Wijziging Regeling keuring en handel dierlijke producten

28 april 2004

Nr. TRCJZ/2004/3531

Directie Juridische Zaken

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op verordening (EG) nr. 433/2004 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 9 maart 2004 (PbEU L 71) tot intrekking van een aantal beschikkingen inzake de invoer uit derde landen van dierlijke bijproducten en verordening (EG) nr. 446/2004 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 10 maart 2004 (PbEU L 72) tot intrekking van een aantal beschikkingen inzake dierlijke bijproducten;

Gelet op de artikelen 10 en 11 Gezondheids- en welzijnswet voor dieren;

Besluit:

Artikel I

De Regeling keuring en handel dierlijke producten1 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1.1, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. De zinsnede ‘beschikking 92/183/EEG: beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 3 maart 1992 tot vaststelling van de algemene voorwaarden voor de invoer van bepaalde grondstoffen voor de farmaceutische verwerkingsindustrie, uit landen die voorkomen op de lijst vastgelegd bij Beschikking 79/542/EEG (PbEG L 84);’ vervalt.

2. De zinsnede ‘beschikking 94/344/EG: beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 27 april 1994 tot vaststelling van de veterinairrechtelijke voorschriften en de veterinaire certificering voor de invoer uit derde landen van voor dierlijke consumptie bestemde verwerkte dierlijke eiwitten, met inbegrip van dergelijke eiwitten bevattende producten (PbEG L 154);’ vervalt.

3. De zinsnede ‘beschikking 97/168/EG: beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 29 november 1996 tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften en voorschriften inzake de certificering of het afgeven van een officieel attest voor de invoer van huiden van hoefdieren uit derde landen (PbEG 1997, L 67);’ vervalt.

4. De zinsnede ‘beschikking 97/198/EG: beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 25 maart 1997 tot vaststelling van de veterinairrechtelijke voorschriften en de voorschriften inzake veterinaire certificering voor de invoer van verwerkte dierlijke eiwitten uit derde landen die een alternatieve warmtebehandeling toepassen en tot wijziging van beschikking 94/344/EG (PbEG L 84);’ vervalt.

5. De zinsnede ‘beschikking 97/199/EG: beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 25 maart 1997 tot vaststelling van de veterinairrechtelijke voorschriften en de voorschriften inzake veterinaire certificering voor de invoer van zich in hermetisch gesloten recipiënten bevindend voeder voor gezelschapsdieren uit bepaalde derde landen waar alternatieve warmtebehandelingssystemen worden gebruikt, en tot wijziging van Beschikking 94/309/EG (PbEG L 84);’ vervalt.

6. De zinsnede ‘beschikking 97/735/EG: beschikking (EG) nr. 97/735 van de Commissie van de Europese Unie van 21 oktober 1997 tot vaststelling van beschermende maatregelen ten aanzien van het handelsverkeer van bepaalde soorten dierlijke afvallen van zoogdieren (PbEG L 294);’ vervalt.

B

Artikel 11A.2, derde lid, komt te luiden:

3. Een partij voeder voor gezelschapsdieren en hondenkluiven voldoet, voor zover van toepassing, aan bijlage VIII, hoofdstuk II, onderdeel C, van verordening 1774/2002/EG, is afkomstig uit een derde land of gedeelte van een derde land van waaruit het brengen op het grondgebied van de Europese Commissie van de onderscheiden producten is toegestaan ingevolge de beschikking, genoemd in punt 16, van de bijlage van verordening 812/2003/EG, gaat vergezeld van een gezondheidscertificaat en voldoet, indien de partij materiaal bevat afkomstig van runderen, schapen of geiten, aan bijlage XI, hoofdstuk A, punt 15, van verordening 999/2001/EG.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 28 april 2004.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
overeenkomstig het door de minister genomen besluit:de Directeur-Generaal,
R.M. Bergkamp.

Toelichting

De communautaire voorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten zijn opgenomen in verordening (EG) nr. 1774/2002 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 3 oktober 2002 (PbEG L 273) tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten. De voorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten zijn in de Nederlandse regelgeving uitgewerkt in de Uitvoeringsregeling E.G.-verordening gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten en in de Regeling keuring en handel dierlijke producten.

Een aantal beschikkingen van de Commissie inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten, die gebaseerd waren op andere inmiddels aangepaste richtlijnen, wordt derhalve ingetrokken bij verordening (EG) nr. 433/2004 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 9 maart 2004 (PbEU L 71) tot intrekking van een aantal beschikkingen inzake de invoer uit derde landen van dierlijke bijproducten en bij verordening (EG) nr. 446/2004 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 10 maart 2004 (PbEU L 72) tot intrekking van een aantal beschikkingen inzake dierlijke bijproducten.

De Regeling keuring en handel dierlijke producten wordt hieraan aangepast door het schrappen van de vermelding van de inmiddels ingetrokken beschikkingen. Het betreft een technische wijziging.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

overeenkomstig het door de minister genomen besluit:de Directeur-Generaal,

R.M. Bergkamp

  • 1

    Stcrt. 1994, 113; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 6 april 2004 (Stcrt. 72).

Naar boven