Wijziging Uitvoeringsregeling brede doeluitkering sociaal, integratie en veiligheid

Regeling van de Minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties van 9 november 2005, nr. 2005-0000240849/CZW/WVOB, houdende wijziging van de Uitvoeringsregeling brede doeluitkering sociaal, integratie en veiligheid met betrekking tot het inburgeringsdeel

De Minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties,

Handelende in overeenstemming met de Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie;

Gelet op de artikelen 4, tweede lid, en 20, derde lid, van het Besluit brede doeluitkering sociaal, integratie en veiligheid;

Besluit:

Artikel I

De Uitvoeringsregeling brede doeluitkering sociaal, integratie en veiligheid wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding ‘1.’ geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

2. Op het met het procentuele aandeel, bedoeld in het eerste lid, corresponderende bedrag, wordt de helft van de per 31 december 2004 door de gemeente op grondslag van de Wet inburgering nieuwkomers gevormde reserve in mindering gebracht, mits die reserve groter is dan € 0.

B

In artikel 15, eerste lid, wordt ‘in artikel 2, eerste lid, van het Bekostigingsbesluit inburgering nieuwkomers’ vervangen door: in artikel 1, onderdeel g, van het Bekostigingsbesluit inburgering nieuwkomers.

C

Na artikel 15 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 15a

Onverminderd artikel 15 wordt in november 2005 een additioneel voorschot verstrekt op het inburgeringsdeel, ter hoogte van het verschil tussen enerzijds de helft van de door de Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie geraamde door een gemeente opgebouwde reserve aan niet bestede rijksbijdragen als bedoeld in artikel 1, onderdeel g, van het Bekostigingsbesluit inburgering nieuwkomers, per 31 december 2004, en anderzijds de helft van de verantwoorde reserve van een gemeente per 31 december 2004, mits dat verschil groter is dan € 0.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties, A. Pechtold.

Toelichting

Algemeen

Op grond van de financiële verantwoording over de in 2004 ontvangen rijksbijdrage inburgering nieuwkomers 2004 die de betreffende gemeenten hebben moeten aanleveren aan de Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie is besloten dat sommige G30 gemeenten in 2005 alsnog een hoger voorschot uitgekeerd krijgen op het inburgeringsdeel van de Brede doeluitkering sociaal, integratie en veiligheid, om te voorkomen dat ze moeten wachten tot de vaststelling van de definitieve hoogte, medio 2007. Mede namens de Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie licht ik deze regeling als volgt toe.

Artikel 7 van de Uitvoeringsregeling brede doeluitkering sociaal, integratie en veiligheid (hierna: Uitvoeringsregeling) bepaalt hoe het procentuele aandeel van elke G30-gemeente in de middelen voor inburgering van nieuwkomers wordt uitgerekend. Artikel 15 van diezelfde regeling bepaalt hoe het voorschot wordt uitgerekend dat elke gemeente in 2005 ambtshalve op het inburgeringsdeel van de brede doeluitkering sociaal, integratie en veiligheid wordt uitgekeerd. Blijkens dat laatste artikel wordt daarbij rekening gehouden met de hoogte van de reserve die is opgebouwd uit niet-bestede gelden over eerdere jaren. In artikel 7 is dat aspect bij de berekening van het aandeel waarop de gemeenten recht hebben abusievelijk nog niet verwerkt. Deze regeling voorziet daarom in een wijziging van artikel 7 van de Uitvoeringsregeling op dat punt.

Op grond van artikel 20 van het Besluit brede doeluitkering sociaal, integratie en veiligheid (hierna: het Besluit) hebben de gemeenten het voorschot op het inburgeringsdeel over 2005 inmiddels ontvangen. Bij de bepaling van dit voorschot is, conform artikel 15 van de Uitvoeringsregeling, rekening gehouden met de inzet van de helft van de per 31 december 2004 geraamde stand van de reserve aan niet bestede rijksbijdragen als bedoeld in artikel 1, onderdeel g, van het Bekostigingsbesluit inburgering nieuwkomers.

Uiterlijk 1 juli 2005 hebben de gemeenten een financiële verantwoording over de in 2004 ontvangen rijksbijdrage inburgering nieuwkomers 2004 moeten aanleveren aan de Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie. Op grond van deze verantwoording wordt, onder andere, de stand van de reserve inburgering nieuwkomers per 31 december 2004 verantwoord. Inmiddels is gebleken dat voor een aantal gemeenten de werkelijke stand van de reserve inburgering nieuwkomers op 31 december 2004 lager is dan de geraamde stand. Het gevolg hiervan is dat voor die gemeenten bij de bepaling van het voorschot van het inburgeringsdeel van 2005 met een te hoge inzet aan reserve is gerekend. Hierdoor is een aantal voorschotten te laag uitgevallen.

Om te voorkomen dat de betreffende gemeenten voor de suppletie van middelen op het inburgeringsdeel moeten wachten tot de vaststelling van de definitieve hoogte daarvan, medio 2007, wordt aan deze gemeenten in 2005 een additioneel voorschot op het inburgeringsdeel verstrekt. Bij de vaststelling van het inburgeringsdeel medio 2007 zal rekening worden gehouden met de vastgestelde stand van de reserve inburgering nieuwkomers per 31 december 2004. Indien de hoogte van het vastgestelde inburgeringsdeel afwijkt van de verleende voorschotten zal het verschil in 2007 worden verrekend.

Artikelsgewijs

Artikel I

Onderdeel A

Aan artikel 7 van de Uitvoeringsregeling wordt een tweede lid toegevoegd. Op grond daarvan wordt het procentuele aandeel, zoals dat wordt uitgerekend op grond van wat nu het eerste lid is, gecorrigeerd voor de in de loop van de jaren opgebouwde reserve.

Onderdeel B

In artikel 15 wordt een onjuiste verwijzing gecorrigeerd.

Onderdeel C

Het extra voorschot wordt alleen uitgekeerd aan die gemeenten waarvan bij de financiële verantwoording inburgering nieuwkomers verantwoorde reserve per 1-1-2004 is gebleken dat ze voor een hoger bedrag in aanmerking komen dan ze bij wege van voorschot eerder in 2005 hebben ontvangen. Om die reden is niet in artikel 15 van de Uitvoeringsregeling het begrip ‘geraamde reserve’ vervangen door ‘verantwoorde reserve’ maar is een aanvulling op de voorschotberekening als bedoeld in artikel 15 van de Uitvoeringsregeling vastgesteld die er toe leidt dat inderdaad alleen die gemeenten een extra voorschot uitgekeerd krijgen waarvan is gebleken dat ze recht hebben op een hoger bedrag dan bij wege van voorschot eerder is uitbetaald. Eventuele overige correcties vinden plaats bij de eindafrekening.

De Minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties,

A. Pechtold