Besluit mandaat luchtvaarttheorie-examens CBR

Besluit houdende mandatering en machtiging van een aantal bevoegdheden van de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat met betrekking tot theorie-examinering aan het Hoofd van de Afdeling Luchtvaartexamens van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen

23 april 2004

IVW/DL/OV/04.555711

Inspectie Verkeer en Waterstaat

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op:

– het Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart;

– het Examenreglement voor luchtvarenden 2001;

– de Regeling tarieven luchtvaart 2003;

– artikel 10:3 van de Algemene wet bestuursrecht;

Voorts gelet op de tussen de Staat der Nederlanden en de Stichting Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen gesloten overeenkomst onder contractnummer 40.43.70.13;

Besluit:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. machtiging: de bevoegdheid om in naam van de staatssecretaris handelingen te verrichten die noch een besluit noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn;

b. het Hoofd Afdeling Luchtvaartexamens: het Hoofd van de Afdeling Luchtvaartexamens van de Stichting Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR);

Artikel 2

1. Onverminderd hetgeen is bepaald bij of krachtens het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Inspectie Verkeer en Waterstaat, wordt tevens aan het Hoofd Afdeling Luchtvaartexamens mandaat tot het nemen van besluiten verleend inhoudende:

a. het verstrekken van het toelatingsbewijs voor het theorie-examen, bedoeld in artikel 5, tweede lid van het Examenreglement voor luchtvarenden 2001; en

b. het vaststellen in eerste aanleg van het resultaat van het theorie-examen, bedoeld in artikel 15, eerste lid, van het Besluit bewijzen van bevoegdheid voor luchtvarenden.

Artikel 3

Onverminderd hetgeen is bepaald bij of krachtens het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Inspectie Verkeer en Waterstaat, wordt tevens aan het Hoofd Afdeling Luchtvaartexamens een machtiging verstrekt ten aanzien van:

a. het innen van vergoedingen van de kosten voor het theorie-examen, bedoeld in artikel 8, derde en vierde lid van de Regeling tarieven luchtvaart 2003; en

b. de afgifte van de resultaatbrief, bedoeld in artikel 12 van het Examenreglement voor luchtvarenden 2001.

Artikel 4

Het Hoofd Afdeling Luchtvaartexamens:

a. dient de instructies van het hoofd Brevetten en Examens van de Unit Operaties en Vervoer, Inspectie Verkeer en Waterstaat, Divisie Luchtvaart, omtrent de wijze waarop hij met zijn bevoegdheden, bedoeld in de artikelen 2 en 3, dient om te gaan, op te volgen;

b. verschaft aan de onder a genoemde functionaris uit eigen beweging of op diens verzoek onverwijld inlichtingen omtrent de uitoefening van het verleende mandaat en de verstrekte machtiging.

Artikel 5

1. Een document of brief afgegeven door het Hoofd Afdeling Luchtvaartexamens onder het mandaat bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel a, heeft aan het slot de volgende tekst:

‘De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

namens deze:

het Hoofd Afdeling Luchtvaartexamens van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen,’

gevolgd door de handtekening en de naam van het Hoofd Afdeling Luchtvaartexamens, alsmede door de volgende tekst:

‘Indien u het niet eens bent met deze beslissing kunt u binnen veertien dagen na de datum waarop deze brief is verzonden, schriftelijk om herziening vragen van het resultaat.

Het verzoek moet worden ondertekend en moet tenminste bevatten:

a. de naam en het adres van de indiener;

b. de dagtekening;

c. een omschrijving van het onderdeel waarvan om herziening wordt gevraagd;

d. de motivering van het verzoek.

Het verzoek kunt u richten aan de Divisie Luchtvaart van de Inspectie Verkeer en Waterstaat, Cluster Brevetten en Examens, Postbus 575, 2130 AN Hoofddorp.’

Artikel 6

Dit besluit treedt in werking met ingang van de datum van bekendmaking en werkt terug tot en met 1 februari 2004. Dit mandaatbesluit vervalt op 31 december 2005 of op de datum dat de benoemde gesloten overeenkomst, onder contractnummer 40.43.70.13, beëindigd wordt.

Artikel 7

Dit Besluit wordt aangehaald als: Besluit mandaat luchtvaarttheorie-examens CBR.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst en in afschrift worden gezonden aan het Hoofd Afdeling Luchtvaartexamens.

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, M.H. Schultz van Haegen.

Toelichting

Sinds 1999 wordt het afnemen van theorie-examens voor luchtvarenden (met uitzondering van zweefvliegers) gefaciliteerd door het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR).

Echter, de formele vaststelling van de examenresultaten, alsmede het aan de kandidaat verstrekken van toelatingsbewijzen en het toezenden van resultaatbrieven geschiedt tot op heden namens de staatssecretaris feitelijk door de Divisie Luchtvaart van de Inspectie Verkeer en Waterstaat. Zulks op basis van het Examenreglement voor luchtvarenden 2001.

Uit een oogpunt van efficiency is nu besloten om, voortbordurend op de al plaatsvindende facilitering door het CBR, het vaststellen van de theorie-examenresultaten te mandateren aan het Hoofd Afdeling Luchtvaartexamens van het CBR. Het gaat hier om het vaststellen van een uitslag op basis van de antwoorden die worden gegeven op multiple choice-vragen. De examens (de vragen alsmede de antwoorden waaruit kan worden gekozen) worden blijvend binnen het Ministerie van Verkeer en Waterstaat i.c. de Divisie Luchtvaart van de Inspectie Verkeer en Waterstaat vastgesteld. Op deze wijze is gewaarborgd dat de vragen en de mogelijke antwoorden te allen tijde volgens objectieve criteria worden vastgesteld.

Voorts wordt aan het Hoofd Afdeling Luchtvaartexamens van het CBR mandaat verleend tot het verstrekken van toelatingsbewijzen voor de theorie-examens, alsmede een machtiging tot het versturen van resultaatbrieven (hierin worden de al vastgestelde examenresultaten aan de kandidaat kenbaar gemaakt) en het voor de minister innen van examengelden.

Met nadruk wordt vermeld dat het Hoofd van de Afdeling Luchtvaartexamens geen beslissing neemt met betrekking tot verzoeken om herziening van het resultaat van het examen.

Na aanvaarding van de aan hem toegekende bevoegdheden ingevolge dit mandaatbesluit en de daaruit voortvloeiende verplichtingen zal het Hoofd Afdeling Luchtvaartexamens van het CBR hier gebruik van gaan maken.

Het is evident dat het Hoofd Afdeling Luchtvaartexamens bij het uitoefenen van de gemandateerde bevoegdheid en de bevoegdheden waarvoor hij gemachtigd is zich in ieder geval aan de regels moet houden die ook voor de staatssecretaris gelden.

Het hoofd Brevetten en Examens van de Divisie Luchtvaart van de Inspectie Verkeer en Waterstaat heeft op basis van artikel 4 van onderhavig besluit de mogelijkheid om het Hoofd Afdeling Luchtvaartexamens van het CBR instructies te geven.

Voorts is in de tussen de Staat der Nederlanden en de Stichting Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen gesloten overeenkomst nog een aantal nadere uitvoeringsregels gegeven.

De overeenkomst is afgesloten voor een periode van 1 februari 2004 tot en met 31 januari 2005.

Het mandaatbesluit is op deze periode van toepassing.

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

M.H. Schultz van Haegen

Naar boven