Wijziging Besluit hernieuwde instelling Centrale Commissie Behandeling Heroïneverslaafden
Besluit van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 22 december 2004, nr. GVM/2540105, houdende wijziging van het Besluit hernieuwde instelling Centrale Commissie Behandeling Heroïneverslaafden
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
Besluit:
Artikel I
Het Besluit hernieuwde instelling Centrale commissie behandeling heroïneverslaafden wordt gewijzigd als volgt:
A
Artikel 2, tweede lid, komt te luiden:
2. De commissie heeft in vervolg op het in 2002 afgesloten wetenschappelijk experiment naar de verstrekking van heroïne op medisch recept, en op basis van het in 2003 gestarte wetenschappelijk onderzoek tot taak aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport te rapporteren over de effecten van de verstrekking. De commissie onderzoekt hierbij onder meer de rol van het aanbod aan psychosociale zorg aan de deelnemer gedurende het gehele behandeltraject. De commissie heeft tevens tot taak de gemeenten, indien zij toestemming hebben verkregen van het Ministerie van VWS voor uitbreiding of oprichting van een nieuwe behandeleenheid, bij dit proces van uitbreiding of oprichting te begeleiden.
B
In artikel 3, eerste lid, onder a, wordt de naam ‘prof. dr. W.A. Nolen’ geschrapt.
C
In artikel 8 wordt ‘31 december 2004’ vervangen door: 31 december 2006.
D
Artikel 11, tweede lid, komt te luiden:
2. Dit besluit vervalt met ingang van 1 januari 2007.
Artikel II
Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.
Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, J.F. Hoogervoorst.
Toelichting
Met de onderhavige wijziging van het Besluit hernieuwde instelling Centrale commissie behandeling heroïneverslaafden wordt geregeld dat de commissie haar werkzaamheden kan voortzetten tot 1 januari 2007.
De Tweede Kamer der Staten-Generaal heeft tijdens het Voortgezet Algemeen Overleg op 1 juli 2004 ingestemd met uitbreiding van de gecombineerde verstrekking van heroïne en methadon naar maximaal 1000 plaatsen volgens het advies van de Commissie Invoeringsaspecten Behandeling Heroïneverslaving (bekend als de Commissie Paas) van mei 2003.
De gemeenten die volgens het advies van de Commissie Paas in aanmerking zouden kunnen komen voor de vestiging of uitbreiding van een behandeleenheid, kunnen hiertoe een aanvraag indienen bij het Ministerie van VWS. De besluitvorming zal uiterlijk eind april 2005 zijn afgerond.
De gecombineerde verstrekking vindt plaats in het kader van wetenschappelijk onderzoek totdat de registratie van heroïne als farmaceutisch product een feit is, naar verwachting eind 2005.
Het onderzoek richt zich onder meer op de rol van psychosociale zorg gedurende het gehele behandeltraject, en wordt uitgevoerd door de CCBH. Het genoemde onderzoek is gestart in 2003 en zal ook in 2005 worden voortgezet.
De CCBH, die het experiment met de heroïnebehandeling tot nu toe heeft geleid, zal in 2005 en 2006 de gemeenten begeleiden bij het opzetten van de nieuwe behandeleenheden. De protocollen, kwaliteitseisen en veiligheidsvoorschriften die de CCBH heeft opgesteld, zullen ook door de nieuwe behandeleenheden moeten worden gehanteerd. De overdracht van de protocollen, manuals e.d. naar de instellingen voor verslavingszorg zal in overleg plaatsvinden.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
J.F. Hoogervorst