Subsidieregeling satellietvolgapparatuur 2004

26 februari 2004

Nr. TRCJZ/2004/1439

Directie Juridische Zaken

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op artikel 4 van beschikking 2003/566/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 28 juli 2003 inzake de financiële bijdrage voor de uitvoering van door de lidstaten voor 2003 geplande acties voor de tenuitvoerlegging van de in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid geldende controle-, inspectie- en toezichtregelingen (PbEU L 192);

Gelet op de artikelen 2 en 4 van de Kaderwet LNV-subsidies;

Besluit:

Artikel 1

1. In deze regeling wordt verstaan onder:

a. minister: Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

b. LASER: agentschap LASER van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

c. verordening nr. 2847/93: verordening (EEG) nr. 2847/93 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 12 oktober 1993 tot invoering van een controleregeling voor het gemeenschappelijk visserijbeleid (PbEG L 261);

d. regeling: Regeling technische maatregelen 2000;

e. vissersvaartuig: in het visserijregister, bedoeld in artikel 4 van het Besluit registratie vissersvaartuigen 1998, geregistreerd vissersvaartuig;

f. ondernemer: degene te wiens naam het vissersvaartuig in het visserijregister, bedoeld in artikel 4 van het Besluit registratie vissersvaartuigen 1998, is geregistreerd;

g. satellietvolgapparatuur: apparatuur als bedoeld in artikel 3, vijfde lid, van verordening nr. 2847/93.

2. Voor de toepassing van deze regeling wordt onder vissersvaartuig verstaan:

a. een vissersvaartuig met een lengte over alles van 18 tot en met 21 meter, met uitzondering van de vissersvaartuigen, bedoeld in artikel 10a van de regeling, of

b. een vissersvaartuig als bedoeld in artikel 3, derde lid, onderdeel a of b, van verordening nr. 2847/93.

Artikel 2

De minister kan op aanvraag aan een ondernemer subsidie verstrekken voor:

a. de aanschaf van satellietvolgapparatuur die na 1 januari 2003 heeft plaatsgevonden ten behoeve van installatie van deze apparatuur op een vissersvaartuig, of

b. de aanpassing, die na 1 januari 2003 is verricht, van satellietvolgapparatuur, die in de periode tussen 1 januari 2000 en 1 januari 2003 is aangeschaft ten behoeve van installatie van deze apparatuur op een vissersvaartuig.

Artikel 3

Geen subsidie wordt verstrekt indien:

a. de aanvraag daartoe niet tussen 1 april en 1 juni 2004 is ingediend;

b. de satellietvolgapparatuur niet vóór 19 april 2004 de in artikel 10c, eerste lid, onderdelen b en c, van de regeling bedoelde keuringen heeft ondergaan en in het kader daarvan is goedgekeurd, en

c. de apparatuur niet is goedgekeurd als bedoeld in artikel 10b, eerste lid, onderdeel e, van de regeling.

Artikel 4

1. De subsidie bedraagt:

a. voor de uitgaven tot € 1500, 100% van de werkelijk gedane uitgaven;

b. voor de uitgaven boven de € 1500, 50% van de werkelijk gedane uitgaven, en ten hoogste € 4500.

2. Voor de subsidie worden de uitgaven in aanmerking genomen exclusief de ingevolge de Wet op de omzetbelasting 1968 verschuldigde omzetbelasting, tenzij op het tijdstip van indiening van de aanvraag wordt aangetoond dat deze niet in aftrek kan worden gebracht.

Artikel 5

1. De aanvraag voor subsidie wordt ingediend bij LASER op een daartoe bestemd formulier.

2. De aanvraag gaat vergezeld van de nota’s van de aanschaf of de aanpassing van de satellietvolgapparatuur, waarop de gemaakte kosten zijn gespecificeerd, en de betalingsbewijzen daarvan.

3. Het verzoek, bedoeld in artikel 10b, tweede lid, onderdeel c, van de regeling, dat vergezeld gaat van het bewijs, bedoeld in artikel 10c, derde lid, onderdeel b, van de regeling, wordt tegelijkertijd met de aanvraag ingediend.

Artikel 6

De minister stelt na ontvangst van de in artikel 5 bedoelde bescheiden de subsidie vast.

Artikel 7

1. Het subsidieplafond van deze regeling bedraagt € 650.000.

2. De minister verdeelt het beschikbare bedrag in volgorde van ontvangst van de aanvragen, met dien verstande dat wanneer de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, de dag waarop de aanvraag volledig is, als datum van ontvangst geldt.

3. Indien door toewijzing van aanvragen met dezelfde datum van ontvangst het subsidieplafond zou worden overschreden, geschiedt toewijzing aan de hand van een rangschikking van de aanvragen, waarbij telkenmale de hoogst gerangschikte aanvraag het eerst voor toewijzing in aanmerking komt. De rangschikking vindt plaats volgens loting die geschiedt door een door de minister aan te wijzen notaris.

4. Voor de toepassing van het derde lid komen uitsluitend aanvragen in aanmerking ten aanzien waarvan als datum van ontvangst geldt de dag waarop het subsidieplafond zou worden overschreden.

Artikel 8

1. Subsidie wordt verleend onder voorbehoud van goedkeuring door de Commissie van de Europese Gemeenschappen.

2. De beslissing tot verlening van subsidie kan worden ingetrokken of gewijzigd indien dit noodzakelijk is in verband met het verkrijgen van de goedkeuring van de Commissie van de Europese Gemeenschappen of het uitblijven daarvan.

Artikel 9

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 10

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling satellietvolgapparatuur 2004.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 26 februari 2004.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.P. Veerman.

Toelichting

Algemeen

Op grond van een wijziging van de Regeling technische maatregelen 2000 – die gelijktijdig met de onderhavige regeling in de Staatscourant wordt gepubliceerd – dienen alle vissersvaartuigen met een lengte over alles van meer dan 18 meter met ingang van 19 april 2004 te zijn uitgerust met satellietvolgapparatuur (ook wel genoemd Vessel Monitoring System: VMS). Daarmee wordt de verplichting tot het aan boord hebben van satellietvolgapparatuur uitgebreid tot de vissersvaartuigen met een lengte over alles tussen de 18 en de 21 meter. Een uitzondering geldt voor vissersvaartuigen die uitsluitend actief zijn op het gebied van aquacultuur binnen de basislijnen. Voorts blijft de uitzondering gehandhaafd die geldt voor vissersvaartuigen die uitsluitend actief zijn in de binnenwateren. De uitzondering die gold voor vissersvaartuigen met een lengte over alles van meer dan 24 meter die uitsluitend binnen de 12-mijls zone actief zijn of die nooit meer dan 24 uur op zee actief zijn, komt te vervallen. Deze vaartuigen moeten met ingang van 19 april 2004 derhalve eveneens zijn voorzien van satellietvolgapparatuur.

Op basis van beschikking 2003/566/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 28 juli 2003 inzake de financiële bijdrage voor de uitvoering van door de lidstaten voor 2003 geplande acties voor de tenuitvoerlegging van de in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid geldende controle-, inspectie- en toezichtregelingen (PbEU L 192) kan een financiële bijdrage worden verstrekt voor de aanschaf van het VMS.

De onderhavige regeling strekt ertoe vissers die als gevolg van de wijziging van de Regeling technische maatregelen 2000 een VMS dienen aan te schaffen en aan boord van hun vissersvaartuigen dienen te installeren, een financiële bijdrage te verschaffen.

De bijdrage wordt derhalve verstrekt voor de aanschaf van VMS ten behoeve van de hierboven genoemde categorieën vissersvaartuigen. Voorts wordt in voorkomend geval subsidie verstrekt voor de aanpassing van reeds op die vissersvaartuigen geïnstalleerde apparatuur. De hoogte van de subsidie, zoals opgenomen in artikel 4 van de onderhavige regeling, vloeit rechtstreeks voort uit voornoemde beschikking.

De desbetreffende apparatuur dient te zijn aangeschaft na 1 januari 2003. Tevens kan op grond van de onderhavige regeling een bijdrage worden gevraagd voor de aanpassing aan de Europese eisen van satellietvolgapparatuur die reeds in de periode tussen 1 januari 2000 en 1 januari 2003 (vrijwillig) is geïnstalleerd aan boord van een vissersvaartuig die in een van voornoemde categorieën valt. De datum van 1 januari 2003 is gekozen omdat vanaf die datum de eisen, die in Europees verband worden gesteld aan de satellietvolgapparatuur, bekend waren en er vissers zijn die vervolgens op vrijwillige basis – met het oog op de thans doorgevoerde uitbreiding van de VMS-verplichting – VMS hebben aangeschaft.

Geen subsidie zal worden verstrekt indien de apparatuur niet voor 19 april 2004 door de geaccrediteerde instelling en na installatie door de Algemene Inspectiedienst is goedgekeurd en getest. Ingevolge de gewijzigde Regeling technische maatregelen 2000 is immers vereist dat vanaf die datum er goed werkende VMS aan boord moet zijn. Voorts wordt slechts subsidie verleend indien de VMS beschikt over een ministeriële goedkeuring als bedoeld in artikel 10b, eerste lid, onderdeel e, van de Regeling technische maatregelen 2000. Het verzoek tot goedkeuring dient dan ook tegelijkertijd met de aanvraag tot subsidie te worden ingediend. De aanvraag tot subsidie moet worden ingediend bij LASER in de periode tussen 1 april en 1 juni 2004. Een regulier verzoek tot goedkeuring moet worden ingediend bij de Directie Visserij van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Visserij. In verband met de administratieve lastendruk voor de visser en de overheid dient het verzoek tot goedkeuring voor de vaartuigen die op grond van de onderhavige regeling in aanmerking komen voor een subsidie, bij LASER te worden ingediend. De aanvraagperiode voor het verzoek tot goedkeuring voor die vaartuigen en de aanvraagperiode voor de subsidie zijn daartoe gelijk gesteld. LASER zal de aanvraag tot goedkeuring en de aanvraag tot subsidie gezamenlijk behandelen. Bedoelde visservaartuigen dienen gelet daarop eerst op 1 augustus 2004 over een ministeriële goedkeuring te beschikken.

Administratieve lasten

De visser die in aanmerking wenst te komen voor subsidie dient hiertoe een aanvraag in te dienen. Bij de aanvraag dient hij een aantal bescheiden te overleggen, te weten de nota’s die betrekking hebben op de geïnstalleerde of aangepaste apparatuur en de desbetreffende betalingsbewijzen. De lasten die samenhangen met het verzoek tot ministeriële goedkeuring zijn berekend in het kader van de wijziging van de Regeling technische maatregelen 2000, en worden hier buiten beschouwing gelaten.

Ongeveer 100 vissersvaartuigen moeten worden voorzien van een VMS. Naar inschatting neemt het invullen van het aanvraagformulier en het bijvoegen van de bescheiden ten hoogste een uur in beslag. Dit betekent een eenmalige toename van de administratieve lasten van € 30 per visser. De toename van de administratieve lasten als gevolg van de onderhavige regeling bedraagt eenmalig in totaal € 3000.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

C.P. Veerman

Naar boven