Bekendmaking prognose aantal te huisvesten vergunninghouders
29 maart 2004
Nr. DDS/5272096
Directoraat-Generaal Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken
De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie,
Gelet op artikel 60b, tweede en vierde lid, van de Huisvestingswet;
Maakt bekend:
Het totale aantal nieuwe vergunninghouders in wier huisvesting in de periode
van 1 juli 2004 tot en met 31 december 2004 naar verwachting zal dienen te
voorzien bedraagt, als bedoeld in artikel 60b, eerste lid, van de Huisvestingswet
en onverminderd eerdere wettelijke taakstellingsverplichtingen, 2.000.
De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie,M.C.F.
Verdonk.
Toelichting
Sinds de invoering van de nieuwe wet- en regelgeving ter zake het vreemdelingenbeleid
is vanaf 1 april 2001 voor gemeenten sprake van een wettelijke huisvestingstaakstelling,
namelijk die voor de huisvesting van vergunninghouders op basis van de Huisvestingswet.
Eerder ontstane verplichtingen blijven echter onverminderd van kracht.
De onderhavige bekendmaking betreft het aantal te huisvesten vergunninghouders
in de periode 1 juli 2004 tot en met 31 december 2004. Het betreft de huisvesting
van vergunninghouders die in de centrale opvang zitten en aan wie op grond
van de Vreemdelingenwet 2000 een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd is
verleend dan wel van vergunninghouders die in de centrale opvang zitten en
wier verblijfstitel op het tijdstip van de inwerkingtreding van de Vreemdelingenwet
2000 is aangemerkt als een verblijfsvergunning op grond van de Vreemdelingenwet
2000.
Ten tijde van mijn Bekendmaking inzake het aantal verwachte aantal vergunninghouders
in het 4e kwartaal 2003 en het 1e kwartaal van 2004 (Stcrt.186, 26 september
2003) en de circulaire over de taakstelling huisvesting vergunninghouders
voor het eerste halfjaar van 2004 (kenmerk 5247900/03, 25 november 2003) werd
ervan uitgegaan dat in die periode in de huisvesting van 2.800 nieuwe personen
voorzien diende te worden. Hierbij dient rekenschap te worden gegeven van
het feit dat zich omstandigheden kunnen voordoen die niet in de prognoses
konden worden meegenomen. Thans is de periode van het vierde kwartaal van
2003 afgesloten en die van het eerste kwartaal van 2004 bijna afgerond en
kan worden bezien in hoeverre het werkelijke aantal vergunninghouders overeenkomt
met de verwachtingen zoals die leefden ten tijde van mijn bovengenoemde Bekendmaking.
Uit deze vergelijking blijkt dat in deze voorafgaande periode het werkelijke
aantal vergunninghouders 2.000 heeft bedragen. Dit betekent dat het totale
aantal verleende vergunningen in het vierde kwartaal van 2003 en het eerste
kwartaal 2004 800 minder is geweest dan aanvankelijk werd geprognosticeerd.
Zoals gebruikelijk wordt hiermee bij het berekenen van de nieuwe taakstelling
voor de tweede helft van 2004 rekening gehouden. De gemeenten zullen in een
circulaire van de Minister van VROM en mij uitgebreid over de huisvestingstaakstellingen
op de hoogte worden gebracht.
Ten slotte zij nog opgemerkt dat, gebaseerd op het huidige inzicht, naar
verwachting gedurende de periode 1 januari 2005 tot 1 juli 2005 in totaal
2.000 nieuwe vergunninghouders van huisvesting in de gemeenten dienen te worden
voorzien.
De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie,
M.C.F. Verdonk.