Wijziging Regeling Verpakkingen- en gebruiksartikelen

Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 12 september 2005, nr. VGP/P&L 2614264, houdende een wijziging van de Regeling Verpakkingen- en gebruiksartikelen (Warenwet)

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Economische Zaken en de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

Gelet op richtlijn nr. 2004/19/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 1 maart 2004 (PbEU L 71) tot wijziging van richtlijn 2002/72/EG inzake materialen en voorwerpen van kunststof, bestemd om met levensmiddelen in aanraking te komen, alsmede de artikelen 3, eerste lid, onder a, en 4 van het Warenwetbesluit verpakkingen en gebruiksartikelen;

Besluit:

Artikel I

Deel A, hoofdstuk I van de bijlage bij de Regeling Verpakkingen- en gebruiksartikelen (Warenwet), wordt als volgt gewijzigd:

A

Onderdeel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. De zinsnede ‘het Wetenschappelijk Comité voor de menselijke voeding’ wordt vervangen door: de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid.

2. In de laatste volzin wordt ‘paragraaf 2.3.a’ vervangen door: paragraaf 2.3.

3. Aan het slot worden drie nieuwe alinea’s toegevoegd, luidende:

In paragraaf 2.3 zijn de volgende additieven nog niet opgenomen:

a. additieven die alleen worden gebruikt bij de vervaardiging van:

– deklagen die zijn verkregen uit harsachtige of gepolymeriseerde producten in de vorm van vloeistoffen, poeders of dispersies, zoals vernissen, lakken, verven;

– epoxyharsen;

– kleefstoffen en adhesiebevorderende stoffen;

– drukinkten;

b. kleurstoffen;

c. oplosmiddelen.

Een belanghebbende bij het opnemen van een additief in paragraaf 2.3, welke reeds in één of meer lidstaten in de handel is, dient uiterlijk op 31 december 2006 gegevens in bij de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid ten behoeve van een veiligheidsbeoordeling van dat additief.

Onverminderd artikel 6 van verordening (EG) nr. 1935/2004 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 27 oktober 2004 inzake materialen en voorwerpen bestemd om met levensmiddelen in contact te komen en houdende intrekking van de Richtlijnen 80/590/EEG en 89/109/EEG (PbEU L 338) worden na 31 december 2006 geen additieven toegelaten die nooit door het Wetenschappelijk Comité voor de menselijke voeding of de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid zijn beoordeeld.

B

Onderdeel 1.8 wordt als volgt gewijzigd:

1. De tekst van ‘QM’ komt na het ‘= teken’ als volgt te luiden:

maximaal toegelaten restgehalte van de stof in het materiaal of voorwerp. Voor de toepassing van deze regeling wordt het gehalte van de stof in het materiaal of voorwerp met een gevalideerde analysemethode bepaald. Indien een dergelijke methode nog niet bestaat, mag in afwachting van de ontwikkeling van een gevalideerde methode een analysemethode worden gebruikt die bij de opgegeven limiet geschikte prestatiekenmerken heeft.

2. In de tekst van ‘SENS’ wordt na het ‘= teken’ de zinsnede ‘artikel 2, tweede streepje van richtlijn 89/109/EEG’ vervangen door:

artikel 3, eerste lid, onder c, van verordening (EG) nr. 1935/2004 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 27 oktober 2004 inzake materialen en voorwerpen bestemd om met levensmiddelen in contact te komen en houdende intrekking van de Richtlijnen 80/590/EEG en 89/109/EEG (PbEU L 338).

C

Onderdeel 2.1 wordt als volgt gewijzigd:

1. De monomeren en andere uitgangsstoffen met bijhorende gegevens, genoemd in onderstaande tabel worden alfabetisch ingevoegd.

PM/REF nr.

CAS nr.

Naam

Beperkingen en/of

specificatie

(1)

(2)

(3)

(4)

10599/90A

061788-89-4

dimeren van onverzadigde vetzuren (C18), gedestilleerde

QMA(T) = 0,05 mg/6 dm2, alleen of samen met stof met PM/REF nr. 10599/91, 10599/92A en 10599/93

10599-91

061788-89-4

dimeren van onverzadigde vetzuren (C18), niet gedestilleerde

QMA(T) = 0,05 mg/6 dm2, alleen of samen met stof met PM/REF nr. 10599/90A, 10599/92A en 10599/93

10599-92 A

068783-41-5

dimeren, gehydrogeneerde, van onverzadigde vetzuren (C18), gedestilleerde

QMA(T) = 0,05 mg/6 dm2, alleen of samen met stof met PM/REF nr. 10599/90A, 10599/91 en 10599/93

10599/93

068783-41-5

dimeren, gehydrogeneerde, van onverzadigde vetzuren (C18), niet gedestilleerde

QMA(T) = 0,05 mg/6 dm2, alleen of samen met stof met PM/REF nr. 10599/90A, 10599/91 en 10599/92A

13323

000102-40-9

1,3-bis(2-hydroxyethoxy)benzeen

SML = 0,05 mg/kg

14800

003724-65-0

crotonzuur

QMA(T) = 0,05 mg/6 dm2, alleen of samen met stof met PM/REF nr. 45600

16210

006864-37-5

3,3’-dimethyl-4,4’-diaminodicyclohexylmethaan

SML = 0,05 mg/kg. Indien in aanraking met vetten moet de naleving worden gecontroleerd met behulp van isooctaan ter vervanging van simulant D (instabiel). Alleen voor gebruik in polyamiden

16540

000102-09-0

difenylcarbonaat

SML = 0,05 mg/kg

17110

016219-75-3

5-ethylideenbicyclo[2.2.1]hept-2-een

QMA = 0,05 mg/6 dm2. De verhouding oppervlakte/hoeveelheid levensmiddel moet kleiner zijn dan 2 dm2/kg

18700

000629-11-8

1,6-hexaandiol

SML = 0,05 mg/kg

18896

001679-51-2

4-(hydroxymethyl)-1-cyclohexeen

SML = 0,05 mg/kg

20440

000097-90-5

ethyleenglycoldimethacrylaat

SML = 0,05 mg/kg

21400

054276-35-6

sulfopropylmethacrylaat

QMA = 0,05 mg/6 dm2

22775

000144-62-7

oxaalzuur

SML = 6 mg/kg, alleen of samen met stof met PM/REF nr. 69920

23070

000102-39-6

(1,3-fenyleendioxy)diazijnzuur

SML = 0,05 mg/6 dm2

2. De gegevens bij de PM/REF nummers worden vervangen door de gegevens die corresponderen met de PM/REF nummers uit onderstaande tabel en alfabetisch herschikt op naam.

PM/REF nr.

CAS nr.

Naam

Beperkingen en/of

specificatie

(1)

(2)

(3)

(4)

11530

00999-61-1

2-hydroxypropylacrylaat

QMA = 0,05 mg/6 dm2 voor de som van 2-hydroxypropylacrylaat en 2-hydroxyisopropylacrylaat. Mag maximaal 25% (m/m) 2-hydroxyisopropylacrylaat (CAS nr. 002918-23-2) bevatten

13480

000080-05-7

2,2-bis(4-hydroxyfenyl)propaan

SML(T) = 0,6 mg/kg, alleen of samen met stof met PM/REF nr. 39680

14950

003173-53-3

cyclohexylisocyanaat

QM(T) = 1 mg/kg in EP (uitgedrukt als NCO), alleen of samen met de stoffen met PM/REF nr. 15700, 16240, 16570, 16600, 16630, 18640, 19110, 22332, 22420, 22570, 25210, 25240 en 25270

17260

000050-00-0

formaldehyd

SML(T) = 15 mg/kg, alleen of samen met stof met PM/REF nr. 18670, 54880 en 59280

18670

000100-97-0

hexamethyleentetramine

SML(T) = 15 mg/kg, alleen of samen met stof met PM/REF nr. 17260, 54880 en 59280 (uitgedrukt als formaldehyd)

18888

08-0181-31-3

3-hydroxyboterzuur en 3hydroxyvaleriaanzuur, copolymeer

zie paragraaf 2.6

18898

000103-90-2

n-(4-hydroxyfenyl)aceetamide

SML = 0,05 mg/kg

22150

000691-37-2

4-methyl-1-penteen

SML = 0,05 mg/kg

22331

025513-64-8

mengsel van (35–45% m/m) 1,6-diamino-2,2,4-trimethylhexaan en (55–65% m/m) 1,6-diamino-2,4,4-trimethylhexaan

QMA = 5 mg/6 dm2

22332

mengsel van (40% m/m) 2,2,4-trimethylhexaan-1,6-diisocyanaat en (60% m/m) 2,4,4-trimethylhexaan-1,6-diisocyanaat

QM(T) = 1 mg/kg (uitgedrukt als NCO), alleen of samen met de stoffen met PM/REF nr. 14950, 15700, 16240, 16570, 16600, 16630, 18640, 19110, 22420, 22570, 25210, 25240 en 25270

24190

065997-05-9

houthars

 

3. De monomeren en andere uitgangsstoffen met PM/REF nr. 15370 en 15400 met bijhorende gegevens vervallen.

D

In onderdeel 2.2 vervallen de monomeren en andere uitgangsstoffen met bijhorende gegevens met PM/REF nr. 10599/90A, 10599/91, 10599/92A, 10599/93, 14800, 16210, 17110, 18700 en 21400.

E

Onderdeel 2.3 wordt als volgt gewijzigd:

1. In tabel 2.3a worden de additieven met bijhorende gegevens, genoemd in onderstaande tabel, alfabetisch ingevoegd.

PM/REF nr.

CAS nr.

Naam

Beperkingen en/of specificaties

(1)

(2)

(3)

(4)

34850

143925-92-2

aminen, bis(gehydrogeneerd talkalkyl)-, geoxideerd

QM = Alleen voor gebruik in:

a) polyolefinen in een concentratie van 0,1% (m/m), maar niet in LDPE wanneer dat in aanraking komt met levensmiddelen waarvoor in deel B, paragraaf 4.2.1 een reductiecoëfficiënt van minder dan 3 is vastgesteld

   

b) PET in een concentratie van 0,25% (m/m) dat in aanraking komt met andere levensmiddelen dan die waarvoor simulant D als bedoeld in deel B, paragraaf 4.2.1 is vastgesteld

34895

000088-68-6

2-aminobenzamide

SML = 0,05 mg/kg. Alleen voor gebruik in PET voor water en dranken

39680

000080-05-7

2,2-bis(4 hydroxyfenyl)propaan

SML(T) = 0,6 mg/kg, alleen of samen met stof met PM/REF nr. 13480

42880

008001-79-4

ricinusolie

 

45600

003724-65-0

crotonzuur

QMA(T) = 0,05 mg/6 dm2, alleen of samen met stof met PM/REF nr. 14800

45640

005232-99-5

ethyl-2-cyaan-3,3-difenylacrylaat

SML = 0,05 mg/kg

46700

5,7-di-tert-butyl-3-(3,4 en 2,3-dimethylfenyl)-3H-benzofuran-2-on, bestaande uit: a) 5,7-di-tert-butyl-3-(3,4-dimethylfenyl)-3H-benzofuran-2-on (80–100% m/m) en b) 5,7-di-tert-butyl-3-(2,3-dimethylfenyl)-3H-benzofuran-2-on (0–20% m/m)

SML = 5 mg/kg

46720

004130-42-1

2,6-di-tert-butyl-4-ethylfenol

QMA = 4,8 mg/6 dm2

56535

esters van glycerol met nonaanzuur

 

59280

000100-97-0

hexamethyleentetramine

SML(T) = 15 mg/kg, alleen of samen met de stoffen met PM/REF nr. 17260, 18670 en 54880 (uitgedrukt als formaldehyd)

68078

027253-31-2

kobaltneodecanoaat

SML(T) = 0,05 mg/kg (uitgedrukt als neodecaanzuur) en SML(T) = 0,05 mg/kg, alleen of samen met de stoffen met PM/REF nr. 44960, 82020 en 89170 (uitgedrukt als kobalt). Niet gebruiken voor polymeren die met levensmiddelen in aanraking komen en waarvoor simulant D als bedoeld in deel B, paragraaf 4.2.1 is vastgesteld

69920

000144-62-7

oxaalzuur

SML(T) = 6 mg/kg, alleen of samen met stof met PM/REF nr. 22775

76866

polyesters van 1,2-propaandiol en/of 1,3- en/of 1,4-butaandiol en/of polypropyleenglycol met adipinezuur, eventueel met azijnzuur, C12–C18-vetzuren, n-octanol en/of n-decanol als eindgroepen

SML = 30 mg/kg

85601

silicaten, natuurlijke (met uitzondering van asbest)

 

95000

028931-67-1

trimethylolpropaantrimethacrylaatmethylmethacrylaat, copolymeer

 

2. In tabel 2.3a worden de gegevens bij de PM/REF nummers vervangen door de gegevens die corresponderen met de PM/REF nummers uit onderstaande tabel en alfabetisch herschikt op naam.

PM/REF nr.

CAS nr.

Naam

Beperkingen en/of

specificaties

(1)

(2)

(3)

(4)

45450

068610-51-5

p-kresol-dicyclopentadieen-isobutyleen, copolymeer

SML = 5 mg/kg

77895

068439-49-6

polyethyleenglycol (EO = 2–6)-monoalkyl(C16–C18)ether

SML = 0,05 mg/kg. De samenstelling van dit mengsel is:

– polyethyleenglycol (EO = 2–6)-monoalkyl(C16–C18)ether (ongeveer 28%)

– vetalcoholen (C16–C18) (ongeveer 48%)

– ethyleenglycolmonoalkyl(C16–C18)ether (ongeveer 24%)

85840

053320-86-8

lithiummagnesiumnatriumsilicaat

SML(T) = 0,6 mg/kg, alleen of samen met de stoffen met PM/REF nr. 38000, 42400, 64320, 67896, 73040, 85760, 85920 en 95725 (uitgedrukt als lithium)

95725

110638-71-6

vermiculiet, reactieproduct met lithiumcitraat

SML(T) = 0,6 mg/kg, alleen of samen met de stoffen met PM/REF nr. 38000, 42400, 64320, 67896, 73040, 85760, 85840 en 85920 (uitgedrukt als lithium)

3. In tabel 2.3a vervallen de additieven met PM/REF nr. 56565, 67170, 76865 en 85600 met bijhorende gegevens.

4. In tabel 2.3b worden de additieven met bijhorende gegevens, genoemd in onderstaande tabel, alfabetisch ingevoegd.

PM/REF nr.

CAS nr.

Naam

Beperkingen en/of

specificaties

(1)

(2)

(3)

(4)

34650

151841-65-5

aluminiumhydroxybis[2,2’-methyleenbis

(4,6-di-tert-butylfenyl)fosfaat

SML = 5 mg/kg

38000

000553-54-8

lithiumbenzoaat

SML(T) = 0,6 mg/kg, alleen of samen met de stoffen met PM/REF nr. 42400, 64320, 67896, 73040, 85760, 85840, 85920 en 95725 (uitgedrukt als lithium)

40720

025013-16-5

tert-butyl-4-hydroxyanisool (BHA)

SML = 30 mg/kg

46640

000128-37-0

2,6-di-tert-butyl-p-kresol (BHT)

SML = 3,0 mg/kg

54880

000050-00-0

formaldehyd

SML(T) = 15 mg/kg, alleen of samen met de stoffen met PM/REF nr. 17260, 18670 en 59280

55200

001166-52-5

dodecylgallaat

SML(T) = 30 mg/kg, alleen of samen met de stoffen met PM/REF nr. 55280 en 55360

55280

001034-01-1

octylgallaat

SML(T) = 30 mg/kg (34), alleen of samen met de stoffen met PM/REF nr. 55200 en 55360

55360

000121-79-9

propylgallaat

SML(T) = 30 mg/kg, alleen of samen met de stoffen met PM/REF nr. 55200 en 55280

67896

020336-96-3

lithiummyristaat

SML(T) = 0,6 mg/kg, alleen of samen met de stoffen met PM/REF nr. 38000, 42400, 64320, 73040, 85760, 85840, 85920 en 95725 (uitgedrukt als lithium)

71935

007601-89-0

natriumperchloraat-monohydraat

SML = 0,05 mg/kg. Indien in aanraking met vetten moet de naleving worden gecontroleerd met behulp van simulanten voor levensmiddelen met verzadigde vetten als simulant D

76680

068132-00-3

polycyclopentadieen, gehydrogeneerd

SML = 5 mg/kg. Opgelet: De kans bestaat dat bij gebruik van simulanten voor vette levensmiddelen de SML wordt overschreden

86480

007631-90-5

natriumbisulfiet

SML(T) = 10 mg/kg, alleen of samen met de stoffen met PM/REF nr. 86960 en 87120 (uitgedrukt als SO2)

86920

007632-00-0

natriumnitriet

SML = 0,6 mg/kg

86960

007757-83-7

natriumsulfiet

SML(T) = 10 mg/kg, alleen of samen met de stoffen met PM/REF nr. 86480 en 87120 (uitgedrukt als SO2)

87120

007772-98-7

natriumthiosulfaat

SML(T) = 10 mg/kg, alleen of samen met de stoffen met PM/REF nr. 86480 en 86960 (uitgedrukt als SO2)

94400

036443-68-2

triethyleenglycolbis[3-(3-tert-butyl-4-hydroxy-5-methylfenyl)propionaat]

SML = 9 mg/kg

5. In tabel 2.3b worden de gegevens bij de PM/REF nummers vervangen door de gegevens die corresponderen met de PM/REF nummers uit onderstaande tabel.

PM/REF nr.

CAS nr.

Naam

Beperkingen en/of

specificaties

(1)

(2)

(3)

(4)

42400

10377-37-4

lithiumcarbonaat

SML(T) = 0,6 mg/kg, alleen of samen met de stoffen met PM/REF nr. 38000, 64320, 67896, 73040, 85760, 85840, 85920 en 95725 (uitgedrukt als lithium)

64320

10377-51-2

lithiumjodide

SML(T) = 1 mg/kg, alleen of samen met de stoffen met PM/REF nr. 45200, 81680 en 86800 (uitgedrukt als jood) en SML(T) = 0,6 mg/kg, alleen of samen met de stoffen met PM/REF nr. 38000, 42400, 67896, 73040, 85760, 85840, 85920 en 95725 (uitgedrukt als lithium)

73040

13763-32-1

lithiumfosfaat

SML(T) = 0,6 mg/kg, alleen of samen met de stoffen met PM/REF nr. 38000, 42400, 64320, 67896, 85760, 85840, 85920 en 95725 (uitgedrukt als lithium)

85760

12068-40-5

lithiumaluminiumsilicaat (2:1:1)

SML(T) = 0,6 mg/kg, alleen of samen met de stoffen met PM/REF nr. 38000, 42400, 64320, 67896, 73040, 85840, 85920 en 95725 (uitgedrukt als lithium)

85920

12627-14-4

lithiumsilicaat

SML(T) = 0,6 mg/kg, alleen of samen met de stoffen met PM/REF nr. 38000, 42400, 64320, 67896, 73040, 85760, 85840 en 95725 (uitgedrukt als lithium)

6. In tabel 2.3b vervallen de additieven met PM/REF nr. 46720, 68078 en 95000 met bijhorende gegevens.

F

Onderdeel 2.5.2 wordt als volgt gewijzigd:

1. Na de zinsnede ‘paragrafen 2.1, 2.2’ wordt toegevoegd ‘, 2.3’.

2. Aan het slot wordt de volgende tekst toegevoegd:

De migratie van de in paragraaf 2.3 opgenomen additieven, die zijn toegelaten als levensmiddelenadditieven in het Warenwetbesluit Levensmiddelenadditieven of als aroma’s in het Warenwetbesluit Aroma’s:

a. naar levensmiddelen mag niet zo groot zijn dat die additieven een technologische functie in het eindproduct vervullen;

b. naar levensmiddelen waarin het gebruik ervan is toegelaten als levensmiddelenadditieven of aroma’s, mag niet meer bedragen dan de beperkingen die zijn vastgesteld in het Warenwetbesluit Levensmiddelenadditieven en in het Warenwetbesluit Aroma’s, dan wel in paragraaf 2.3 indien die waarde lager is;

c. naar levensmiddelen waarin zij niet als levensmiddelenadditieven of aroma’s mogen worden gebruikt, mag niet zo groot zijn dat de in paragraaf 2.3 vastgestelde beperkingen worden overschreden.

Materialen en voorwerpen van kunststof, die bestemd zijn om met levensmiddelen in aanraking te komen en die additieven bevatten die zijn toegelaten als levensmiddelenadditieven in het Warenwetbesluit Levensmiddelenadditieven of als aroma’s in het Warenwetbesluit Aroma’s, dienen wanneer ze worden verkocht en deze verkoop niet in de detailhandel plaatsvindt, vergezeld te gaan van een schriftelijke verklaring die de in 2.5.4.2, onder het tweede gedachtestreepje, bedoelde informatie bevat.

G

Onderdeel 2.5.4 wordt als volgt gewijzigd:

1. Bij het eerste gedachtestreepje wordt de zinsnede ‘voorwerpen die daarmee kunnen worden vergeleken’ vervangen door: soortgelijke voorwerpen.

2. Bij het tweede gedachtestreepje wordt telkens na ‘materialen’ toegevoegd ‘of voorwerpen’.

H

Onderdeel 2.5.4.1 wordt als volgt gewijzigd:

1. De datum ’1 januari 2004’ vervangen door: 1 juli 2006.

2. Aan het slot wordt de volgende tekst toegevoegd:

De controle op het naleven van de specifieke migratielimieten is niet verplicht indien uit de bepaling van de totale migratiewaarde blijkt dat de specifieke migratielimieten niet worden overschreden.

De controle op het naleven van de specifieke migratielimieten is niet verplicht indien kan worden aangetoond dat, als wordt aangenomen dat de resthoeveelheid van de stof in het materiaal of in het voorwerp volledig migreert, de specifieke migratielimiet niet kan worden overschreden.

I

Het volgende onderdeel wordt toegevoegd:

2.5.4.2

Materialen en voorwerpen van kunststof, die bestemd zijn om met levensmiddelen in aanraking te komen, dienen, wanneer ze worden verkocht en deze verkoop niet in de detailhandel plaatsvindt, vergezeld te gaan van een schriftelijke verklaring die in geval van stoffen waarvoor bij gebruik in levensmiddelen een beperking geldt, adequate, op grond van experimentele gegevens of theoretische berekeningen verkregen informatie verstrekt over de specifieke migratiewaarde van die stoffen alsmede, indien van toepassing, de zuiverheidscriteria overeenkomstig het Warenwetbesluit Zoetstoffen, het Warenwetbesluit Levensmiddelenadditieven en de Warenwetregeling Zuiverheidseisen van levensmiddelenadditieven met uitzondering van kleurstoffen en zoetstoffen, teneinde de gebruiker van deze materialen en voorwerpen in staat te stellen de desbetreffende communautaire bepalingen, of bij ontbreken daarvan, de nationale bepalingen met betrekking tot levensmiddelen, na te leven.

J

Aan het slot van onderdeel 2.6 wordt het volgende toegevoegd:

Beperking

QMA voor crotonzuur = 0,05 mg/6 dm2

Artikel II

1. Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

2. In afwijking van het eerste lid mogen materialen en voorwerpen van kunststof die bestemd zijn om met levensmiddelen in aanraking te komen en die voldoet aan de Regeling Verpakkingen- en gebruiksartikelen (Warenwet), zoals die onmiddellijk vóór de inwerkingtreding van deze regeling luidde, nog worden verhandeld tot 1 maart 2006.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, J.F. Hoogervorst.

Toelichting

Algemeen

Deze regeling strekt tot uitvoering van richtlijn nr. 2004/19/EG van de Commissie van 1 maart 2004 (PbEU L 71) tot wijziging van Richtlijn 2002/72/EG inzake materialen en voorwerpen van kunststof, bestemd om met levensmiddelen in aanraking te komen.

Richtlijn nr. 2004/19/EG wijzigt de lijsten met toegestane monomeren en andere uitgangsstoffen en additieven die bij het vervaardigen van materialen en voorwerpen van kunststof, bestemd om met levensmiddelen in aanraking te komen, gebruikt mogen worden. Voor bepaalde stoffen worden de reeds op communautair niveau vastgestelde beperkingen in het licht van nieuwe beschikbare informatie aangepast. De lijst van additieven is momenteel nog onvolledig, aangezien deze niet alle stoffen bevat die in één of meer lidstaten worden toegelaten. Voor die stoffen blijft in afwachting van een beslissing over opneming in de communautaire lijst de nationale regeling gelden. De huidige lijst van additieven moet een positieve lijst worden om het gebruik van deze additieven in de Gemeenschap te harmoniseren. Voor additieven die al in één of meer lidstaten in de handel zijn, wordt tot en met 31 december 2006 de tijd gegeven voor het indienen van de nodige gegevens voor een veiligheidsbeoordeling door de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid.

Sommige stoffen die worden gebruikt voor het vervaardigen van materialen en voorwerpen van kunststof, bestemd om met levensmiddelen in aanraking te komen, worden ook rechtstreeks aan levensmiddelen toegevoegd. Die stoffen mogen niet uit de materialen of voorwerpen naar de levensmiddelen migreren in grotere hoeveelheden dan de grenswaarden die zijn vastgesteld in de desbetreffende levensmiddelenwetgeving, dan wel in deze richtlijn indien daarin een strengere beperking is vastgesteld.

Artikelsgewijs

Artikel I

A

De onder A geïntroduceerde Europese Autoriteit voor voedselveiligheid is opgericht bij verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden (PbEU L 31).

Een belanghebbende bij het opnemen van een additief in paragraaf 2.3 dient uiterlijk op 31 december 2006 gegevens in bij de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid ten behoeve van een veiligheidsbeoordeling van dat additief. Voor het indienen van de vereiste gegevens raadpleegt de aanvrager de ‘Guidelines of the European Food Safety Authority for the presentation of an application for safety assessment of a substance to be used in food contact materials prior to its authorisation’.

H

Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om een omissie te herstellen ter zake van de controle op het naleven van de specifieke migratielimieten.

Transponeringstabel

In de onderstaande tabel is weergegeven op welke wijze richtlijn nr. 2004/19/EG is geïntegreerd.

Richtlijn

2004/19/EG

Nationale regeling (RVG), Bijlage Deel A, Hoofdstuk I

Artikel 1

 

Onderdeel 1.1

geen implementatie vereist

Onderdeel 1.2

par. 1

Onderdeel 2.1

par. 1

Onderdeel 2.2

par. 2.5.4.1

Onderdeel 2.3

par. 1

Onderdeel 3.1

geen implementatie vereist

Onderdeel 3.2

par. 1

Onderdelen 3.3

t/m 3.5

geen implementatie vereist

Onderdeel 3,

artikel 4 ter

par. 1

Onderdeel 4.1

par. 2.5.2

Onderdeel 4.2

par. 2.5.2

Onderdeel 4.3

geen implementatie vereist

Onderdeel 5

par. 2.5.2 en 2.5.4

Onderdeel 6

par. 2.5.4.1

Onderdeel 7

par. 2.5.4.2

Onderdeel 8

par. 1.1, 1.8, 2.1, 2.2, 2.3a, 2.3b en 2.6

Artikel 2

geen implementatie vereist

Artikel 3

geen implementatie vereist

Artikel 4

geen implementatie vereist

Administratieve lasten

De implementatie van richtlijn 2004/19/EG brengt een administratieve last voor het bedrijfsleven met zich mee. In artikel I, onderdeel A, staat dat een belanghebbende bij het opnemen van een additief in paragraaf 2.3, welke reeds in één of meer lidstaten in de handel is, uiterlijk op 31 december 2006 gegevens indient bij de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid ten behoeve van een veiligheidsbeoordeling van dat additief. Voor de Nederlandse situatie gaat het dan om de stoffen genoemd in paragraaf 2.4. Dit zijn in totaal 464 stoffen. De berekening van de administratieve lasten is gebaseerd op artikel 4a van de Regeling Verpakkingen- en gebruiksartikelen (Warenwet). De kosten voor het indienen van de gegevens bij de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid zijn als volgt te berekenen.

Handeling

Uurtarief

Tijd

Frequentie

Totale kosten

Q

Totale AL

Indienen gegevens bij Europese Autoriteit voor voedselveiligheid

€ 45

6

1

270

464

€ 125.280

Bij de berekening is de frequentie van 1/10 vervangen door 1. Hiervoor is gekozen omdat de gegevens van de stoffen uit paragraaf 2.4 voor 31 december 2006 moeten worden ingediend bij de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid. De Q staat gewoonlijk voor het aantal bedrijven. Voor de Regeling Verpakkingen- en gebruiksartikelen (Warenwet) is deze Q 695. In bovengenoemde berekening is voor Q het aantal stoffen gekozen. Het is namelijk bekend dat het om maximaal 464 stoffen gaat. Voor het indienen van de gegevens wordt uitgegaan van 6 uur. De tijdsbesteding met betrekking tot de verplichting uit artikel 4a van de Regeling Verpakkingen- en gebruiksartikelen (Warenwet) is gesteld op 16 uur. De tijdsbesteding van 16 uur voor de administratieve last die met deze voorliggende regeling wordt geïntroduceerd, is om twee redenen aan de hoge kant. Ten eerste zijn alle 464 stoffen al beoordeeld in het kader van de nationale toelating. Bij de nationale toelating is altijd gebruik gemaakt van de aanvraagmethode voor een Europese toelating. Voor veel stoffen zal dit betekenen dat slechts het dossier van de desbetreffende stof moet worden opgezocht en opgestuurd. Soms zal een dossier moeten worden aangepast aan de laatste ontwikkelingen. Ten tweede zal een aantal stoffen uit paragraaf 2.4 ook in andere lidstaten zijn toegelaten en vanuit die andere lidstaat naar de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid worden opgestuurd voor een beoordeling. Vanuit Nederland hoeft de stof dan niet nogmaals ter beoordeling te worden opgestuurd. Gezien het bovenstaande is er voor gekozen de tijdsbesteding van 16 uur te verlagen naar 6 uur.

Deze regeling heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten voor de burger.

Het Adviescollege toetsing administratieve lasten (Actal) heeft de regeling niet geselecteerd voor een toets op de gevolgen voor de administratieve lasten voor het bedrijfsleven en de burger.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

J.F. Hoogervorst

Naar boven