederland Energie B.V. (BP), Dyas B.V. (Dyas), DSM Energie B.V.
(DSM), Oranje-Nassau Energie B.V. (Oranje-Nassau), Petro-Canada Netherlands
B.V. (Petro-Canada) en Wintershall Noordzee B.V. (Wintershall), zijn de houders
van de bij beschikking van de Minister van Economische Zaken van 12 maart
1992, nr. E/EMA/92009722 (Stcrt. 1992, nr. 114), verleende winningsvergunning
voor blokdeel P15c van het continentaal plat;
- De vergunninghouders hebben bij brief van 14 januari 2005 verzocht
om toestemming op grond van artikel 20 van de Mijnbouwwet (Stb. 2002, 542)
voor overdracht van bovenbedoelde vergunning aan BPNE Offshore B.V , Dyas,
DSM, Oranje-Nassau, PetroCanada en Wintershall.
Overwegingen:
- De winningsvergunning wordt op grond van artikel 143, tweede lid
onder c, van de Mijnbouwwet beschouwd als een winningsvergunning als bedoeld
in artikel 6 van de Mijnbouwwet;
- Voor het gebied waarvoor de winningsvergunning geldt, geldt niet
ook een door een ander gehouden opslagvergunning voor opslag in aardgas- of
aardolievoorkomens;
- Noch de technische of financiële mogelijkheden van de beoogde
vergunninghouders, noch de wijze waarop zij voornemens zijn met de vergunning
activiteiten te verrichten, noch hun efficiëntie en verantwoordelijkheidszin
bij opsporings- en winningsactiviteiten geven aanleiding de gevraagde toestemming
te weigeren.
Gelet op:
- Artikel 20 van de Mijnbouwwet en artikel 1.3.7, derde lid, van
de Mijnbouwregeling (Stcrt. 2002, 245).
Besluit:
1. De houders van de winningsvergunning voor blokdeel P15c, verleend bij
beschikking van de Minister van Economische Zaken van 12 maart 1992, nr. e/ema/92009722
(Stcrt. 1992, 114) toestemming te verlenen tot overdracht van deze vergunning
aan BPNE Offshore B.V., Dyas, DSM, Oranje-Nassau, Petro-Canada en Wintershall;
2. BPNE Offshore B.V. is de aangewezen persoon als bedoeld in artikel
22, vijfde lid, van de Mijnbouwwet;
3. Deze beschikking treedt in werking met ingang van de dag na die waarop
de beschikking is bekendgemaakt.
Deze beschikking wordt bekendgemaakt door toezending aan de aanvrager.
Van deze beschikking wordt mededeling gedaan in de Staatscourant.
Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit
is betrokken binnen 6 weken na de dag van verzending van dit besluit een gemotiveerd
bezwaarschrift indienen bij de Minister van Economische Zaken, Directie Wetgeving
en Juridische Zaken (ALP: L/1410), Postbus 20101, 2500 EC ’s-Gravenhage.