Wijzing Regeling logboek en opgave zeevis 1987

Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 29 december 2004, nr. TRCJZ/2004/6193, houdende wijzing van de Regeling logboek en opgave zeevis 1987

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op artikel 3 en 4 van het Reglement zee- en kustvisserij 1977;

Besluit:

Artikel I

De Regeling logboek en opgave zeevis 19871 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervalt het onderdeel ‘vis’.

2. Na het tweede lid wordt het volgende lid toegevoegd:

3. Deze regeling is van toepassing op de vissoorten, bedoeld in bijlage I van verordening (EEG) nr. 3880/91 van de Raad van 17 december 1991 inzake de verstrekking van statistieken van de nominale vangsten van Lid-Staten die in het noordoostelijke gedeelte van de Atlantische Oceaan vissen (PbEG L 365), in bijlage I van verordening (EEG) nr. 2018/93 van de Raad van 30 juni 1993 inzake de indiening van de vangsten en de visserijactiviteit van de Lid-Staten die in het noordwestelijk deel van de Atlantische Oceaan vissen (PbEG L 186) en in bijlage 4 van verordening (EEG) van de Raad van 23 oktober 1995 inzake de verstrekking van statistieken van de nominale vangsten van Lid-Staten in bepaalde gebieden buiten de Noordatlantische Oceaan (PbEG L 270).

B

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het vierde lid vervalt.

2. In het zesde lid wordt ‘artikel 3, vijfde lid, onderdeel 7°’ vervangen door: artikel 3, vijfde lid, onderdeel 9°.

3. Het zevende lid, onderdeel a, komt te luiden:

a. een tolerantie van 8%, indien het betreft visreizen gemaakt door vissersvaartuigen in de geografische gebieden, bedoeld in onderdeel 9.1 van bijlage III van verordening (EG) van de Raad van de Europese Unie van 22 december 2004 tot vaststelling, voor 2005, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften, voor zover er meer dan 10 ton haring, makreel, horsmakreel of een combinatie daarvan aan boord wordt gehouden.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2005.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
overeenkomstig het door de minister genomen besluit: de Directeur-Generaal,
A. Oostra.

Toelichting

Het logboek bestaat uit een gedeelte waarop – aan boord van het vissersvaartuig – een raming moet worden gemaakt van de hoeveelheden aan boord gehouden vis en uit een gedeelte waarmee de definitieve opgave van de vangst moet worden gedaan. In onderdeel 9.5 van bijlage III van verordening (EG) van de Raad van de Europese Unie van 22 december 2004 tot vaststelling, voor 2005, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften, is bepaald dat, indien er meer dan 10 ton haring, makreel, horsmakreel of een combinatie daarvan aan boord wordt gehouden, de raming die de kapitein aan boord maakt 8% mag afwijken van de uiteindelijke vangstopgave. Dit percentage bedroeg 7%. Met de wijziging van de Regeling logboek en opgave zeevis 1987 is uitvoering gegeven aan het voorgaande.

Voorts behelst de wijziging van de Regeling logboek en opgave zeevis 1987 een aantal wetgevingstechnische aanpassingen.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

overeenkomstig het door de minister genomen besluit:de Directeur-Generaal,

A. Oostra

  • 1

    Stcrt. 1987, 194; laatstelijk gewijzigd bij regeling van 16 december 2004 (Stcrt. 249).

Naar boven