Vaststelling tenderperiode en subsidieplafond 2005 Regeling innovatiesubsidie samenwerkingsprojecten opkomende markten
Regeling van de Minister van Economische Zaken van 12 januari 2005, nr. WJZ 5002019, houdende vaststelling van een tenderperiode en subsidieplafond voor het jaar 2005 krachtens de Regeling innovatiesubsidie samenwerkingsprojecten opkomende markten
De Minister van Economische Zaken,
Gelet op artikel 6, eerste en tweede lid, van de Regeling innovatiesubsidie samenwerkingsprojecten opkomende markten;
Besluit:
Artikel 1
1. Als perioden in 2005 na afloop waarvan de aanvragen om subsidie krachtens de Regeling innovatiesubsidie samenwerkingsprojecten opkomende markten, die in die periode zijn ontvangen, worden behandeld, worden vastgesteld: 17 januari 2005 tot en met 13 mei 2005 en 14 mei tot en met 5 september 2005.
2. Het subsidieplafond voor het verlenen van subsidies op aanvragen als bedoeld in het eerste lid, ontvangen in de daar genoemde perioden, wordt per periode vastgesteld op € 1.300.000.
Artikel 2
Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
Den Haag, 12 januari 2005.
De Minister van Economische Zaken, L.J. Brinkhorst.
Toelichting
Het subsidieplafond wordt verdeeld op de wijze, bepaald in artikel 12 van de Regeling innovatiesubsidie samenwerkingsprojecten opkomende markten.
De met de subsidieaanvraag gemoeide administratieve lasten (deze omvatten toezending van het aanvraagformulier met projectplan en begroting, halfjaarlijkse voortgangsrapportages en de aanvraag om subsidievaststelling) worden door deze regeling niet gewijzigd; naar schatting zullen, in verband met het beschikbare budget, per tenderperiode 12 aanvragen worden ingediend.
De Minister van Economische Zaken,
L.J. Brinkhorst