Wijziging Uitvoeringsregels Wet arbeid vreemdelingen

Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van 25 juli 2005, Directie Arbeidsmarkt, nr.AM/AMI/05/56803, tot wijziging van de Uitvoeringsregels Wet arbeid vreemdelingen behorende bij het Delegatie- en uitvoeringsbesluit Wet arbeid vreemdelingen

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel 8, derde lid, onder 2°, van de Wet arbeid vreemdelingen en artikel 7 van het Delegatie- en uitvoeringsbesluit Wet arbeid vreemdelingen;

Besluit:

Artikel I

Aan paragraaf 20 van de Uitvoeringsregels Wet arbeid vreemdelingen behorende bij het Delegatie- en uitvoeringsbesluit Wet arbeid vreemdelingen1 wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

d. in geval het ten behoeve van de levering van goederen door een in Nederland gevestigd bedrijf noodzakelijk is dat:

1°. de afnemer van die goederen de desbetreffende goederen voorafgaand aan de feitelijke levering laat controleren, certificeren, inspecteren dan wel anderszins laat onderzoeken door personen afkomstig uit het land van de afnemer of in dienst van de afnemer;

2°. specifieke kennis of ervaring aan personen in dienst van de afnemer wordt doorgegeven, die voor de afnemer nodig is om met de geleverde goederen te kunnen werken.

De duur van de periode van tewerkstelling van de vreemdeling is niet langer dan noodzakelijk doch in ieder geval maximaal 1 jaar en de werkzaamheden worden uitgevoerd met behulp van een aantal vreemdelingen dat niet hoger is dan noodzakelijk. Het inschakelen van de desbetreffende personen dient noodzakelijk te zijn voor het uitvoeren van de desbetreffende werkzaamheden dan wel voor werkzaamheden die in verband met de uitvoering van die werkzaamheden noodzakelijk zijn.

Artikel II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 25 juli 2005.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
namens deze:
de Minister van Vreemdelingenzaken en Integratie, M.C.F. Verdonk.

Toelichting

In paragraaf 20 van de Uitvoeringsregels Wet arbeid vreemdelingen behorende bij het Delegatie- en uitvoeringsbesluit Wet arbeid vreemdelingen is bepaald dat ten behoeve van de bevordering van internationale handelscontacten afwijking mogelijk is van de eis van de arbeidsmarkttoets en de vacaturemelding, zoals vermeld in artikel 8 eerste lid, onder a en b, van de Wet arbeid vreemdelingen. Hierbij wordt onder andere een voorziening getroffen voor in die regels nader omschreven situaties waarbij het in het kader van de levering van goederen uit het buitenland, noodzakelijk is dat personeel afkomstig van dat buitenlandse bedrijf hier tijdelijk werkzaamheden verricht.

In de praktijk komt ook met enige regelmaat de omgekeerde situatie voor. Onderhavige wijziging voorziet hierin.

Het gaat om situaties waarin een Nederlands bedrijf goederen verkoopt aan een buitenlands bedrijf en het noodzakelijk is dat voor aflevering van die goederen inspecties of daarmee vergelijkbare werkzaamheden door personen uit het land van de afnemer (of in dienst van de afnemer) in Nederland plaatsvinden. Het gaat hierbij uitdrukkelijk niet om werkzaamheden die te maken hebben met het primaire proces van de opdrachtnemer in Nederland. Daarnaast kan het gaan om het overdragen van specifieke kennis of ervaring die nodig is voor de afnemer om met de geleverde goederen aan de slag te kunnen. In beide gevallen is er door de specifieke aard van de werkzaamheden geen sprake van verdringing van prioriteitgenietend arbeidsaanbod.

Bij werkzaamheden die in verband met de uitvoering van die werkzaamheden noodzakelijk zijn moet gedacht worden aan bijvoorbeeld een tolk. De tewerkstellingsvergunning wordt afgegeven voor de duur die maximaal nodig is om de werkzaamheden te verrichten en in ieder geval maximaal 1 jaar, en voor maximaal het aantal personen dat benodigd is.

De afnemer dient een onderbouwing aan te leveren voor de benodigde duur en het aantal benodigde personen dat noodzakelijk is voor de werkzaamheden en waarom desbetreffende werkzaamheden vervuld moeten worden. Dit kan bijvoorbeeld gaan om een wettelijke verplichting in het land van de afnemer.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

namens deze:

de Minister van Vreemdelingenzaken en Integratie,

M.C.F. Verdonk

  • 1

    Stcrt. 1995, 168; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 12 juli 2004 (Stcrt. 2004, 130).

Naar boven