Aanwijzing speciale beschermingszones inzake behoud vogelstand

11 januari 2005

Nr. N/2004/3251

Directie Natuur

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op artikel 4, eerste en tweede lid, van richtlijn 79/409/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 2 april 1979 inzake het behoud van de vogelstand (PbEG L 103);

Gelet op artikel 27, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998;

Besluit:

Artikel 1

1. Als onderdeel van de speciale beschermingszone in de zin van artikel 4, eerste en tweede lid, van de richtlijn 79/409/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 2 april 1979 inzake het behoud van de vogelstand (PbEG L 103) Ilperveld, Varkensland en Twiske, zoals aangewezen bij besluit van 24 maart 2000 (N/2000/334, Stcrt. 65, 31 maart 2000), wordt aangewezen:

het op de bij dit besluit behorende kaart aangegeven gebied, dat in het oosten aansluit aan het op 24 maart 2000 aangewezen gebied Ilperveld, Varkensland en Twiske. In zoverre wordt het besluit van 24 maart 2000 gewijzigd.

2. De aanwijzing, bedoeld in het eerste lid, gaat tevens vergezeld van een nota van toelichting, welke deel uit maakt van dit besluit. Deze nota van toelichting vervangt de nota van toelichting behorende bij het besluit tot aanwijzing van het gebied Ilperveld, Varkensland en Twiske van 24 maart 2000.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de dag na bekendmaking in de Staatscourant.

Dit besluit zal, met uitzondering van de kaart en de nota van toelichting, met een toelichting in de Staatscourant worden geplaatst. Dit besluit, de kaart en de nota van toelichting worden gedurende zes weken ter inzage gelegd in de Infotiek van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te Den Haag en in het kantoor van de Directie Regionale Zaken, vestiging West van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (Herman Gorterstraat 55, Utrecht). Tervisielegging vindt tevens plaats in het provinciehuis van de provincie Noord-Holland (Haarlem). Het besluit kan ook worden ingezien op internet op het adres: http://www.minlnv.nl/natura2000.

's-Gravenhage, 11 januari 2005.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,C.P. Veerman.

Een belanghebbende kan tegen dit bestuit een met redenen omkleed bezwaarschrift indienen bij de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Een bezwaarschrift moet binnen 6 weken na publikatie van dit besluit in de Staatscourant worden gezonden aan het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, afdeling Recht en Rechtsbescherming, Postbus 20401, 2500 EK Den Haag. U wordt verzocht een afschrift van het betreffende besluit bij uw bezwaarschrift te voegen.

Voor zover belanghebbenden tegen de aanwijzing op 24 maart 2000 van het gebied Ilperveld, Varkensland en Twiske als speciale beschermingszone een bezwaarschrift hebben ingediend, waarop nog geen beslissing is genomen, wordt dit bezwaarschrift geacht mede te zijn gericht tegen het onderhavige besluit. Zij ontvangen hierover nader bericht.

Toelichting

Op grond van artikel 27 Natuurbeschermingswet 1998 is bij besluit van 24 maart 2000 het gebied Ilperveld, Varkensland en Twiske aangewezen als speciale beschermingszone in de zin van artikel 4, eerste en tweede lid, van de Vogelrichtlijn. Essentiële delen van de leefgebieden van vogelsoorten als smient, roerdomp en grutto zijn bij de aanwijzing buiten de begrenzing gelaten. Hierbij dient in aanmerking te worden genomen dat bestaande bebouwing met bijbehorende erven en tuinen, en verhardingen (die zoveel mogelijk ook op de kaart buiten de begrenzing zijn gelaten) geen deel uitmaken van de beschermingszone. Met onderhavig besluit wordt het noordelijk deel van het Oostzanerveld alsmede de verbinding tussen dit gebiedsdeel en het Ilperveld (ten noorden van Het Twiske) aangewezen als speciale beschermingszone in de zin van artikel 4, eerste en tweede lid, van de Vogelrichtlijn. In zoverre wordt het besluit van 24 maart 2000 gewijzigd.

Naar boven