Wijziging Beleidsregels vorm- en herkenbaarheidsvereisten reïntegratieverslagen

Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen,

Besluit:

Artikel I

Grondslag besluit

Dit besluit berust op de artikelen 38, tweede en zevende lid, van de Ziektewet, 34a, eerste lid, 71a, achtste lid, en 71b, derde lid, van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering en de Regeling procesgang eerste en tweede ziektejaar.

Artikel II

Wijziging Beleidsregels vorm- en herkenbaarheidsvereisten reïntegratieverslagen

De Beleidsregels vorm- en herkenbaarheidsvereisten reïntegratieverslagen1 worden als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel b wordt ‘Regeling procesgang eerste ziektejaar’ vervangen door: Regeling procesgang eerste en tweede ziektejaar.

2. De onderdelen e tot en met m worden geletterd f tot en met n.

3. Na onderdeel d wordt een nieuw onderdeel toegevoegd, luidende:

e. bedrijfsarts: de persoon, bedoeld in artikel 14, eerste lid, van de Arbeidsomstandighedenwet 1998, die belast is met de bijstand, bedoeld in artikel 14, eerste lid, onderdeel b, van die wet;

4. In de onderdelen a, d, f en h (nieuw) wordt ‘de wet’ vervangen door: de WAO.

5. Aan het slot van onderdeel f (nieuw) wordt toegevoegd: en artikel 38, tweede lid, van de Ziektewet;

6. In de onderdelen g, i, k en m (nieuw) wordt ‘de arbodienst’ vervangen door: de bedrijfsarts of de arbodienst.

7. Onderdeel l (nieuw) komt te luiden:

l. eerstejaarsevaluatie en eindevaluatie: de evaluatie aan het einde van het eerste ziektejaar, respectievelijk de meeste recente evaluatie van de voortgang en de uitvoering van de in het plan van aanpak gemaakte afspraken, bedoeld in artikel 6, onderdeel h, van de regeling;

B

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede, vijfde en tiende lid wordt ‘evaluatie bij de WAO-aanvraag’ vervangen door: eindevaluatie.

2. In het vierde en het negende lid wordt ‘de arbodienst’ vervangen door: de bedrijfsarts of de arbodienst.

3. Aan het slot van het vierde lid wordt toegevoegd: of bij het actueel oordeel bij de probleemanalyse

C

Er wordt een nieuw artikel 2a ingevoegd, luidende:

Artikel 2a

Verkort reïntegratieverslag Ziektewet

1. Indien geen probleemanalyse en geen plan van aanpak zijn opgesteld omdat naar de verwachting van de bedrijfsarts of de arbodienst geen sprake zou zijn van dreigend langdurig ziekteverzuim als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de regeling, of omdat de tijdsperiode tussen de eerste dag van de ongeschiktheid tot werken en de laatste dag voordat de dienstbetrekking eindigt korter is dan tien weken, kan in afwijking van artikel 2 worden volstaan met een beknopt verslag, aan te duiden als: verkort reïntegratieverslag Ziektewet.

2. Voor het indienen van een verkort reïntegratieverslag Ziektewet stelt het UWV een afzonderlijk formulier beschikbaar.

3. Indien geen gebruik wordt gemaakt van het in het tweede lid bedoelde formulier, worden in elk geval als afzonderlijke en herkenbare elementen van het verkort reïntegratieverslag Ziektewet weergegeven:

a. de actuele stand van zaken, met vermelding van de administratieve gegevens van de werknemer, werkgever en bedrijfsarts of arbodienst, gegevens omtrent de aard van het bedrijf van de werkgever en omtrent de functie en de bekwaamheden van de werknemer, de eerste dag van diens ongeschiktheid tot het verrichten van arbeid wegens ziekte, een en ander als bedoeld in artikel 6, onder a tot en met e, van de regeling;

b. de medische informatie van de bedrijfsarts of de arbodienst, voor zover van toepassing met een onderbouwing van de gestelde afwezigheid van dreigend langdurig ziekteverzuim;

c. het oordeel van de werknemer.

D

Artikel 3 komt te luiden:

Artikel 3

Herstellen van tekortkomingen

1. Het UWV stelt aan de werkgever schriftelijk een termijn van veertien dagen om het reïntegratieverslag te verstrekken of aan te vullen indien:

a. gebruik is gemaakt van het formulier, bedoeld in artikel 2, eerste lid, of artikel 2a, tweede lid, doch dit formulier niet deugdelijk en volledig is ingevuld en aan de werknemer ter hand gesteld;

b. een of meer elementen van het reïntegratieverslag, bedoeld in artikel 2, tweede lid of artikel 2a, derde lid, ontbreken doordat die elementen door de werkgever of door de bedrijfsarts of de arbodienst niet aan de werknemer ter hand zijn gesteld;

c. het reïntegratieverslag niet voldoet aan de vorm- en herkenbaarheidsvereisten, genoemd in artikel 2, derde tot en met tiende lid, respectievelijk artikel 2a, derde lid.

2. Heeft de werkgever na het verstrijken van de in het eerste lid genoemde termijn zonder deugdelijke grond het reïntegratieverslag niet verstrekt of aangevuld, dan geeft het UWV toepassing aan artikel 39a, eerste lid, van de Ziektewet, respectievelijk artikel 71a, negende lid, van de WAO.

3. Het UWV stelt aan de werknemer schriftelijk een termijn om het reïntegratieverslag te verstrekken of aan te vullen indien:

a. de werknemer die aanspraak maakt op ziekengeld het reïntegratieverslag desgevraagd niet bij het eerste spreekuurcontact verstrekt;

b. de aanvraag voor de toekenning van een uitkering op grond van de WAO niet vergezeld gaat van een reïntegratieverslag;

c. het oordeel van de werknemer bij het reïntegratieverslag ontbreekt, of niet als een afzonderlijk en herkenbaar element is weergegeven;

d. een of meer elementen van het reïntegratieverslag, bedoeld in artikel 2, tweede lid of artikel 2a, derde lid, ontbreken, terwijl die elementen door de werkgever of door de bedrijfsarts of de arbodienst wel aan de werknemer ter hand zijn gesteld.

4. De in het derde lid bedoelde termijn bedraagt voor de werknemer die aanspraak maakt op ziekengeld zeven dagen, en voor de werknemer die een uitkering op grond van de WAO heeft aangevraagd veertien dagen.

5. De werknemer die aanspraak maakt op ziekengeld wordt desgewenst in de gelegenheid gesteld zijn oordeel mondeling kenbaar te maken.

6. Indien de werknemer na het verstrijken van de in het derde lid bedoelde termijn zonder deugdelijke grond het reïntegratieverslag niet heeft verstrekt of aangevuld, en de verstrekte gegevens onvoldoende zijn voor de beoordeling van zijn aanvraag voor de toekenning van een uitkering op grond van de WAO, besluit het UWV die aanvraag niet te behandelen.

7. Wordt aan de werknemer die de verplichting tot het verstrekken van een reïntegratieverslag niet volledig is nagekomen, ziekengeld of een uitkering op grond van de WAO toegekend, dan legt het UWV die werknemer een maatregel op als bedoeld in artikel 45, eerste lid, onder n, van de Ziektewet, respectievelijk artikel 28, onderdeel f, van de WAO, tenzij op grond van artikel 29, tweede lid, van de WAO met een schriftelijke waarschuwing kan worden volstaan.

E

Artikel 4 vervalt.

Artikel III

Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de publicatie van de Staatscourant waarin het is geplaatst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Amsterdam, 26 juli 2005.
De voorzitter Raad van bestuur UWV, J.M. Linthorst.

Toelichting

Algemeen

Artikel 71a van de WAO en de op dit artikel gebaseerde Regeling procesgang eerste ziektejaar bevatten een aantal voorschriften waaraan een werkgever en een werknemer moeten voldoen indien de werknemer ongeschikt tot werken is geworden, en hij gedurende deze ongeschiktheid recht op loon heeft. Vraagt de werknemer vervolgens een WAO-uitkering aan, dan is hij op grond van artikel 34a, eerste lid, van de WAO verplicht bij deze aanvraag een reïntegratieverslag bij te voegen. Aan de hand van dit reïntegratieverslag beoordeelt het UWV of de werkgever en de werknemer voldoende reïntegratie-inspanningen hebben verricht.

In artikel 38, tweede lid, van de Ziektewet, zoals dat luidt na de invoering van de Wet verlenging loondoorbetalingsverplichting bij ziekte, is bepaald dat er ook een reïntegratieverslag moet worden opgesteld indien het dienstverband eindigt binnen 104 weken na het ontstaan van de ongeschiktheid tot werken van de werknemer, en deze aansluitend aan het dienstverband aanspraak maakt op ziekengeld, mits tussen de eerste arbeidsongeschiktheidsdag en de laatste werkdag een periode van ten minste zes weken is gelegen. De werknemer verstrekt het verslag op verzoek aan het UWV. In de regel zal dit bij het eerste spreekuurcontact zijn. Het reïntegratieverslag fungeert hier niet alleen als toetsdocument voor de boordeling van de reïntegratie-inspanningen, maar tevens als overdrachtsdocument, om het UWV in staat te stellen op basis van de reeds beschikbare informatie de reïntegratie te continueren.

Voor het reïntegratieverslag bij de WAO-aanvraag heeft het UWV in overleg met de Stuurgroep verbetering poortwachter een formulierenset ontwikkeld. Deze formulieren zijn aangepast, om ook te kunnen worden gebruikt voor het reïntegratieverslag bij einde dienstverband. De formulierenset is bedoeld als hulpmiddel. Het gebruik daarvan is niet verplicht. Ook indien de werkgever en de werknemer geen gebruik maken van de formulierenset, is het echter noodzakelijk dat de verstrekte informatie voldoende toegankelijk en overzichtelijk is, zodat onnodige nadere uitvraag wordt voorkomen en de beoordeling van de reïntegratie-inspanningen zorgvuldig, tijdig en efficiënt kan geschieden. Om dit te bereiken zijn de Beleidsregels vorm- en herkenbaarheidsvereisten reïntegratieverslagen opgesteld. Deze beleidsregels worden thans aangepast teneinde ook aan het reïntegratieverslag bij het einde van het dienstverband vorm- en herkenbaarheidseisen te stellen. De beleidsregels zijn opgesteld op een zodanige wijze dat de administratieve lasten voor werkgevers zo beperkt mogelijk blijven.

De Regeling procesgang eerste ziektejaar is per 30 december 2004 gewijzigd, en wordt sinds die datum aangeduid als Regeling procesgang eerste en tweede ziektejaar. De wijziging behelst de verplichting van een eerstejaarsevaluatie, en vastlegging daarvan in het reïntegratieverslag. De aanpassing van deze beleidsregels strekt er mede toe de eerstejaarsevaluatie in de vorm- en herkenbaarheidsvereisten op te nemen.

Met betrekking tot de deskundige bijstand aan werkgevers inzake arbeidsomstandigheden en verzuimaanpak zijn enkele wijzigingen aangebracht in de Arbeidsomstandighedenwet 1998 en het Arbeidsomstandighedenbesluit. Deze wijzigingen, bekend als ‘maatwerk arbodienstverlening’, treden in werking per 1 juli 2005, en houden, voor zover hier van belang, in dat de werkgever ten aanzien van de verplichte inschakeling van deskundige bijstand bij de verzuimbegeleiding in plaats van een arbodienst een bedrijfsarts kan contracteren. De Regeling procesgang eerste en tweede ziektejaar wordt in dit kader per 1 juli 2005 eveneens gewijzigd.

Eisen aan het reïntegratieverslag bij einde dienstverband

Voor het reïntegratieverslag bij einde dienstverband gelden in principe dezelfde eisen als voor het reïntegratieverslag bij de WAO-aanvraag. Uiteraard met dien verstande dat rekening wordt gehouden met het tijdelijke karakter van het dienstverband. Het reïntegratieverslag zal een verslag moeten bevatten van de processtappen die, gelet op de resterende duur van het dienstverband, redelijkerwijs konden worden gezet. Voor zover daarbij vertraging is opgetreden, of anderszins is afgeweken van de Regeling procesgang eerste en tweede ziektejaar, moeten de redenen daarvoor worden toegelicht.

De lengte van de periode tussen de eerste arbeidsongeschiktheidsdag en het einde van het dienstverband kan sterk verschillen. Naarmate de resterende duur van het dienstverband korter is, zal het reïntegratieverslag beknopter kunnen zijn. Is deze periode echter langer dan een jaar, dan zal het verslag in elk geval ook een eerstejaarsevaluatie moeten bevatten. Een reïntegratieverslag kan achterwege blijven als de werknemer bij het einde van het dienstverband korter dan zes weken ziek is geweest.

Als een bepaalde processtap aan de orde is, doch er slechts korte tijd resteert voordat het dienstverband ten einde loopt, kunnen elementen van het reïntegratieverslag ook worden samengevoegd. Een bijstelling van de probleemanalyse of van het plan van aanpak, waaraan geen vervolg meer kan worden gegeven omdat daarvoor minder dan twee weken resteert, kan worden opgenomen in het actueel oordeel van de bedrijfsarts of de arbodienst of in de eindevaluatie. Eindigt het dienstverband binnen 54 weken na de eerste ziektedag, dan kunnen ook de eerstejaarsevaluatie en de eindevaluatie worden samengevoegd.

Het reïntegratieverslag moet altijd de meest recente informatie bevatten, te weten het actueel oordeel van de arbodienst, de eindevaluatie van de werkgever en het actueel oordeel van de werknemer.

Verkort reïntegratieverslag Ziektewet

Geen probleemanalyse en plan van aanpak hoeven te worden opgesteld als er tussen de eerste arbeidsongeschiktheidsdag en de einddatum van het dienstverband een periode van minder dan tien weken is gelegen. De werkgever heeft dan immers niet meer voldoende tijd om een op basis van de probleemanalyse te maken plan van aanpak uit te voeren. In een dergelijk geval kan worden volstaan met een verkort reïntegratieverslag, dat slechts bestaat uit algemene en actuele informatie. Het reïntegratieverslag fungeert dan niet als toetsingsdocument, maar dient slechts als document voor gegevensoverdracht.

Heeft het ziekteverzuim bij het einde van het dienstverband langer dan zes weken geduurd, maar is er naar het oordeel van de bedrijfsarts of de arbodienst geen sprake van dreigend langdurig ziekteverzuim, dan hoeft er volgens de Regeling procesgang eerste en tweede ziektejaar geen probleemanalyse en geen plan van aanpak te worden opgesteld. Ook in dit geval kan de werkgever volstaan met een verkort reïntegratieverslag met algemene en actuele informatie. Daarbij wordt van de bedrijfsarts of de arbodienst een motivering verwacht van het oordeel dat geen sprake is van dreigend langdurig ziekteverzuim, onderbouwd door de beschikbare medische gegevens. Ook hier dient het reïntegratieverslag voornamelijk als document voor gegevensoverdracht aan het UWV.

De in het reïntegratieverslag te vermelden items worden hieronder schematisch weergegeven.

Indien er geen sprake is van dreigend langdurig ziekteverzuim, of het verzuim bij het einde van het dienstverband niet langer heeft geduurd dan tien weken: verkort reïntegratieverslag Ziektewet

In alle overige gevallen: reïntegratieverslag

  

Van de bedrijfsarts of de arbodienst:

– de medische informatie met, voor zover van toepassing, een onderbouwing van de gestelde afwezigheid van dreigend langdurig ziekteverzuim.

Van de bedrijfsarts of de arbodienst:

– de probleemanalyse en de eventuele bijstellingen daarvan, en voor zover van toepassing de motivering waarom de werknemer geen duurzaam benutbare mogelijkheden had tot het verrichten van arbeid, met vermelding van de administratieve gegevens van de werknemer, werkgever en bedrijfsarts of arbodienst, van gegevens omtrent de functie en de bekwaamheden van de werknemer, alsmede van de eerste dag van diens ongeschiktheid tot het verrichten van arbeid wegens ziekte;

– het actueel oordeel bij de probleemanalyse, met informatie over het verloop van de ongeschiktheid tot werken, de functionele beperkingen en mogelijkheden van de werknemer tot het verrichten van arbeid, de kwaliteit van de arbeidsrelatie en de aanwezigheid van passende arbeid bij de werkgever;

– de medische informatie.

  

Van de werkgever (en de werknemer):

– de actuele stand van zaken, met vermelding van de administratieve gegevens van de werknemer, werkgever en bedrijfsarts of arbodienst, gegevens omtrent de aard van het bedrijf van de werkgever en omtrent de functie en de bekwaamheden van de werknemer, en de eerste dag van diens ongeschiktheid tot het verrichten van arbeid wegens ziekte.

Van de werkgever (en de werknemer):

– het plan van aanpak en de eventuele bijstellingen daarvan;

– de eventuele eerstejaarsevaluatie;

– de eindevaluatie van het plan van aanpak en het oordeel van de werkgever over de kwaliteit van de arbeidsrelatie en over de aanwezigheid van passende arbeid bij de werkgever, met vermelding van gegevens over aard van het bedrijf van de werkgever.

  

Van de werknemer:

– het oordeel van de werknemer.

Van de werknemer:

– het oordeel van de werknemer.

Artikelsgewijs

Artikel I. Grondslag besluit

De wijzigingen in het besluit zijn mede gebaseerd op de artikelen 38, tweede en zevende lid, van de Ziektewet en de Regeling procesgang eerste en tweede ziektejaar. Het wenselijk is dat in het besluit deze grondslag wordt vermeld.

Artikel II. Wijziging Beleidsregels vorm- en herkenbaarheidsvereisten reïntegratieverslagen

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Als gevolg van de Wet verlenging loondoorbetalingsverplichting bij ziekte is de Regeling procesgang eerste ziektejaar aangepast, en vernoemd tot Regeling procesgang eerste en tweede ziektejaar. Daarin is een nieuw element opgenomen: de eerstejaarsevaluatie, die in elk geval moet hebben plaatsgevonden nadat het eerste ziektejaar is verstreken.

Omdat deze beleidsregels niet meer uitsluitend betrekking hebben op het reïntegratieverslag bij de WAO-aanvraag, zijn verdere enkele van de gebruikte termen aangepast, en zijn er verwijzingen naar de artikelen 38 en 39a van de Ziektewet opgenomen.

De term ‘arbodienst’ is vervangen door: bedrijfarts of arbodienst. Dit houdt verband met enkele wijzigingen in de Arbeidsomstandighedenwet 1998 en het Arbeidsomstandighedenbesluit met betrekking tot de deskundige bijstand aan werkgevers inzake arbeidsomstandigheden en verzuimaanpak (‘maatwerk arbodienstverlening’).

Artikel 2. Inhoud van het reïntegratieverslag

Teneinde een helder onderscheid aan te geven tussen de in het tweede, vijfde en tiende lid genoemde evaluatie bij de WAO-aanvraag en de thans verplichte eerstejaarsevaluatie wordt het eerstgenoemde begrip thans aangeduid als ‘eindevaluatie’.

Artikel 2a. Verkort reïntegratieverslag

De eindevaluatie heeft betrekking op de uitvoering van het plan van aanpak, en het plan van aanpak is gebaseerd op de probleemanalyse van de bedrijfsarts of de arbodienst. Aangezien er niet altijd een plan van aanpak en een probleemanalyse moet worden opgesteld, hoeft er ook niet altijd een eindevaluatie te worden gemaakt. In die gevallen waarin geen sprake is van dreigend langdurig ziekteverzuim, of het verzuim korter duurt dan tien weken, kan worden volstaan met een verkort reïntegratieverslag. De minimaal vereiste gegevens en oordelen worden daarin opgenomen. De werkgever geeft de actuele stand van zaken weer, en vermeldt daarbij de administratieve gegevens van de werknemer, werkgever en bedrijfsarts of arbodienst, gegevens over de aard van het bedrijf en de functie en de bekwaamheden van de werknemer, en de eerste dag van diens arbeidsongeschiktheid. De bedrijfsarts of de arbodienst verstrekt de beschikbare medische informatie, en geeft een motivering voor de afwezigheid van dreigend langdurig ziekteverzuim, indien dit wordt gesteld. Tot slot geeft de werknemer zijn oordeel.

Artikel 3. Herstellen van tekortkomingen

De werkgever is als eerste verantwoordelijk voor het opstellen van het reïntegratieverslag. Ook voor het handelen van de door hem ingeschakelde bedrijfsarts of arbodienst is hij verantwoordelijk. Heeft de werknemer niet tijdig een volledig reïntegratieverslag kunnen indienen doordat de werkgever en de bedrijfsarts of de arbodienst niet alle elementen van dit verslag aan hem ter hand hebben gesteld, of voldoen een of meer van deze elementen niet aan de vorm- en herkenbaarheidsvereisten, dan is het aan de werkgever om die tekortkomingen op te heffen. Het UWV stelt hem daartoe schriftelijk een termijn van twee weken. Vult de werkgever het reïntegratieverslag niet binnen deze termijn aan, en heeft hij daarvoor geen deugdelijke grond, dan heeft hij niet voldaan aan zijn verplichtingen. Gaat het om een reïntegratieverslag bij de WAO-aanvraag, dan stelt het UWV op grond van artikel 71a, negende lid, van de WAO een periode vast waarin de werknemer recht heeft op doorbetaling van het loon, en wijst het de WAO-aanvraag af. Betreft het een reïntegratieverslag bij einde dienstverband, dan zal het UWV zelf de informatie moeten vergaren die nodig is om een beslissing te nemen over de toekenning van ziekengeld. Een gedeelte van dit ziekengeld kan in dat geval op grond van artikel 39a van de Ziektewet op de werkgever worden verhaald.

De werknemer die een WAO-aanvraag indient, is verantwoordelijk voor het bijvoegen van een volledig reïntegratieverslag. Van de bedrijfsarts of de arbodienst ontvangt hij de probleemanalyse, de eventuele bijstellingen daarvan, het actueel oordeel, en de medische gegevens. Samen met zijn werkgever heeft hij het plan van aanpak, de eventuele bijstellingen, de eerstejaarsevaluatie en de eindevaluatie opgesteld. Hij kan daar zijn eigen oordeel aan toevoegen. Dient hij een aanvraag in zonder reïntegratieverslag, ontbreekt het laatste element van dit verslag, het oordeel van de werknemer zelf, voldoet dit element niet aan de vorm- en herkenbaarheidsvereisten, of ontbreken er een of meer andere elementen van het verslag die wel door de werkgever of door de bedrijfsarts dan wel arbodienst aan de werknemer ter hand zijn gesteld, dan stelt het UWV hem schriftelijk een termijn van twee weken om het verslag alsnog compleet te maken. Is het reïntegratieverslag ook na het verstrijken van die termijn nog niet compleet gemaakt, en heeft de werknemer daarvoor geen deugdelijke grond, dan heeft het UWV op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de bevoegdheid om de aanvraag van de arbeidsongeschiktheidsuitkering niet te behandelen. Deze bevoegdheid wordt alleen uitgeoefend indien de ontbrekende informatie onmisbaar is voor de oordeelsvorming. De aanvraag wordt in behandeling genomen indien dat mogelijk is. Leidt dit tot toekenning van een uitkering, dan wordt op die uitkering een maatregel toegepast. Dit houdt in dat de uitkering tijdelijk geheel of gedeeltelijk wordt geweigerd, met inachtneming van de regels van het Maatregelenbesluit UWV. Op grond van artikel 29, tweede lid, van de WAO kan het UWV ook volstaan met het geven van een waarschuwing.

De werknemer die aansluitend aan zijn dienstverband aanspraak maakt op ziekengeld, neemt het reïntegratieverslag mee naar het eerste spreekuur van de reïntegratiebegeleider van het UWV. Dient hij geen compleet reïntegratieverslag in, terwijl hij wel over de vereiste stukken beschikt, dan krijgt hij één week de gelegenheid om het complete reïntegratieverslag alsnog aan te leveren. In deze situatie zal hij de tekortkoming meestal binnen een kortere termijn dan (de gebruikelijke) twee weken kunnen herstellen. Is het ontbrekende element enkel het oordeel van de werknemer zelf, dan kan hij dit ook mondeling kenbaar maken, als hij dat wenst. Laat de werknemer de hersteltermijn voorbijgaan, dan zal het UWV hem een maatregel opleggen in de vorm van een korting op het ziekengeld.

Artikel 4. Overgangsbepaling

In de beleidsregels, zoals die op 6 juni 2003 zijn vastgesteld, was een overgangsbepaling opgenomen met betrekking tot reïntegratieverslagen die vóór 1 januari 2004 zouden worden ingediend. Aangezien die bepaling inmiddels is uitgewerkt, kan deze vervallen.

De voorzitter Raad van bestuur UWV,

J.M. Linthorst

  • 1

    Staatscourant 2003, 117.

Naar boven