Aan:
- Nederlandse Museumvereniging
- Vereniging van Rijksgesubsidieerde Musea
- individuele musea
Datum: 17 december 2004
Kenmerk: DCE/04/59300
Op 25 oktober jl. werd de Subsidieregeling indemniteit bruiklenen 2005
(hierna: nieuwe regeling) gepubliceerd in de Staatscourant (Stcrt. 2004, nr.
205). De nieuwe regeling vervangt de Subsidieregeling indemniteit bruiklenen
(hierna: oude regeling) uit 1996 (Stcrt. 1996, nr. 11).
Met deze brief wil ik u informeren over de wijze waarop ik, in overeenstemming
met de Minister van Financiën, de oude regeling zal uitvoeren in de aanloop
naar de inwerkingtreding van de nieuwe regeling in 2005.
Aangezien de indemniteitsregeling een belangrijk instrument is in mijn
mobiliteitsbeleid omdat het musea helpt om belangrijke presentaties te realiseren,
zal ik ten aanzien van de per 19 mei 2004 openstaande en toekomstige indemniteitsaanvragen
op hierna te noemen onderdelen reeds handelen in de geest van de nieuwe regeling.
Per die datum is immers overeenstemming bereikt over enige belangrijke voorstellen
leidend tot de nieuwe regeling. De belangrijkste wijzigingen van de nieuwe
regeling ten opzichte van de oude regeling zijn als volgt samen te vatten:
1. verhoging van het indemniteitsplafond tot € 230 mln.;
2. onderbrengen in de regeling van langdurige bruiklenen;
3. verdubbeling van de indemniteitspercentages;
4. vereenvoudiging van de procedure.
Ten aanzien van de hiervoor genoemde punten 3 en 4 zal ik bij (de voorbereiding
van) besluiten die ik nog moet nemen op grond van de oude regeling reeds handelen
in de geest van de nieuwe regeling, ten gunste van de aanvragers.
Toelichting bij punt 3 verdubbeling van de indemniteitspercentages
- verdubbeling percentages indemniteit
Een belangrijk element van de kosten waardoor Nederlandse musea buiten
het internationale circuit geraken zijn de - vaak spectaculaire - waardestijgingen
van kunstvoorwerpen gedurende de laatste decennia. De kosten van verzekering
zijn daarmee zeer hoog geworden. Het percentage van de economische waarde
van de te verzekeren voorwerpen, waar het Rijk zich garant voor stelt, wordt
verdubbeld. Hiermee worden de budgettaire beperkingen, een ander belangrijk
element van de kosten waardoor Nederlandse musea buiten het internationale
circuit geraken, teruggebracht.
Toelichting bij punt 4 vereenvoudiging van de procedure
1. ten minste één verzekeringsofferte
Aanvragen zijn compleet, indien ten minste één verzekeringsofferte
wordt overgelegd. In de praktijk is gebleken dat het vereiste van drie verzekeringsoffertes,
zoals de oude regeling voorschreef, niet doelmatig is gezien het geringe aantal
verzekeraars dat zich toelegt op verzekering van kunstvoorwerpen. Om die reden
is acht ik tenminste een offerte nu reeds aanvaardbaar.
2. opschortende subsidieverklaring
De instelling behoeft, in tegenstelling tot het voorschrift in de oude
regeling, geen actie meer te ondernemen, als zich geen verlies of schade voordoet.
De indemniteitsverklaring vervalt dan immers. Aangezien zich tot nog toe geen
gevallen van verlies schade hebben voorgedaan, betekent dit een aanmerkelijke
vereenvoudiging van de procedure.
3. standaardvragenlijst
De Subsidieregeling indemniteit bruiklenen kent bijlage II, een uitgebreide,
verouderde standaardvragenlijst inzake beveiliging, opslag, transport, klimaatbeheersing,
conditierapporten etc. tijdens de tentoonstellingsperiode. Indien het museum
beschikt over een algemeen plan ter zake van veiligheid, beveiliging ontruiming
etc. acht ik het aanvaardbaar dat het in de museumwereld algemeen erkende
facility report in de plaats treedt van de beantwoording van de standaardvragenlijst.
Wel heb ik Instituut Collectie Nederland, voor de aanvragen die onder de oude
regeling vallen, verzocht tijdens de reguliere bezoeken aan de aanvragers
in het kader van de voorbereiding van het inhoudelijk advies de in de vragenlijst
opgenomen criteria te volgen en in het advies mee te nemen.