Wijziging Tijdelijke vrijstellingsregeling enten AI-gevoelige vogels dierentuinen 2003

Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 18 november 2005, nr. TRCJZ/2005/3459, houdende wijziging van de Tijdelijke vrijstellingsregeling enten AI-gevoelige vogels dierentuinen 2003

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

Gelet op beschikking nr. 2005/744/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 21 oktober 2005 tot vaststelling van voorschriften voor de preventie van hoogpathogene aviaire influenza, veroorzaakt door influenza A-virus subtype H5N1, bij gevoelige vogels in dierentuinen in de lidstaten (PbEU L 279), artikel 7 van richtlijn nr. 2001/82/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 6 november 2001 tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik (PbEG L 311), artikel 29, eerste lid, 30, vierde lid, en 45, eerste en derde lid, van de Diergeneesmiddelenwet, artikel 17 van de Gezondheids- en Welzijnswet voor dieren en artikel 3 van het Besluit gebruik sera en entstoffen;

Besluit:

Artikel I

De Tijdelijke vrijstellingsregeling enten AI-gevoelige vogels dierentuinen 2003 wordt als volgt gewijzigd:

A

1. Artikel 1, onderdeel b, komt te luiden:

b. gevoelige vogel: vogelsoort die waarschijnlijk gevoelig is voor aviaire influenza en niet bedoeld is voor de productie van dierlijke producten;.

2. Onderdeel c vervalt.

3. De onderdelen d en e worden geletterd tot c en d.

4. Onderdeel c (nieuw) komt te luiden:

c. dierentuin: permanente inrichting waar ten minste tien wilde diersoorten worden gehouden om gedurende ten minste zeven dagen per jaar te worden tentoongesteld aan het publiek, met uitzondering van een inrichting waar geen AI-gevoelige vogels worden gehouden en circussen en dierenwinkels;

B

Artikel 2 en 3 komen te luiden:

Artikel 2

Van het verbod, bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Diergeneesmiddelenwet wordt vrijstelling verleend voor het toepassen van het diergeneesmiddel Gallimune Flu H5N9 van de firma Merial te Amstelveen en van het diergeneesmiddel Nobilis H5N2 van de firma Intervet te Boxmeer, en tevens voor het met het oog daarop bereiden, voorhanden of in voorraad hebben en afleveren van dit diergeneesmiddel onder voorwaarden gesteld, in de artikelen 3 tot en met 11.

Artikel 3

Toepassing van het middel, bedoeld in artikel 2, geschiedt uitsluitend bij gevoelige vogels die worden gehouden in een dierentuin en voor zover aan een van de volgende voorwaarden is voldaan:

a. de exploitant van de dierentuin beschikt met betrekking tot die dierentuin over een vergunning als bedoeld in artikel 4 van het Dierentuinenbesluit, of

b. de exploitant van de dierentuin heeft met betrekking tot die dierentuin uiterlijk op 17 november 2005 een aanvraag tot vergunning als bedoeld in artikel 4 van het Dierentuinenbesluit ingediend.

C

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. De houder van vogels die voornemens is tot vaccinatie van gevoelige vogels over te gaan, geeft van dit voornemen kennis aan de Voedsel en Waren Autoriteit door het overleggen van vaccinatieplan.

2. Het tweede lid komt te luiden:

2. Tot vaccinatie wordt niet over gegaan dan nadat de Voedsel en Waren Autoriteit het vaccinatieplan, bedoeld in het eerste lid, heeft goedgekeurd.

3. Het derde, vierde en vijfde lid worden vernummerd tot vijfde, zesde en zevende lid.

4. Ingevoegd worden twee leden, luidende:

3. Tot vaccinatie wordt niet overgegaan dan nadat de Voedsel en Waren Autoriteit daartoe op verzoek van de houder van de vogels, bedoeld in het eerste lid, toestemming heeft verleend.

4. Vaccinatie vindt niet plaats dan onder toezicht van een ambtenaar van de Voedsel en Waren Autoriteit.

5. Het vijfde lid (nieuw) komt te luiden:

5. Het vaccinatieplan, bedoeld in het eerste lid, bevat ten minste:

a. een plattegrond van de dierentuin met daarop aangeduid de kooien, verblijven of plaatsen waar de gevoelige vogels die worden geënt zich bevinden;

b. een lijst van alle afzonderlijk te enten gevoelige vogels met vermelding van de soort en van de individuele identificatiegegevens;

c. het voorgenomen tijdstip en de vermoedelijke tijdsduur van de vaccinatie en de locatie waar de vaccinatie plaatsvindt;

d. de naam van de aan de dierentuin verbonden dierenarts die voor de vaccinatie en bloedbemonstering zorg draagt;

e. de benodigde hoeveelheid vaccin.

6. Het zevende lid (nieuw) komt te luiden:

7. De houder van de vogels zendt onverwijld na afloop van de vaccinatie een verslag aan de Voedsel en Waren Autoriteit welk verslag in ieder geval bevat:

a. gegevens over het aantal vogels dat is gevaccineerd en de identificatiekenmerken van die vogels;.

b. de identificatienummers van de vogels waarvan bloedmonsters zijn genomen.

7. Toegevoegd wordt een nieuw lid, luidende:

8. De houder van de vogels zendt onverwijld aan de Voedsel en Waren Autoriteit de uitslagen van de bloedmonsters, bedoeld in het zesde lid, onderdeel a.

D

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid vervalt.

2. Het derde lid wordt vernummerd tot vierde lid.

3. Ingevoegd worden twee nieuwe leden, luidende:

2. De vrijstelling, bedoeld in artikel 2, voor zover dit betreft het afleveren van het diergeneesmiddel, bedoeld in dat artikel, wordt verleend onder de voorwaarde dat de Voedsel en Waren Autoriteit daartoe toestemming heeft verleend.

3. De toestemming, bedoeld in het tweede lid, betreft toestemming tot het afleveren van het diergeneesmiddel, bedoeld in artikel 2, aan een door de Voedsel en Waren Autoriteit aangewezen dierenarts, genoemd in het vaccinatieplan. Bij deze toestemming wordt tevens bepaald de hoeveelheid van het diergeneesmiddel, bedoeld in artikel 2, die aan die dierenarts kan worden afgeleverd.

E

Artikel 6 vervalt.

F

Artikel 11, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

Na het woord ‘vervoeren’ wordt toegevoegd: te verhandelen of te verplaatsen.

G

Na paragraaf 6. Overige bepalingen en voor artikel 12 wordt ingevoegd een nieuw artikel, luidende:

Artikel 11a

Deze regeling berust mede op artikel 17 van de Gezondheids- en Welzijnswet voor dieren.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.P. Veerman.

Toelichting

De onderhavige regeling strekt tot wijziging van de Tijdelijke vrijstellingsregeling enten AI-gevoelige vogels dierentuinen 2003 (hierna: regeling).

De regeling maakt het mogelijk dat ter preventie van aviaire influenza ter bescherming van voor die ziekte gevoelige vogels in dierentuinen diergeneesmiddelen worden gebruikt die niet in Nederland zijn geregistreerd. Deze mogelijkheid is gebaseerd op beschikking nr. 2005/744/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 21 oktober 2005 tot vaststelling van voorschriften voor de preventie van hoogpathogene aviaire influenza, veroorzaakt door influenza A-virus subtype H5N1, bij gevoelige vogels in dierentuinen in de lidstaten (PbEU L 279).

De wijziging van de regeling is noodzakelijk omdat nu de mogelijkheid wordt geboden ook ter preventie van besmetting te enten worden en omdat mede in samenhang daarmee nieuwe voorwaarden zijn gesteld waaronder de vaccinatie kan plaatsvinden.

Dit laatste betreft vooral de aanscherping van het toezicht van de Voedsel en Waren Autoriteit op de vaccinatie.

De mogelijkheid tot preventief enten van AI-gevoelige vogels geldt alleen voor dierentuinen die reeds een vergunning op grond van het Dierentuinenbesluit hebben of voor dierentuinen waarvan reeds een aanvraag tot vergunning in behandeling is.

Ongewijzigd is gebleven de bewaartermijn van gegevens van monsternames en de uitkomsten van de onderzoeken van genomen monsters. Zoals reeds is voorgeschreven geldt een bewaartermijn van 10 jaar.

Ingevolge artikel is het verboden geënte vogels en producten van geënte vogels te vervoeren, te verhandelen of te verplaatsen. Uiteraard staat dit verbod er niet aan in de weg dat de vogels in de dierentuin zelf kunnen worden verplaatst.

De onderhavige wijzigingsregeling heeft een zeer beperkte verhoging van de administratieve lasten voor dierentuinen tot gevolg. Dierentuinen die hun AI-gevoelige vogels willen vaccineren, moeten dit melden bij de Voedsel en Waren Autoriteit. Voorts moeten ze een vaccinatieplan opstellen. Het melden aan de Voedsel en Waren Autoriteit en het opstellen van het plan kost tezamen 20 minuten. Het is de verwachting dat ongeveer 25 dierentuinen hun dieren zullen vaccineren. Dit betekent dat de administratieve lastenverhoging 20 minuten maal 25 bedrijven maal een uurtarief van € 30,36, dat is € 252,75 bedraagt. Een concept van deze regeling is daarom niet om advies voorgelegd aan ACTAL.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

C.P. Veerman

Naar boven