Wijziging Regeling tarieven I&R

Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 13 december 2004, nr. TRCJZ/2004/6163, tot wijziging van de Regeling tarieven I&R

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op artikel 9 van Verordening (EG) nr. 1760/2000 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 17 juli 2000 (PbEG L 204) tot vaststelling van een identificatie- en registratieregeling voor runderen en inzake de etikettering van rundvlees en rundvleesproducten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 820/97 van de Raad;

Gelet op artikel 13 van de Landbouwwet, artikel 94 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren en artikel 3 van het Besluit identificatie en registratie van dieren;

Besluit:

Artikel I

De Regeling tarieven I&R1 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid wordt als volgt gewijzigd:

1°. Onderdeel a komt te luiden:

a. € 16,50 indien het aantal gehouden runderen minder dan 10 bedraagt, of.

2°. Onderdeel b komt te luiden:

b. € 113,31 indien het aantal gehouden runderen 10 of meer dan 10 bedraagt.

2. In het derde lid wordt ‘€ 112,–’ vervangen door: € 113,31.

3. Het vierde lid wordt als volgt gewijzigd:

1°. In onderdeel a wordt ‘€ 0,310’ vervangen door: € 0,314.

2°. In onderdeel b wordt ‘€ 0,160’ vervangen door: € 0,162.

3°. In onderdeel c wordt ‘€ 0,129’ vervangen door: € 0,131.

4. Het vijfde lid wordt als volgt gewijzigd:

1°. In onderdeel a wordt ‘€ 0,160’ vervangen door € 0,162.

2°. In onderdeel b wordt ‘€ 0,075’ vervangen door € 0,076.

B

In artikel 3, eerste lid, wordt ‘2004’ vervangen door: 2005 en wordt ‘10 januari, 10 april, 10 juli en 2 oktober’ vervangen door: 8 januari, 2 april, 2 juli en 1 oktober.

C

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt ‘€ 2,06’ vervangen door: € 2,09.

2. In onderdeel b wordt ‘€ 2,28’ vervangen door: € 2,32.

3. In onderdeel c wordt ‘€ 2,74’ vervangen door: € 2,78.

4. In onderdeel d wordt ‘€ 2,51’ vervangen door: € 2,55.

5. In onderdeel e wordt ‘€ 0,86’ vervangen door: € 0,87.

D

In artikel 6 wordt ‘€ 1,99’ vervangen door: € 2,01.

E

In artikel 7 worden ‘€ 4,27’, ‘€ 3,30’ en ‘€ 0,97’ vervangen door: € 4,30, € 3,32 respectievelijk € 0,98.

F

Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 2,60’ vervangen door: € 2,62.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 24,54’ vervangen door: €24,69.

G

Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 2,60’ vervangen door: € 2,62

2. In het tweede lid wordt ‘€ 0,86’ vervangen door: € 0,87.

3. In het derde lid worden ‘€ 37,31’ en ‘€ 47,97’ vervangen door: € 37,53 respectievelijk € 48,26.

H

In artikel 10 worden ‘€ 37,31’ en ‘€ 47,97’ vervangen door: € 37,53 respectievelijk € 48,26.

I

Artikel 11 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid, onderdeel a, wordt ‘€ 15,99’ vervangen door: € 17,02.

2. In het tweede lid, onderdeel b, wordt ‘€ 55,42’ vervangen door: € 58,98.

3. In het derde lid wordt ‘€ 55,42’ vervangen door: € 58,98.

J

In artikel 12 wordt ‘€ 15,99’ vervangen door: € 16,21.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2005.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 13 december 2004.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.P. Veerman.

Toelichting

Deze regeling wijzigt de hoogte van de tarieven in de Regeling tarieven I&R (hierna: de regeling) met ingang van 1 januari 2005.

In verband met de identificatie en registratie van runderen, varkens, schapen en geiten maakt de overheid kosten. De regeling voorziet in een financieringsstelsel, waarbij deze kosten worden omgeslagen over de gebruikers van het I&R-systeem. De houder van runderen, varkens respectievelijk schapen en geiten dient daarbij op grond van de regeling jaarlijks een heffing te betalen. De uitwerking hiervan in het tarievenstelsel verschilt per diersoort, omdat de wijze van identificatie en registratie per diersoort verschilt. In de regeling zijn daarnaast een aantal specifieke tarieven vastgesteld die een houder van runderen is verschuldigd, indien de overheid voor hem bepaalde handelingen verricht, zoals het verstrekken van mutatieoverzichten, importregistraties en het herstel van gegevens (aanvullende tarieven).

De tarieven worden jaarlijks vastgesteld op basis van een begroting van de kosten die de overheid voor het I&R-systeem maakt. In de begroting voor 2005 stijgen deze kosten door de jaarlijkse indexering. Voor personele kosten betreft deze 0,6% en voor materiële kosten betreft deze 1,5%. Op basis hiervan zijn de tarieven bij onderhavige regeling aangepast. Hieronder worden de tariefswijzigingen behandeld die afwijken van deze reguliere verhoging.

De jaarlijkse heffing die de houder van runderen moet betalen, bestaat uit een vast en een variabel bedrag. Het vaste bedrag is bedoeld ter dekking van de kosten van het I&R-systeem die door de overheid worden gemaakt, ongeacht het aantal meldingen dat wordt gedaan (vaste kosten). Voor kleine houders wordt hierbij een lager tarief gehanteerd, mede om de drempel om zich aan te melden als houder van runderen zo laag mogelijk te houden. Het variabele bedrag is bedoeld ter dekking van de kosten die afhankelijk zijn van het aantal meldingen dat via het voice response systeem bij het I&R-systeem wordt gedaan (variabele kosten).

Het vaste tarief voor een houder die minder dan 10 runderen houdt bedraagt in 2005 € 16,50 en voor een houder die 10 of meer runderen houdt alsmede voor handelaren, slachterijen en verzamelplaatsen € 113,31 (artikel 2, tweede en derde lid). Bij de vaststelling van deze tarieven is – naast de indexering van de kosten – rekening gehouden met de afname van het aantal houders van runderen van 7%. Dit betekent dat de vaste kosten moeten worden betaald door minder houders. Er is voor gekozen om de grens voor het lage of het hoge tarief voor het vaste bedrag te verlagen van 20 naar 10 runderen. Deze maatregel komt overeen met de wens uit de sector om de grens tussen kleine en overige houders te heroverwegen en houdt de lage financiële drempel in stand voor de kleine houders die maximaal 9 runderen houden. Door het verlagen van de grens tussen hoog en laag tarief gaan ongeveer 4000 houders die voorheen het lage tarief betaalden het hoge tarief betalen. De verhoging van de vaste tarieven voor de diersoort rund kan hierdoor in 2005 beperkt blijven.

Ook de houder van varkens is jaarlijks een heffing verschuldigd die bestaat uit een vast en variabel bedrag. Bij de vaststelling van het hoge en lage tarief voor het vaste bedrag in 2005 is – naast de bovengenoemde indexering van de kosten – rekening gehouden met de daling van het aantal houders van varkens met 5%. Het tarief voor houders die minder dan 20 varkens houden bedraagt in 2005 dientengevolge € 17,20 en voor houders die 20 of meer varkens houden € 58,98 (artikel 11, tweede lid). Het tarief voor handelaren, slachterijen en verzamelplaatsen bedraagt hierdoor in 2005 eveneens € 59,98 (artikel 11, derde lid).

Aan deze regeling zijn geen informatieverplichtingen verbonden. De administratieve lasten voor het bedrijfsleven zullen ten gevolge van deze regeling derhalve niet stijgen.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

C.P. Veerman

  • 1

    Stcrt. 2002, 248, laatstelijk gewijzigd bij regeling van 12 december 2003, Stcrt. 247.

Naar boven