Wijziging Beschikking visserij visserijzone, zeegebied en kustwateren en Regeling capaciteitsvermindering zeevisserij 2005

Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 4 november 2005, nr. TRCJZ/2005/3167, houdende wijziging van de Beschikking visserij visserijzone, zeegebied en kustwateren (instelling referentiegebied) en wijziging van de Regeling capaciteitsvermindering zeevisserij 2005

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op de artikelen 7 en 19, tweede lid, van Verordening (EG) nr. 2792/1999 van de Raad van de Europese Unie van 17 december 1999 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen en voorwaarden voor de structurele acties van de Gemeenschap in de visserijsector (PbEG L 337);

Gelet op de artikelen 2, 4, 6 en 7 van de Kaderwet LNV-subsidies;

Gelet op artikel 3 van het Reglement zee- en kustvisserij 1977;

Besluit:

Artikel I

De Beschikking visserij visserijzone, zeegebied en kustwateren1 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 5, onderdeel a, komt te luiden:

a. sleepnetten al dan niet met wekkerkettingen in de Oosterschelde ten oosten van de Oosterscheldekering en in het gebied genoemd in bijlage 4.

B

Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt ‘bijlage 1 en bijlage 2’ vervangen door: bijlage 1, bijlage 2 en bijlage 4.

2. Onder vernummering van het derde lid tot vierde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

3. De vrijstelling, bedoeld in het tweede lid, geldt niet voor het vissen in het gebied genoemd in bijlage 4.

C

Artikel 11, tweede lid, komt als volgt te luiden:

2. Een vergunning als bedoeld in het eerste lid, wordt niet verleend voor:

a. het vissen in het gebied genoemd in bijlage 4;

b. het vissen met vistuigen geschikt voor het vangen van schelpdieren in de gebieden genoemd in bijlage 1.

D

Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding ‘1.’ geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

2. Een vrijstelling of ontheffing als bedoeld in het eerste lid, wordt niet verleend voor het vissen in het gebied genoemd in bijlage 4.

Artikel II

Artikel 8, eerste lid, onderdeel d, van de Regeling capaciteitsvermindering zeevisserij 20052 komt te luiden:

d. de teboekstelling van het vissersvaartuig in de openbare registers, bedoeld in afdeling 2 van titel 1 van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, ongedaan is gemaakt.

Artikel III

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 4 november 2005.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.P. Veerman.

Bijlage 4 behorend bij de artikelen 5, 8, 11 en 12

Het gebied dat wordt begrensd door de lijn lopend door de volgende coördinaten:

53°29.7110' NB en 06°36.8450' OL

53°31.9450' NB en 06°37.2260' OL

53°32.4210' NB en 06°37.0408' OL

53°32.5704' NB en 06°36.9446' OL

53°32.9445' NB en 06°36.5232' OL

53°32.5774' NB en 06°31.1897' OL

53°33.2763' NB en 06°28.9006' OL

53°33.4951' NB en 06°27.3228' OL

53°32.9249' NB en 06°26.3971' OL

53°32.2225' NB en 06°27.2745' OL

53°31.8188' NB en 06°27.5629' OL

53°31.1084' NB en 06°27.7142' OL

53°30.8232' NB en 06°27.8172' OL

53°30.5652' NB en 06°27.8245' OL

53°30.2091' NB en 06°27.8895' OL

53°29.9693' NB en 06°27.9813' OL

53°29.4464' NB en 06°28.0920' OL

53°28.5000' NB en 06°29.1850' OL

Toelichting

1. Algemeen

Met de onderhavige regeling worden twee regelingen gewijzigd: de Beschikking visserij, visserijzone zeegebied en kustwateren (hierna: de Beschikking) en de Regeling capaciteitsvermindering zeevisserij 2005.

2. Wijziging Regeling capaciteitsvermindering zeevisserij 2005

In de Regeling capaciteitsvermindering zeevisserij 2005 wordt een verwijzing naar het Burgerlijk Wetboek aangepast, omdat verwezen werd naar een artikel dat inmiddels vervallen is.

3. Wijziging Beschikking visserij visserijzone, zeegebied en kustwateren

Doel van de wijziging

Met de onderhavige wijziging van de Beschikking wordt een gebied in de Waddenzee ingesteld waarbinnen geen visserij mag plaatsvinden met vaste vistuigen, met vistuigen geschikt voor het vangen van schelpdieren, met vistuigen geschikt voor het vangen van garnalen en met sleepnetten. Ook mogen in het gebied geen schelpdieren worden geraapt. Hiermee wordt gevolg gegeven aan de in 1991 op de 6e Waddenzeeconferentie tussen Denemarken, Duitsland en Nederland gemaakte afspraak dat voldoende grote gebieden in de Waddenzee worden aangewezen waarbinnen geen exploitaties en verstorende activiteiten mogen plaatsvinden. Het doel van de aanwijzing van deze zogenoemde referentiegebieden is om de ongestoorde ontwikkeling van de natuur in de gebieden te kunnen vergelijken met de ontwikkelingen van de natuur in de rest van de Waddenzee.

De natuurlijke ontwikkeling van het gebied zal jaarlijks in beeld worden gebracht. Daarnaast zal een vijfjaarlijkse tussenevaluatie uitwijzen of het gebied zich anders dan de rest van de Waddenzee ontwikkelt. Die informatie zal op termijn worden gebruikt bij de ontwikkeling en uitvoering van het Waddenzeebeleid.

Omschrijving referentiegebied

Op kaart 3 bij dit Beleidsbesluit Schelpdiervisserij 2005–2020 (bijlage bij TK 2004–2005, nr. 29675, nr. 5) staat het referentiegebied weergegeven. Het gebied ligt in de oostelijke Waddenzee en omvat de eilanden Rottumeroog en Rottumerplaat en het gebied ten zuiden van deze eilanden en beslaat 7389 ha (ongeveer 3% van de Waddenzee). Het gebied is gekozen omdat de nodige kenmerkende elementen uit de Waddenzee er voorkomen. Het gebied bevat geulen, prielen, diep en ondiep water, kwelders en zandplaten. Bovendien ontstaan met de keuze voor dit gebied zo weinig mogelijk extra beperkingen. Het referentiegebied valt namelijk nagenoeg geheel binnen het Groningerwad (gebied IV van bijlage 1 bij de Beschikking). Naast de visserij met vaste vistuigen, de zegenvisserij, de schelpdiervisserij en de garnalenvisserij, die in de gehele Waddenzee zonder vergunning is verboden, is binnen het Groningerwad ook de sleepnetvisserij met wekkerkettingen en het rapen van schelpdieren zonder vergunning reeds verboden. Verder valt het referentiegebied nagenoeg samen met het op grond van de Natuurbeschermingswet gesloten gebied.

De instelling van het referentiegebied heeft in de praktijk alleen gevolgen voor de garnalenvisserij, de sleepnetvisserij zonder wekkerkettingen en de visserij met vaste vistuigen, die onder voorwaarden en op beperkte schaal in het gebied plaatsvond op basis van een vergunning op grond van de Beschikking en een vergunning op grond van de Natuurbeschermingswet. Deze visserij zal ten gevolge van de wijziging van de Beschikking niet meer mogelijk zijn in het referentiegebied.

Toelichting op de wijzigingen

Op grond van de Beschikking gold al een verbod met betrekking tot de visserij met vaste vistuigen, de zegenvisserij, de schelpdiervisserij en de garnalenvisserij in de gehele Waddenzee. Ook gold al een verbod met betrekking tot de sleepnetvisserij met wekkerkettingen en het rapen van schelpdieren in het Groningerwad (gebied IV van bijlage 1), waarbinnen nagenoeg het gehele referentiegebied valt. Alleen een klein deel in het noordwesten van het referentiegebied valt buiten het Groningerwad. Als gevolg van de wijziging van de artikelen 5 en 8 wordt het verbod met betrekking tot de sleepnetvisserij met wekkerkettingen en het rapen van schelpdieren met dit kleine deel van het referentiegebied uitgebreid.

Het verbod met betrekking tot de visserij met vaste vistuigen, de zegenvisserij, de schelpdiervisserij en de garnalenvisserij, gold niet voor diegenen die voorzien waren van een vergunning. Gelet op het doel van de instelling van het referentiegebied is het niet langer mogelijk om een vergunning te krijgen voor het uitoefenen van deze vormen van visserij. Dit wordt geformaliseerd met de wijziging van artikel 11. Wat betreft de schelpdiervisserij was het al niet mogelijk om een vergunning te krijgen.

Ten aanzien van de sleepnetvisserij zonder wekkerkettingen gold in het geheel nog geen verbod in de Waddenzee op grond van de Visserijwet. Als gevolg van wijziging van artikel 5 is ook deze vorm van visserij verboden in het referentiegebied. Ook voor het uitoefenen van deze vorm van visserij in het referentiegebied kan als gevolg van de wijziging van artikel 11 geen vergunning worden verkregen.

Bovendien is het als gevolg van de wijziging van artikel 12 niet langer mogelijk ontheffing of vrijstelling te krijgen van het verbod de verschillende vormen van visserij uit te oefenen in het referentiegebied. Ook de vrijstelling voor het handmatig rapen van schelpdieren die is opgenomen in artikel 8, tweede lid, geldt als gevolg van de wijziging van artikel 8 niet langer met betrekking tot het referentiegebied.

Administratieve lasten

De onderhavige wijzigingsregeling leidt niet tot een verhoging van de administratieve lasten. Weliswaar wordt met deze regeling het zogenoemde referentiegebied ingesteld, waarbinnen de verschillende vormen van visserij zijn verboden, maar het is niet mogelijk om een vergunning voor deze vormen van visserij te verkrijgen. Evenmin is het mogelijk om ontheffing of vrijstelling te krijgen van deze verboden.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

C.P. Veerman

  • 1

    Stcrt. 1977, 255; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 19 augustus 2005 (Stcrt. 162).

  • 2

    Stcrt. 2005, 175.

Naar boven