Wijziging Regeling legitimatievoorschriften kentekenbewijzen en kentekenplaten

Regeling tot wijziging van de Regeling legitimatievoorschriften kentekenbewijzen en kentekenplaten houdende aanvraag van een kentekenbewijs door een ingeschreven rechtspersoon in verband met tenaamstellingen door rechtspersonen waarvan de tekenbevoegde niet woonachtig is in Nederland

17 december 2004

Nr. HDJZ/AWW/2004-2673

Hoofddirectie Juridische Zaken

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op artikel 50, vijfde lid, van de Wegenverkeerswet 1994 en de artikelen 50, eerste lid, en 51 van het Kentekenreglement;

Besluit:

Artikel I

De Regeling legitimatievoorschriften kentekenbewijzen en kentekenplaten1 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, onderdeel b, en in het derde lid, onderdeel b, wordt na ‘tekenbevoegde’ telkens ingevoegd: , met dien verstande dat geen afschrift als bedoeld in artikel 1 behoeft te worden overgelegd.

2. In het tweede lid, onderdeel b, wordt na ‘daarvan’ ingevoegd: , met dien verstande dat geen afschrift als bedoeld in artikel 1 behoeft te worden overgelegd.

3. In het tweede lid, onderdeel c, en in het vierde lid, onderdeel c, wordt na ‘gemachtigde’ telkens ingevoegd: , met dien verstande dat geen afschrift als bedoeld in artikel 1 behoeft te worden overgelegd.

B

Artikel 8a wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na ‘overgelegd’ ingevoegd: , met dien verstande dat geen afschrift als bedoeld in artikel 1 behoeft te worden overgelegd.

2. In het tweede lid, onderdeel b, wordt na ‘gemachtigde’ ingevoegd: , met dien verstande dat geen afschrift als bedoeld in artikel 1 behoeft te worden overgelegd.

C

In artikel 8b, tweede lid, vervalt de zinsnede ‘, met dien verstande dat geen gewaarmerkt afschrift van de benodigde gegevens van de tekenbevoegde uit de basisadministratie persoonsgegevens behoeft te worden overgelegd’.

D

In artikel 8c wordt na ‘overgelegd’ ingevoegd: , met dien verstande dat geen afschrift als bedoeld in artikel 1 behoeft te worden overgelegd.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Verkeer en Waterstaat, K.M.H. Peijs.

Toelichting

De wijziging betreft een vereenvoudiging van de legitimatievoorschriften bij de aanvraag van een kentekenbewijs door een rechtspersoon. Steeds vaker wordt de Dienst Wegverkeer geconfronteerd met problemen die zich voordoen bij tenaamstellingen door rechtspersonen, waarvan de tekenbevoegde niet woonachtig is in Nederland en niet beschikt over een Nederlands rijbewijs of een EU-rijbewijs. De tekenbevoegde kan in dat geval niet het vereiste afschrift uit de gemeentelijke basisadministratie overleggen, waardoor de tenaamstelling niet kan plaatsvinden. Dit is een onwenselijke situatie; immers niet de tekenbevoegde, maar de rechtspersoon zelf is aansprakelijk voor het voertuig. Het gaat erom dat wordt vastgesteld dat degene die verschijnt tekenbevoegd is. Daartoe is voldoende dat een legitimatiebewijs wordt overgelegd. Bij tenaamstellingen door een rechtspersoon wordt derhalve niet langer een afschrift uit de gemeentelijke basisadministratie verlangd van zowel de tekenbevoegde als de door de tekenbevoegde gemachtigde.

Voor wat betreft de aanpassing van artikel 8b, tweede lid, geldt dat na wijziging van artikel 3, tweede lid, een deel van de bepaling uit artikel 8b, tweede lid, overbodig geacht wordt. Ten gevolge daarvan is artikel 8b, tweede lid, afgestemd op de aanpassing van artikel 3, tweede lid.

Aangaande de mogelijkheid van schorsing van de geldigheid van het kentekenbewijs zoals neergelegd in de artikelen 8a en 8c is eveneens een wijziging doorgevoerd, die mede is ingegeven vanuit de omstandigheid dat het vereiste van woonachtig dan wel gevestigd zijn in Nederland niet noodzakelijk is. De onderhavige wijziging leidt tot een lastenverlichting voor de burger.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

K.M.H. Peijs

  • 1

    Stcrt. 1994, 248; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 24 mei 2004 (Stcrt. 98).

Naar boven