Wijziging Regeling financiering en verantwoording IOAW, IOAZ en Bbz 2004

Regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van 16 december 2004, Directie Werk en Bijstand, nr. W&B/URP/2004/84761, tot wijziging van bedragen genoemd in de Regeling financiering en verantwoording IOAW, IOAZ en Bbz 2004 per 1 januari 2005

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op de artikelen 56 en 59 van het Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004;

Besluit:

Artikel I

De Regeling financiering en verantwoording IOAW, IOAZ en Bbz 2004 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid, onderdeel a, wordt ‘€ 2604,– voor een uitgebreid rapport en € 1.540,– voor een verkort rapport’ vervangen door: € 2.616,– voor een uitgebreid rapport en € 1.547,– voor een verkort rapport.

2. In het tweede lid, onderdeel b, wordt ‘€ 946,–’ vervangen door: € 951,–.

3. In het derde lid, onderdeel a, wordt ‘€ 1570,–’ vervangen door: € 1.577,–.

4. In het derde lid, onderdeel b, wordt ‘€ 3140,–’ vervangen door: € 3.154,–.

5. In het vierde lid wordt ‘€ 1065,–’ vervangen door: € 1.069,–.

Artikel I

Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2005.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 16 december 2004.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, H.A.L. van Hoof.

Toelichting

In de Regeling financiering en verantwoording IOAW, IOAZ en Bbz 2004 zijn in artikel 5 de bedragen vastgesteld voor de rijksvergoeding aan de gemeenten van specifieke en noodzakelijke onderzoeks- en begeleidingskosten in verband met de uitvoering van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen en het Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004.

De bedragen worden jaarlijks herzien voor zover de ontwikkeling van de lonen van werknemers in de particuliere bedrijven daartoe aanleiding geeft. Op basis van de ontwikkeling van de relevante indexcijfers over de periode oktober 2003 tot en met oktober 2004 en rekening houdend met de doorwerking van de werkgeverspremies worden de bedragen in artikel 5, tweede tot en met vierde lid, met 0,45% verhoogd.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

H.A.L. van Hoof

Naar boven