De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
Gelet op verordening (EG) nr. 998/2003 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 26 mei 2003 inzake veterinairrechtelijke voorschriften voor het niet-commerciële verkeer van gezelschapdieren en houdende wijziging van Richtlijn 92/65/EEG van de Raad (PbEU L 146), beschikking (EG) nr. 2004/650 van de Raad van de Europese Unie van 13 september 2004 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 998/2003 van het Europees Parlement en de Raad inzake veterinairrechtelijke voorschriften voor het niet-commerciële verkeer van gezelschapsdieren in verband met de toetreding van Malta (PbEU L 298), beschikking (EG) nr. 2004/824 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 1 december 2004 tot vaststelling van een modelcertificaat voor het niet-commerciële verkeer van honden, katten en fretten uit derde landen naar de Gemeenschap (PbEU L 358), beschikking (EG) nr. 2005/64 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 26 januari 2005 tot uitvoering van Richtlijn 92/65/EEG van de Raad voor wat betreft de invoervoorwaarden voor katten, honden en fretten voor erkende instellingen, instituten of centra (PbEU L 27), beschikking (EG) nr. 2005/65 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen betreffende bepaalde aanvullende overgangsgaranties voor Denemarken in verband met de wijziging van zijn status als lidstaat waar niet tegen Newcastle disease wordt ingeënt (PbEU L 27) en beschikking (EG) nr. 2005/91 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 2 februari 2005 tot vaststelling van de periode waarna rabiësvaccinatie als geldig wordt beschouwd (PbEU L 31);
Gelet op de artikelen 10, 11, 30, 94, eerste lid, onderdelen i, j en k, en 105 van de Gezondheids- en Welzijnswet voor dieren, artikel 2 van het Besluit uitvoer van dieren en producten van dierlijke oorsprong en artikel 5 van het Besluit inzake het in de handel brengen van dieren en producten en de toepassing van maatregelen met betrekking tot in Nederland gebrachte dieren en producten;
Besluit:
Artikel I
De Regeling handel levende dieren en producten wordt als volgt gewijzigd1 :
A
In artikel 6.3, eerste lid, onderdeel h, wordt na ‘artikel 12, eerste lid, van richtlijn 90/539/EEG’ een zinsnede toegevoegd, luidende: of aan de op grond van artikel 12, tweede lid, van richtlijn 90/539/EEG vastgestelde communautaire maatregelen.
B
In artikel 8.2, onderdeel e, onder 2°, en onderdeel f, artikel 8.3, tweede lid, onderdelen f en g, en artikel 8.4, vierde lid, onderdelen a en b, wordt telkenmale ‘Ierland’ vervangen door: Ierland, Malta.
C
Na artikel 8.5, negende lid, worden twee leden toegevoegd, luidende:
10. Dieren die zijn bestemd voor dierentuinen, circussen, pretparken en laboratoria voor dierproeven en vanuit een derde land of een deel van een derde land in Nederland worden gebracht voldoen aan, voor zover van toepassing, de specifieke veterinairrechtelijke voorschriften die door de Commissie van de Europese Gemeenschappen op grond van artikel 19, onderdeel a, van richtlijn 92/65/EEG zijn vastgesteld.
11. Dieren die vanuit een derde land of een deel van een derde land in Nederland worden gebracht voldoen aan, voor zover van toepassing, de aanvullende garanties die door de Commissie van de Europese Gemeenschappen op grond van artikel 19, onderdeel b, van richtlijn 92/65/EEG zijn vastgesteld.
D
Artikel 8.12 wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel d, wordt ‘de vereisten vastgesteld door de Commissie van de Europese Gemeenschappen op grond van artikel 8, derde lid, onderdeel, a of c van verordening (EG) nr. 998/2003’ vervangen door: de vereisten vastgesteld door de Commissie van de Europese Gemeenschappen op grond van artikel 8, derde en vierde lid, van verordening (EG) nr. 998/2003.
2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel g door een puntkomma wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
h. de vereisten vastgesteld door de Commissie van de Europese Gemeenschappen op grond van artikel 20 van verordening (EG) nr. 998/2003.
E
In artikel 8.15, eerste lid, wordt ‘bedoeld in artikel 5, tweede lid, van verordening (EG) nr. 998/2003’ vervangen door: bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdeel a, en tweede lid, van verordening (EG) nr. 998/2003.
F
Na artikel 8.15 wordt een artikel toegevoegd, luidende:
Artikel 8.16
Honden, katten en fretten die zonder handelsoogmerk, anders dan in doorvoer in Nederland worden gebracht, worden binnengebracht via een inspectiepost of een plaats als bedoeld in artikel 11 of 17 van de Douaneregeling.
Artikel II
Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
Naar aanleiding van de inwerkingtreding van verordening (EG) nr. 998/20031 heeft de Europese Commissie verschillende uitvoeringsmaatregelen vastgesteld met betrekking tot de voorschriften voor het niet-commerciële verkeer van gezelschapsdieren. Door middel van onderhavige regeling zijn de beschikkingen – voorzover noodzakelijk – ook in de Regeling handel levende dieren en levende producten opgenomen. Van de gelegenheid is tevens gebruik gemaakt om in de Regeling handel levende dieren en levende producten de overgangsmaatregelen voor de invoer van pluimvee en broedeieren in Denemarken op te nemen. Daarnaast zijn enkele technische wijzigingen in hoofdstuk 8 van de Regeling handel levende dieren en levende producten aangebracht.
De wijziging van dit artikel zorgt ervoor dat ook de communautaire maatregelen die worden getroffen op het gebeid van het intracommunautaire handelsverkeer en de invoer uit derde landen van pluimvee en broedeieren direct in de Nederlandse regelgeving van toepassing zijn.
Op Malta is de situatie ten aanzien van rabiës vergelijkbaar met die van het Verenigd Koninkrijk, Ierland en Zweden. De voorschriften voor het vervoer van honden, katten en fretten naar het Verenigd Koninkrijk, Ierland en Zweden zijn nu ook van toepassing voor het vervoer van honden, katten en fretten naar Malta.
De Europese Commissie kan voor specifieke categorieën dieren specifieke veterinaire voorschriften en aanvullende garanties opstellen. De toevoeging van de twee artikelleden zorgt er voor dat de door de Europese Commissie getroffen maatregelen direct in de Nederlandse regelgeving van toepassing zijn.
De wijziging van dit artikel zorgt ervoor dat ook de communautaire maatregelen die worden getroffen op grond van artikel 8, vierde lid, en artikel 20 van verordening (EG) nr. 998/2003 direct in de Nederlandse regelgeving van toepassing zijn.
De technische aanpassing van de verwijzing naar artikel 5 van verordening (EG) nr. 998/2003 zorgt ervoor dat duidelijker naar voren komt dat een hond, kat of fret jonger dan drie maanden, naast een paspoort dat door een door de bevoegde autoriteit aangewezen dierenarts is afgegeven ook moet zijn geïdentificeerd, overeenkomstig artikel 4 van verordening (EG) nr. 998/2003.
Ter uitvoering van verordening (EG) nr. 998/2003 zijn in dit artikel de plaatsen aangewezen waar de honden, katten en fretten Nederland mogen worden binnengebracht.