Vaststelling tenderperiode en subsidieplafond voor het jaar 2005 krachtens het Besluit innovatiesubsidie samenwerkingsprojecten

Regeling van de Minister van Economische Zaken van 30 mei 2005, nr. WJZ 5031636, houdende vaststelling van een nieuwe tenderperiode en subsidieplafond voor het jaar 2005 krachtens het Besluit innovatiesubsidie samenwerkingsprojecten en wijziging van de Uitvoeringsregeling innovatiesubsidie samenwerkingsprojecten

De Minister van Economische Zaken,

Gelet op de artikelen 3 en 7 van het Besluit innovatiesubsidie samenwerkingsprojecten;

Besluit:

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. besluit: het Besluit innovatiesubsidie samenwerkingsprojecten;

b. internationaal IS-project: hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1, onderdeel c, van de Uitvoeringsregeling innovatiesubsidie samenwerkingsprojecten.

Artikel 2

1. Als periode in 2005 na afloop waarvan de aanvragen op grond van artikel 7 van het Besluit, niet betrekking hebbend op een internationaal IS-project, die in die periode zijn ontvangen, worden behandeld, wordt vastgesteld: de periode die aanvangt op het tijdstip waarop deze regeling in werking treedt en eindigt op 9 september 2005, om 18:00 uur.

2. Het subsidieplafond voor het verstrekken van subsidies op aanvragen als bedoeld in het eerste lid, ontvangen in de daar genoemde periode, die betrekking hebben op onderzoek en ontwikkeling inzake:

a. activiteiten op het sleutelgebied ‘Food & Flowers’, hetgeen activiteiten omvat die kunnen worden gerekend tot veredeling, sierteelt, tuinbouw, voedings- en genotmiddelen en toeleverende industrie;

b. activiteiten op het sleutelgebied ‘High Tech Systemen & Materialen’, hetgeen kennisintensieve activiteiten omvat die kunnen worden gerekend tot de gebieden embedded systemen, mechatronica, micro- en nano-electronica, chemische industrie (voor zover technisch/technologisch georiënteerd, niet zijnde basischemie), lucht- en ruimtevaartindustrie, de ontwikkeling van gasturbines en medische apparaten;

c. activiteiten op het sleutelgebied ‘Water’, hetgeen activiteiten omvat die kunnen worden gerekend tot waterbouw, waterbeheer, waterzuivering, waterbehandeling en het maritieme cluster,

wordt vastgesteld op € 19 000 000.

3. Het subsidieplafond voor het verstrekken van subsidies op aanvragen als bedoeld in het eerste lid, ontvangen in de daar genoemde periode, die geen betrekking hebben op de in het tweede lid genoemde sleutelgebieden wordt vastgesteld op € 0.

Artikel 3

In artikel 4, eerste, tweede en derde lid van de Uitvoeringsregeling innovatiesubsidie samenwerkingsprojecten wordt ‘€ 2 000 000’ telkens vervangen door: ‘€ 1 000 000’.

Artikel 4

Op aanvragen om subsidie die vóór de inwerkingtreding van artikel 4 zijn ingediend en op subsidies die vóór bedoeld tijdstip zijn verstrekt, blijft de Uitvoeringsregeling innovatiesubsidie samenwerkingsprojecten van toepassing zoals die onmiddellijk vóór dat tijdstip luidde.

Artikel 5

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 30 mei 2005.
De Minister van Economische Zaken, L.J. Brinkhorst.

Toelichting

Ik heb mij ten doel gesteld de beschikbare financiële middelen voor innovatiestimulering doelgerichter in te zetten op kansrijke innovatiethema’s. Ik heb daarom in de Industriebrief van oktober 2004 aan de Tweede Kamer toegezegd om de regeling innovatiesubsidie samenwerkingsprojecten te beperken tot een aantal kansrijke thema’s. Mede naar aanleiding van het advies van het Innovatieplatform over de Sleutelgebieden-aanpak heb ik gekozen voor de sleutelgebieden ‘Food & Flowers’, ‘High Tech Systemen & Materialen’ en ‘Water’. De definitie van deze thema’s in artikel 2 van deze regeling komt zoveel mogelijk overeen met de beschrijving van deze gebieden door het Innovatieplatform.

Het subsidieplafond, bedoeld in artikel 2 wordt verdeeld op de wijze, bepaald in artikel 14 van het Besluit innovatiesubsidie samenwerkingsprojecten. De met de subsidieaanvraag gemoeide administratieve lasten (deze omvatten toezending van het aanvraagformulier met projectplan en begroting, halfjaarlijkse voortgangsrapportages en de aanvraag om subsidievaststelling) worden door deze regeling niet gewijzigd; naar schatting zullen, in verband met het beschikbare budget, 75 aanvragen worden ingediend als bedoeld in artikel 2.

Voor subsidie komen uitsluitend in aanmerking niet internationale IS-projecten die betrekking hebben op de in artikel 2 tweede lid genoemde gebieden.

De Minister van Economische Zaken,

L.J. Brinkhorst

Naar boven