Aanpassing vergoedingen leden der Staten-Generaal

Aanpassing vergoedingen leden Eerste Kamer

16 februari 2004

BW2004/51804 DG

Koninkrijksrelaties en Bestuur

Vergoeding voor secundaire voorzieningen

Het bedrag van de vergoedingen voor de secundaire voorzieningen, bedoeld in artikel 10 van de Wet vergoedingen leden Eerste Kamer, wordt met ingang van 1 januari 2004 vastgesteld op € 1.743,00 per jaar. Het nieuwe bedrag zal ingevolge artikel 10, derde lid, van de Wet vergoedingen leden Eerste Kamer in de Staatscourant worden gepubliceerd.

Beroepskosten

De vergoeding voor de aan de uitoefening van het kamerlidmaatschap verbonden kosten wordt op grond van artikel 16, derde lid, van de Wet vergoedingen leden Eerste Kamer jaarlijks nader vastgesteld aan de hand van de consumentenprijsindex (CPI) geldend voor de maand september van het voorgaande jaar. De CPI voor 2003 is bepaald op 111.0 (basisjaar 2000 = 100). Voor 2002 was dat indexcijfer bepaald op 108.8. Dit is een procentuele toename van 2,0%. Hiermee wordt de vergoeding van beroepskosten voor 2004 vastgesteld op € 2.101,06 per jaar.

Voor leden voor wie de arbeidsverhouding ingevolge artikel 4, aanhef en onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 voor toepassing van die wet als dienstbetrekking kan worden aangemerkt, geldt een beroepskostenvergoeding van € 4.377,21 per jaar.

Aanpassing verblijfkosten leden Eerste Kamer

Ingevolge de wijzigingen in de Reisregeling binnenland worden de vergoedingen voor verblijfkosten van Eerste Kamerleden per 1 januari 2004 aangepast. De vergoeding voor de verblijfkosten, bedoeld in artikel 18, tweede en derde lid, van de Wet vergoedingen leden Eerste Kamer bedraagt op jaarbasis:

Reisafstand

Ingevolge art. 18 lid 2

Ingevolge art. 18 lid 3

0 km

€ 256,00

€ 533,00

10 km

€ 2.549,00

€ 5.310,00

75 km

€ 5.099,00

€ 10.623,00

150 km

€ 8.286,00

€ 17.263,00

De nieuwe bedragen zullen ingevolge artikel 10, derde lid, van de Wet vergoedingen leden Eerste Kamer in de Staatscourant worden gepubliceerd.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J.W. Remkes.

Aanpassing vergoedingen leden Tweede Kamer

16 februari 2004/BW2004/51804 DG Koninkrijksrelaties en Bestuur

Beroepskosten leden Tweede Kamer

De vergoeding voor beroepskosten wordt op grond van artikel 9, derde lid, van de wet schadeloosstelling leden Tweede Kamer jaarlijks nader vastgesteld aan de hand van de consumentenprijsindex (CPI) geldend voor de maand september van het voorgaande jaar. De CPI voor 2003 is bepaald op 111.0 (basisjaar 2000 = 100). Voor 2002 was dat indexcijfer bepaald op 108.8. Dit is een procentuele toename van 2,0%. Hiermee wordt de vergoeding van beroepskosten voor 2004 vastgesteld op € 2.206,28 per jaar.

Voor leden voor wie de arbeidsverhouding ingevolge artikel 4, aanhef en onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 voor toepassing van die wet als dienstbetrekking kan worden aangemerkt, geldt een beroepskostenvergoeding van € 4.596,43 per jaar.

Aanpassing verblijfkosten leden Tweede Kamer

Ingevolge de wijzigingen in de Reisregeling binnenland worden de vergoedingen voor verblijfkosten van Tweede Kamerleden per 1 januari 2004 aangepast. De vergoeding voor de verblijfkosten, bedoeld in artikel 8, tweede en derde lid, van de Wet schadeloosstelling leden Tweede Kamer bedraagt vanaf 1 januari 2004 op jaarbasis:

Reisafstand

Ingevolge art. 8 lid 2

Ingevolge art. 8 lid 3

0 km

€ 5.298,00

€ 11.038,00

10 km

€ 8.769,00

€ 18.269,00

75 km

€ 12.112,00

€ 25.233,00

150 km

€ 16.197,00

€ 33.744,00

De bedragen van de gewijzigde vergoedingen worden in de Staatscourant gepubliceerd.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,J.W. Remkes.

Naar boven