Tarievenbesluit CTB 2005

Het College voor de toelating van bestrijdingsmiddelen,

Gelet op artikel 4b van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 (Stb. 1998, 685);

Besluit:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. het CTB: het College voor de toelating van bestrijdingsmiddelen, als bedoeld in artikel 1a van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962;

b. RTB 95: de Regeling toelating bestrijdingsmiddelen 1995 (Stcrt. 1995, nr. 41);

c. de wet: de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 (Stb. 288), zoals herplaatst in Stb. 2002, 462.

Artikel 2

1. De volgende bedragen zijn verschuldigd bij inzending van een aanvraag tot:

a. een toelating van een bestrijdingsmiddel alsmede een verlenging daarvan: € 4.355,-

b. een afgeleide toelating alsmede een verlenging daarvan: € 505,-

c. een toelating van een parallel geïmporteerd bestrijdingsmiddel alsmede een verlenging daarvan: € 505,-

d. een uitbreiding van het gebruiksgebied van een toegelaten bestrijdingsmiddel: € 3.570,-

e. een uitbreiding van het gebruiksgebied van een afgeleide toelating of van een toelating van een parallel geïmporteerd bestrijdingsmiddel: € 505,-

f. een wijziging van de samenstelling van een toegelaten bestrijdingsmiddel:

1. indien bij de aanvraag onderzoeksgegevens moeten worden overgelegd: € 3.570,-

2. overige gevallen: € 505,-

g. een verlenging van de toelating van een bestrijdingsmiddel met een aangewezen werkzame stof als bedoeld in artikel 25d van de wet: € 505,-.

2. De onder a, d en f, sub 1, in dit artikel genoemde bedragen kunnen worden verrekend met de in rekening gebrachte advieskosten van de Helpdesk, tot een maximum van € 2.040,-, indien het advies van de Helpdesk heeft geleid tot een aanvraag voor een toelating als bedoeld onder a, d en f, sub 1, van dit artikel.

Artikel 3

De volgende bedragen zijn verschuldigd voor het samenvatten en evalueren van gegevens, welke overgelegd worden bij aanvraagformulier G (Gewasbeschermingsmiddel), over:

a. de fysische en chemische eigenschappen van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen (A2.01 t/m 15; A4.1; P02. 01 t/m 11; P05.1: € 1.404,-

b. de werkzaamheid van het bestrijdingsmiddel (A3.1 t/m 6, P3.1 t/m 9, P06.1 t/m 7): € 5.000,-

c. de analysemethoden voor elk van de in het middel voorkomende werkzame stoffen onderscheidenlijk van elk van de omzettingsproducten (A.4.2.1 t/m 5, P05.2.1 t/m 5):

1. analysemethoden voor de bepaling van residuen op planten, plantaardige producten, levensmiddelen en diervoeder: € 910,-

2. analysemethode voor de bepaling van residuen in de bodem: € 910,-

3. analysemethode voor de bepaling van residuen in drink en oppervlaktewater: € 910,-

4. analysemethode voor de bepaling van residuen in de lucht: € 910,-

5. analysemethode voor de bepaling van residuen in lichaamsvloeistoffen en weefsels: € 910,-

d. de toxiciteit van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen en de omzettingsproducten van deze werkzame stof(fen):

1. metabolisme en kinetiek in proefdieren (A5.01): € 4.555,-

2. acute toxiciteit:

a. bepaling acute orale toxiciteit (A5.2.1; P07.1.1): € 455,-

b. bepaling acute percutane toxiciteit (A5.2.2; P07.1.2): € 455,-

c. bepaling acute inhalatoire toxiciteit (A5.2.3; P07.1.3): € 455,-

d. bepaling van de huidirritatie (A5.2.4; P07.1.4): € 455,-

e. bepaling van de oogirritatie (A5.2.5; P07.1.5): € 455,-

f. bepaling van de sensibilisatie van de huid (A5.2.6; P07.1.6): € 455,-

3. kortdurend toxiciteitsonderzoek:

a. onderzoek over 28 dagen bij orale toediening (A5.03.1): € 530,-

b. onderzoek over 90 dagen bij orale toediening (rat) (A5.03.2a): € 1.100,-

c. onderzoek over 90 dagen bij orale toediening (2de dier) (A5.03.2b): € 1.100,-

d. onderzoek over 1-2 jaar bij orale toediening (hond) (A5.03.2c): € 2.195,-

e. onderzoek over 28 dagen bij dermale toediening (A5.03.3a): € 530,-

f. onderzoek over 28 dagen bij inhalatoire toediening (A5.03.3b): € 530,-

g. onderzoek over 90 dagen bij dermale toediening (A5.03.3c): € 1.100,-

h. onderzoek over 90 dagen inhalatoire toediening A5.03.3d): € 1.100,-

4. genotoxiciteitsproeven in vitro:

a. Salmonella typhimurium terugmutatietest (A5.04.1a): € 325,-

b. Escherichia coli terugmutatietest (A5.04.1b): € 325,-

c. genmutatietest in zoogdiercellen (A5.04.1c): € 325,-

d. Saccharomyces cerevisiae genmutatietest (A5.04.1d): € 325,-

e. in vitro mammalian cytogenetic test (A5.04.1e): € 325,-

f. in vitro sister chromatid exhange assay in mammalian cells (A5.04.1f): € 325,-

g. Saccharomyces cerevisiae mitotic recombination assay (A5.04.1g): € 325,-

h. DNA damage and repair/unscheduled DNA synthesis in mammalian cells (A5.04.1h): € 325,-

5. gentoxiciteitsproeven in vivo (lichaamscellen):

a. micronucleus test (A5.04.2a): € 325,-

b. mammalian bone marrow cytogenetic test (A5.04.2b): € 325,-

c. vlekkentest bij muizen (A5.04.2b): € 325,-

d. unscheduled DNA synthesis test with mammalian liver cells (A5.04.2b): € 325,-

e. mouse heritable translocation assay (A5.04.2b): € 325,-

f. sex-linked recessive lethal test in Drosophila melanogaster (A5.04.2b): € 325,-

6. genotoxiteitsproeven in vivo (geslachtscellen):

a. rodent dominant lethal test (A5.04.3a): € 325,-

b. mammalian spermatogonial chromosome aberration test (A5.04.3b): € 325,-

7. toxiciteit bij langdurige blootstelling en carcinogeniteit (A5.5): € 6.835,-

8. multigeneratieonderzoek (A5.06.1): € 3.645,-

9. onderzoek naar ontwikkelingstoxiciteit (bij 2 diersoorten) (A5.06.2): € 7.295,-

10. onderzoek vertraagd intredende neurotoxiciteit (A5.07): € 2.195

11. onderzoek naar combinaties van middelen (P07.1.7): € 915,-

12. gegevens over blootstelling (P07.2.1.1 t/m P07.2.3.2): € 915,-

13. dermale absorptie:

a. in vivo onderzoek naar dermale absorptie (P07.3): € 915,-

b. in vitro onderzoek naar dermale absorptie (P07.3): € 915,-

14. overige toxiciteit (A5.08) of medische gegevens (A5.09): € 1.815,-

e. residuen van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen in/op behandelde producten, levensmiddelen en diervoeders:

1. wanneer de aanvraag betrekking heeft op één of meer consumptiegewassen, worden voor elke gewasgroep, naar de indeling volgens het Lundehn document (Guidelines for the generation of data concerning residues as provided in Annex II part A, section 6 and Annex III, part A, section 8 of Directive 91/414/EEC) , de volgende kosten in rekening gebracht:

a. gegevens over de storage stability (A6b; P08c): € 325,-

b. gegevens over metabolisme en kinetiek bij planten (A6.01;P08.1): € 2.275,-

c. residuproeven (A6.03): € 1.370,-

d. gevolgen bewerking/bereiding (A6.05; P08.4): € 455,-

2. metabolisme en kinetiek bij landbouwhuisdieren:

a. metabolisme en kinetiek bij kip (A6.02; P08.2): € 2.275,-

b. metabolisme en kinetiek bij geit (A6.02; P08.2): € 2.275,-

c. metabolisme en kinetiek bij koe (A6.02; P08.2): € 2.275,-

d. metabolisme en kinetiek bij varken (A6.02; P08.2): € 2.275,-

e. metabolisme en kinetiek bij overige landbouwhuisdieren (A6.02; P08.2): € 2.275,-

3. onderzoek vervoedering bij landbouwhuisdieren:

a. onderzoek vervoedering bij kip (A6.03; P08.2): € 2.275,-

b. onderzoek vervoedering bij geit (A6.03; P08.2): € 2.275,-

c. onderzoek vervoedering bij koe (A6.03; P08.2): € 2.275,-

d. onderzoek vervoedering bij varken (A6.03; P08.2): € 2.275,-

e. onderzoek vervoedering bij overige landbouwhuisdieren (A6.03; P08.2): € 2.275,-

4. bepaling van residuen in volggewassen (A6.06): € 910,-

5. onderzoek naar de stabiliteit van de werkzame stof in het voedsel voor proefdieren: € 455,-

6. overige gegevens met betrekking tot residuen: € 1.370,-

f. het gedrag van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen en de omzettingsproducten in de grond:

1. laboratoriumonderzoek omzettingsroute + omzettingssnelheid in de bodem (A7.1.1.1, P09.1.1.1, A7.1.1.2.1): € 4.555,-

2. adsorptie en desorptie in de bodem (A7.1.2, P09.1.2.1): € 2.275,-

3. uitspoeling uit kolommen, kolomstudies met verouderd residu (A7.1.3.1 en A7.1.3.2): € 2.275,-

4. veldonderzoek omtrent omzetting in de bodem (A7.1.1.2, P09.1.1.2 b,c,d): € 3.180,-

5. lysimeteronderzoek (A7.1.3.3, P09.1.2.2a): € 3.180,-

6. veldonderzoek naar uitspoeling (A7.1.3.3, P09.1.2.2b): € 3.180,-

7. monitoringgegevens/aanvullend onderzoek: kostprijs

g. het gedrag van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen en de omzettingsproducten in water:

1. hydrolytische en fotochemische omzetting in water (A7.2.1.1 en A7.2.1.2): € 1.370,-

2. biologische omzetting (A7.2.1.3): ready biodegradability in water en omzettingssnelheid en -route in water/sedimentsystemen: € 2.275,-

3. onderzoek in de verzadigde zone (A7.2.1.4): € 4.555,-

4. adsorptie aan slibdeeltjes: € 1.815,-

5. aanvullend veldonderzoek: kostprijs

6. monitoringgegevens (A7.4): kostprijs

h. het gedrag van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen en de omzettingsproducten in de lucht:

1. omzettingssnelheid en -route in de lucht: € 2.275,-

i. giftigheid van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen, en de omzettingsproducten in het milieu, voor in het milieu voorkomende organismen:

1. effecten op vogels:

a. acute orale toxiciteit voor vogels (A8.1): € 455,-

b. dieetonderzoek voor vogels (A8.1.2): € 455,-

c. subchronische en reproductietoxiciteit (A8.1.3): € 1.265,-

d. proeven onder veldomstandigheden (P10.1.2): € 3.180,-

e. bepaling acceptatie lokaas, granulaten of behandeld zaad (P10.1.3): € 910,-

f. bepaling effecten secundaire vergiftiging (P10.1.4): € 2.275,-

2. effecten op aquatische organismen:

a. effecten op vissen:

(i) acute toxiciteit voor vissen (A8.2.1; P10.2.1a): € 455,-

(ii) chronische toxiciteit voor vissen (A8.2.2): € 455,-

(iii) bioconcentratie bij vissen (A8.2.3) of gegevens over residuen in vissen (P10.2.3) € 910,-

b. effecten op ongewervelde aquatische organismen:

(i) acute toxiciteit ongewervelde aquatische organismen (A8.2.4, P10.2.1b): € 455,-

(ii) chronische toxiciteit ongewervelde aquatische organismen (A8.2.5): € 455,-

c. effecten op de groei van algen (A8.2.6, P10.2.1c): € 455,-

d. bepaling effect op waterplanten (A8.2.8): € 455-

e. aanvullende studies aquatische organismen (P10.2.4): € 910,-

f. effecten op sedimentorganismen (A8.2.7): € 910,-

g. microcosmos-/mesocosmosstudie (P10.2.2): € 3.180,-

h. aanvullend onderzoek: kostprijs

3. effecten op geleedpotigen:

a. effecten op bijen:

(i) acute toxiciteit voor bijen (A8.3.1.1): € 910,-

(ii) voedingsproef met bijenbroed (A8.3.1.2): € 910,-

(iii) residuproef met bijen (P10.4.2): € 910,-

(iv) kooiproeven met bijen (P10.4.3): € 3.180,-

(v) veldproeven met bijen (P10.4.4): € 3.180,-

(vi) tunnelproeven met bijen (P10.4.5): € 3.180,-

b. toxiciteit voor andere geleedpotigen dan bijen:

(i) effecten op geselecteerde soorten geleedpotigen (A8.3.2): € 910,-

(ii) proeven op grotere laboratoriumschaal (P10.5.1): € 910,-

(iii) proeven onder semi-veldomstandigheden (P10.5.1): € 2.275,-

(iv) veldproeven (P10.5.2): € 3.180,-

4. effecten op regenwormen:

a. acute toxiciteit regenwormen (A8.4.1, P10.6.1.1): € 455,-

b. subletale effecten op regenwormen (A8.4.2, P10.6.1.2): € 455,-

c. bioconcentratie in regenworm: € 910,-

d. veldstudies met regenwormen (P10.6.1.3): € 3.180,-

5. effecten op niet-doel micro-organismen in de bodem:

a. stikstofbinding en koolstofmineralisatie (A8.5, P10.7): € 455,-

b. veldstudies ten aanzien van effecten op niet-doel micro-organismen in de bodem: (P10.7.2a): € 3.180,-

6. invloed op biologische methoden voor de zuivering van afvalwater (A8.7): € 910,-

7. effecten op gewervelde terrestrische organismen m.u.v. vogels (P10.3): € 2.275,-

8. effecten op andere niet-doelwitorganismen (flora/fauna):

a. laboratoriumgegevens over effecten op andere niet-doelwitorganismen (A8.6): € 915,-

b. veldstudies effecten op andere niet-doelwitorganismen: € 3.180,-.

Artikel 4

De volgende bedragen zijn verschuldigd voor het samenvatten en evalueren van gegevens, welke overlegd worden bij aanvraagformulier M (Gewasbeschermingsmiddel op basis van micro-organismen), over:

a. samenstelling en biologische eigenschappen van het bestrijdingsmiddel en het micro-organisme (A1; A4; P01; P05): € 3.610,-

b. de werkzaamheid van het bestrijdingsmiddel (A3.1 t/m 6, P03, P06): € 5.000,-

c. de toxiciteit van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen en de omzettingsproducten:

1. acute toxiciteit:

a. bepaling acute orale toxiciteit (P07.1.1): € 455,-

b. bepaling acute inhalatoire toxiciteit (P07.1.2): € 455,-

c. bepaling acute percutane toxiciteit (P07.1.3): € 455,-

d. bepaling van de huidirritatie (P07.2.1): € 455,-

e. bepaling van de oogirritatie (P07.2.2): € 455,-

f. bepaling van de sensibilisatie van de huid (P07.2.2): € 455,-

2. basisinformatie toxiciteit van het micro-organisme (A5.1): € 535,-

3. acute toxiciteit,pathogeniteit en infectiviteit:

a. acute orale toxiciteit, pathogeniteit en infectiviteit (A5.2.2.1): € 685,-

b. acute inhalatoire toxiciteit, pathogeniteit en infectiviteit (A5.2.2.2): € 685,-

c. acute intraperitoneale/subcutane eenmalige dosis (A5.2.2.3): € 685,-

4. genotoxiciteitsproeven in vitro:

a. Salmonella typhimurium terugmutatietest (A5.2.3.1a): € 325,-

b. Escherichia coli terugmutatietest (A5.2.3.1b): € 325,-

c. genmutatietest in zoogdiercellen (A5.2.3.1c): € 325,-

d. Saccharomyces cerevisiae genmutatietest (A5.2.3.1d): € 325,-

e. in vitro mammalian cytogenetic test (A5.2.3.1e): € 325,-

f. in vitro sister chromatid exhange assay in mammalian cells (A5.2.3.1f): € 325,-

g. Saccharomyces cerevisiae mitotic recombination assay (A5.2.3.1g): € 325,-

h. DNA damage and repair/unscheduled DNA synthesis in mammalian cells (A5.2.3.1h): € 325,-

5. celkweek onderzoek (A5.2.4): € 530,-

6. informatie over toxiciteit en pathogeniteit op de korte termijn (A5.2.5): € 760,-

7. effecten op de gezondheid na herhaalde inhalatoire blootstelling (A5.2.5.1): € 760,-

8. gentoxiciteitsproeven in vivo (lichaamscellen):

a. micronucleus test (A5.04.2a): € 325,-

b. mammalian bone marrow cytogenetic test (A5.04.2b): € 325,-

c. vlekkentest bij muizen (A5.04.2b): € 325,-

d. unscheduled DNA synthesis test with mammalian liver cells (A5.04.2b): € 325,-

e. mouse heritable translocation assay (A5.04.2b): € 325,-

f. sex-linked recessive lethal test in Drosophila melanogaster (A5.04.2b): € 325,-

9. genotoxiteitsproeven in vivo (geslachtscellen):

a. rodent dominant lethal test (A5.04.3a): € 325,-

b. mammalian spermatogonial chromosome aberration test (A5.04.3b): € 325,-

10. gegevens over blootstelling:

a. meting blootstelling toepasser (P07.3b): € 915,-

b. meting blootstelling werknemer (P07.3c): € 915,-

11. bepaling dermale absorptie (P07.3d): € 915,-

12. toxicologische gegevens niet-werkzame stoffen (P07.4): € 915,-

13. aanvullend onderzoek naar combinaties van gewasbeschermingsmiddelen (P07.5): € 915,-

d. residuen van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen in/op behandelde producten, levensmiddelen en diervoeders:

1. residuproeven (A6b): € 1.370,-

2. persistentie en waarschijnlijke vermeerdering in of op gewassen, levensmiddelen of diervoeders (A6.1; P08.1): € 980,-

3. niet levensvatbare/levensvatbare residuen (A6.2; P08.2): € 530,-

e. het gedrag van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen en zijn omzettingsproducten in het milieu:

1. gegevens over levensvatbaarheid en populatiedynamiek in de bodem (P09.1.1; A7.1.1): € 455,-

2. gegevens over levensvatbaarheid en populatiedynamiek in natuurlijk sediment/watersystemen (P09.1.2; A7.1.2): € 455,-

3. gegevens over concentraties in lucht (P09.1.3; A7.1.3): € 455,-

4. gegevens over de mogelijke verspreiding van het micro-organisme in de bodem: € 455,-

5. gegevens over de mogelijke verspreiding van het micro-organisme in natuurlijk sediment/watersystemen: € 455,-

6. gegevens over de mogelijke verspreiding van het micro-organisme in lucht: € 455,-

f. effecten van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen, en de omzettingsproducten op niet-doelorganismen:

1. effecten op vogels (P10.1; A8.1): € 455,-

2. effecten op aquatische organismen:

a. toxiciteit, infectiviteit en pathogeniteit bij vis (P10.2.1a; A8.2.1): € 455,-

b. toxiciteit, infectiviteit en pathogeniteit bij ongewervelde zoetwaterorganismen (P10.2.1b; A8.2.2): € 455,-

c. effecten op de algengroei, groeisnelheid en herstelcapaciteit (P10.2.1c; A8.2.3): € 455,-

d. effecten op andere planten dan algen (P10.2.4; A8.2.4): € 455,-

3. toxiciteit, infectiviteit en pathogeniteit bij bijen (P10.3; A8.3): € 910,-

4. toxiciteit, infectiviteit en pathogeniteit bij andere geleedpotigen dan bijen (P10.4; A8.4): € 910,-

5. toxiciteit, infectiviteit en pathogeniteit bij regenwormen (P10.5; A8.5): € 455,-

6. effecten op niet-doel micro-organismen in de bodem (P10.6; A8.6): € 455,-

7. aanvullend onderzoek (P10.7; A8.7): € 910,-

g. indien voor enig aspect studies overlegd worden, welke niet onder de voornoemde posten vallen, zijn de tarieven van artikel 3 van toepassing.

Artikel 5

De volgende bedragen zijn verschuldigd voor het samenvatten en evalueren van gegevens welke overlegd worden bij aanvraagformulier B (Biocide):

a. de werkzaamheid van het bestrijdingsmiddel (B.1 t/m B.4): € 3.040,-

b. de fysische en chemische eigenschappen van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen (middel C.1 t/m C.11, stof D.5.1 t/m D.9.5): € 1.404,-

c. de toxiciteit van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen en de omzettingsproducten van deze werkzame stof(fen):

1. acute toxiciteit:

a. bepaling acute orale toxiciteit (E.02.1.1): € 455,-

b. bepaling van de acute intraperitoneale toxiciteit (E.02.2): € 455,-

c. bepaling acute percutane toxiciteit (E.02.3.1): € 455,-

d. bepaling acute inhalatoire toxiciteit (E.02.4.1): € 455,-

e. bepaling van de huidirritatie (E.03.1.1): € 455,-

f. bepaling van de oogirritatie (E.03.2.1): € 455,-

g. bepaling van de sensibilisatie van de huid (E.03.3.1): € 455,-

2. kortdurend toxiciteitsonderzoek:

a. onderzoek over 28 dagen bij orale toediening (E.04.1): € 530,-

b. onderzoek over 28 dagen bij dermale toediening (E.04.2.1): € 530,-

c. onderzoek over 28 dagen bij inhalatoire toediening (E.04.3.1): € 530,-

3. semi-chronische toxiciteit:

a. onderzoek over 90 dagen bij orale toediening (rat) (E.05.1.1): € 1.100,-

b. onderzoek over 90 dagen bij orale toediening (2de dier) (E.05.1.2a): € 1.100,-

c. onderzoek over 1-2 jaar bij orale toediening (hond) (E.05.1.2b): € 2.195,-

d. onderzoek over 90 dagen bij dermale toediening (E.05.2): € 1.100,-

e. onderzoek over 90 dagen bij inhalatoire toediening (E.05.3): € 1.100,-

4. chronische orale toxiciteit (E.06): € 3.415,-

5. genotoxiciteitsproeven (E.07):

a. in vitro onderzoek: Salmonella typhimurium terugmutatietest (E.07.1a): € 325,-

b. in vitro onderzoek: Escherichia coli terugmutatietest (E.07.1b): € 325,-

c. in vitro onderzoek: genmutatietest in zoogdiercellen (E.07.2a): € 325,-

d. in vitro onderzoek: Saccharomyces cerevisiae genmutatietest (E.07.2b): € 325,-

e. in vitro onderzoek: in vitro mammalian cytogenetic test (E.07.3): € 325,-

f. in vivo (lichaamscellen): micronucleus test (E.07.4a): € 325,-

g. in vivo (lichaamscellen): mammalian bone marrow cytogenetic test (E.07.4b): € 325,-

h. in vivo (lichaamscellen): vlekkentest bij muizen (E.07.4c): € 325,-

i. in vivo (lichaamscellen): unscheduled DNA synthesis test with mammalian liver cells (E.07.4d): € 325,-

j. in vivo (geslachtscellen): rodent dominant lethal test (E.07.4e): € 325,-

k. in vitro onderzoek: in vitro sister chromatid exhange assay in mammalian cells (E.07.4f): € 325,-

l. in vitro onderzoek: Saccharomyces cerevisiae mitotic recombination assay (E.07.4g): € 325,-

m. in vitro onderzoek: DNA damage and repair/unscheduled DNA synthesis in mammalian cells (E.07.4h): € 325,-

n. in vivo (geslachtscellen): mammalian spermatogonial chromosome aberration test (E.07.4i): € 325,-

o. in vivo (lichaamscellen): mouse heritable translocation assay (E.07.4j): € 325,-

p. in vivo (lichaamscellen): sex-linked recessive lethal test in Drosophila melanogaster (E.07.4k): € 325,-

6. bepaling van de carcinogeniteit (E.08): € 3.415,-

7. multigeneratie-onderzoek (E.09.1): € 3.645,-

8. onderzoek naar ontwikkelingstoxiciteit (bij 1 diersoort) (E.09.2): € 3.645,-

9. onderzoek naar absorptie, distributie, excretie en metabolisme bij zoogdieren (E.10a): € 4.555,-

10. onderzoek naar dermale absorptie in proefdieren:

a. in vivo onderzoek naar dermale absorptie (E.10b): € 915,-

b. in vitro onderzoek naar dermale absorptie (E.10b): € 915,-

11. aanvullend onderzoek naar cholinesterase-remming (E.11.1) of onderzoek naar vertraagd intredende neurotoxiciteit (E.11.2): € 2.195,-

12. overige toxiciteit (E.11.3; E.11.4; E.12.1; E.13.5): € 1.815,-

d. metabolisme in de plant en residuen van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van de daarin voorkomende werkzame stof of stoffen:

1. residu-analyse methode (F.02.1 en F.02.2): € 910,-

2. storage stability gegevens (F.02.3): € 325,-

3. residuproeven in of op plantaardige producten (F.03.1): € 3.645,-

4. metabolisme en kinetiek bij landbouwhuisdieren:

a. metabolisme en kinetiek bij kip (F.03.2): € 2.275,-

b. metabolisme en kinetiek bij geit (F.03.2): € 2.275,-

c. metabolisme en kinetiek bij koe (F.03.2): € 2.275,-

d. metabolisme en kinetiek bij varken (F.03.2): € 2.275,-

e. metabolisme en kinetiek bij overige landbouwhuisdieren (F.03.2): € 2.275,-

5. residuonderzoekingen in of op substraten, anders dan plantaardige of dierlijke producten (F.03.3): € 1.370,-

6. gegevens afdampingspatroon van werkzame stoffen en toxicologisch relevante hulpstoffen van behandelde oppervlakken (F.05.1): € 1.370,-

7. gegevens over ruimteconcentraties van werkzame stoffen en toxicologisch relevante hulpstoffen bij toepassing d.m.v. ruimtesprays (F.05.02): € 1.370,-

8. gegevens over migratie naar (grondstoffen voor) levensmiddelen of veevoeders (F.05.3): € 1.370,-

9. onderzoek vervoedering bij landbouwhuisdieren:

a. onderzoek vervoedering bij kip (F.09): € 2.275,-

b. onderzoek vervoedering bij geit (F.09): € 2.275,-

c. onderzoek vervoedering bij koe (F.09): € 2.275,-

d. onderzoek vervoedering bij varken (F.09): € 2.275,-

e. onderzoek vervoedering bij overige landbouwhuisdieren (F.09): € 2.275,-

10. blootstelling van werknemers (F.10): € 1.370,-

11. overige gegevens met betrekking tot residuen: € 1.370,-

e. het gedrag van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van de daarin voorkomende werkzame stof of stoffen en zijn omzettingsproducten in de grond:

1. omzettingssnelheid en omzettingsroute in de bodem (G.1.1.1 t/m G.1.1.3): € 4.555,-

2. adsorptie en desorptie in de bodem (G.1.2.1; G.1.2.2): € 2.275,-

3. uitspoeling uit kolommen, kolomstudies met verouderd residu (G.1.2.3): € 2.275,-

4. lysimeteronderzoek (G.1.3.1): € 3.180,-

5. veldonderzoek naar uitspoeling (G.1.3.2): € 3.180,-;

6. onderzoek in de verzadigde zone (G.1.3.3): € 4.555,-

7. analysemethoden residuen bodem: € 910,-

8. aanvullende gegevens (bodem) (G.1.3.4): kostprijs

f. het gedrag van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van de daarin voorkomende werkzame stof of stoffen en zijn omzettingsproducten in water:

1. omzetting in water

a. bepaling ready biodegradability (G.2.1.1): € 325,-

b. omzettingssnelheid en -route in water/sedimentsystemen (G.2.1.2): € 1.950,-

2. adsorptie aan slibdeeltjes (G.2.2): € 1.815,-

3. fotochemische afbraak (G.2.3): € 1.370,-

4. onderzoek naar de migratiesnelheid van de werkzame stof uit verflaag/hout naar water (G.2.4.2): € 570,-

5. onderzoek naar de migratiesnelheid van de werkzame stof uit hout naar de bodem (G.2.4.3): € 570,-

6. analyse methode water (G.2.5): € 910,-

7. aanvullend veldonderzoek: kostprijs

g. het gedrag van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van de daarin voorkomende werkzame stoffen en de omzettingsproducten in de lucht:

1. gegevens naar de omzettingssnelheid en omzettingsroute in de lucht (G.3.1): € 2.275,-

2. het effect van de biocide op de luchtkwaliteit: € 4.555,-

3. analysemethoden residuen lucht: € 910,-

h. het gedrag van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van de daarin voorkomende werkzame stof of stoffen en zijn omzettingsproducten in de afvalfase:

1. de verwijdering van de biocide en van materiaal dat daarmee behandeld is (G.4.1): € 3.180,-

i. giftigheid voor in het milieu voorkomende organismen:

1. effecten op vogels:

a. acute orale toxiciteit voor vogels (H.1.1): € 455,-

b. dieetonderzoek voor vogels (H.1.2): € 455,-

c. subchronische en reproductietoxiciteit (H.1.3): € 1.265,-

d. proeven onder veldomstandigheden: € 3.180,-

2. effecten op aquatische organismen:

a. effecten op de groei van algen (H.2.1.1): € 455,-

b. acute toxiciteit ongewervelde aquatische organismen (H.2.1.2): € 455,-

c. acute toxiciteit voor vissen (H.2.1.3): € 455,-

d. chronische toxiciteit ongewervelde aquatische organismen (H.2.2.1):€ 455,-

e. chronische toxiciteit voor vissen (H.2.2.2): € 455,-

f. bepaling effecten op sedimentorganismen (H.2.3.1): € 910,-

g. chronische toxiciteit sedimentorganismen: € 910,-

h. microcosmos-/mesocosmosstudie (H.2.4): € 3.180,-

i. bioconcentratie bij vissen (H.6) of gegevens over residuen in vissen € 910,-

3. effecten op niet-doel micro-organismen in de bodem:

a. stikstofbinding en koolstofmineralisatie (H.4.1): € 455,-

b. veldstudies ten aanzien van effecten op niet-doel micro-organismen in de bodem: € 3.180,-

4. effecten op regenwormen:

a. acute toxiciteit regenwormen (H.4.2.1): € 455,-

b. subletale effecten op regenwormen (H.4.2.2): € 455,-

c. veldstudies met regenwormen: € 3.180,-

5. invloed op biologische methoden voor zuivering afvalwater (H.5): € 910,-

6. bepaling effecten van secundaire vergiftiging (H.7.1): € 2.275,-.

Artikel 6

De volgende bedragen zijn verschuldigd voor de beoordeling van:

a. de werkzaamheid, bedoeld in artikel 3 van de wet: € 2.496,-

b. criteria ten aanzien van de toepasser, als bedoeld in artikel 3 van de wet: € 2.496,-

c. criteria ten aanzien van de volksgezondheid, als bedoeld in artikel 3 van de wet: € 2.496,-

d. criteria ten aanzien van het milieu, als bedoeld in artikel 3 van de wet: €2.496,-

e. criteria ten aanzien van het welzijn van te bestrijden dieren , als bedoeld in artikel 3 van de wet: € 910,-

f. de aspecten in het kader van de uitbreidingstoelatingen (artikel 5, zesde, zevende en achtste lid van de wet):

1. Fysisch/chemisch eigenschappen: € 152,-

2. Werkzaamheid:

a. effectiviteit: € 304,-

b. schadelijke nevenwerkingen: € 78,-

c. resistentie: € 152,-

3. Humane toxicologie / toepasser & werker: € 1.248,-

4. Milieu:

a. persistentie: € 304,-

b. uitspoeling: € 608,-

c. vogels/zoogdieren: € 912,-

d. waterorganismen (incl. sedimentorganismen + bioaccumulatie): € 912,-

e. bijen/hommels: € 228,-

f. niet-doelwit arthropoden: € 456,-

g. regenwormen: € 304,-

h. bodem micro-organismen: € 228,-

i. emissie naar RWZI: € 304,-

5. Volksgezondheid: € 1.248,-

g. het eindoordeel over de toelaatbaarheidsaspecten, bedoeld in artikel 3 en artikel 5, zesde, zevende en achtste lid van de wet: € 1.835,-.

Artikel 7

Bij een inzending van een aanvraag voor een ontheffing ten behoeve van proefnemingen als bedoeld in artikel 15 van de wet is verschuldigd:

a. indien residugegevens moeten worden overgelegd een bedrag van € 505,-;

b. in overige gevallen een bedrag van € 155,-.

Artikel 8

1. Voor de beoordeling van een aanvraag tot aanwijzing van een werkzame stof (aanvraag tot plaatsing van (nieuwe) werkzame stof op Bijlage I van EG-Richtlijn 91/414/EEG (Gewasbeschermingsrichtlijn)) als bedoeld in artikel 4a van de wet en artikel 15, eerste lid, van de RTB 95, is een tarief verschuldigd:

a. het bedrag voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot aanwijzing: € 11.000,-;

b. het bedrag voor het samenvatten en beoordelen (de monograph) van de aanvraag tot aanwijzing:

b.1 het basis bedrag is: € 208.300,-

b.2 het bedrag voor het samenvatten en beoordelen, als bij de in behandeling name van de aanvraag tot aanwijzing blijkt dat extra gegevens moeten worden samengevat, dan wel extra beoordeling moet worden uitgevoerd, is: € 258.300,-

b.3 het bedrag voor het samenvatten en beoordelen als bij de in behandeling neming van de aanvraag tot aanwijzing blijkt dat met een gedeeltelijk beperkte samenvatting of beoordeling kan worden volstaan: € 158.300,-.

c. Voor werkzaamheden die na het uitbrengen van de samenvatting en beoordeling (de monograph) aan de Europese Commissie nodig zijn voor de afronding van de Europese besluitvorming is een bedrag op nacalculatie van de werkelijk gemaakte kosten verschuldigd. Als voorschot is een bedrag van € 76.000,- verschuldigd.

2. In afwijking van het eerste lid geldt voor de beoordeling van een aanvraag tot aanwijzing van een werkzame stof dat een micro-organisme is als bedoeld in het besluit van de Europese Commissie houdende bepalingen voor de uitvoering van de vierde fase van het werkprogramma als bedoeld in artikel 8, tweede lid, Richtlijn 91/414/EEG, een tarief dat door het CTB wordt vastgesteld op basis van de werkelijk gemaakte kosten. Direct na ontvangst van een aanvraag tot aanwijzing brengt het CTB een offerte uit waarin voor elk van de te beoordelen aspecten van de aanvraag een kostenindicatie wordt gegeven. Het CTB verschaft tevens een indicatie over de te verwachte totale kosten van de beoordeling van de aanvraag tot aanwijzing. De aanvrager wordt schriftelijk in de gelegenheid gesteld om naar aanleiding van de door het CTB uitgebrachte offerte te beslissen om de aanvraag tot aanwijzing in te trekken. De aanvrager brengt zijn beslissing schriftelijk ter kennis van het CTB. Na afloop van een uitgevoerde beoordeling stelt het CTB een onderbouwd overzicht op van de werkelijk gemaakte kosten van de beoordeling. Deze kosten dienen door de aanvrager te worden vergoed.

3. Voor het maken van een verslag van de bevoegde instantie en een aanbeveling voor een ten aanzien van de betrokken werkzame stof te nemen besluit de beoordeling van (aanvraag tot plaatsing van (nieuwe) werkzame stof op Bijlage I van EG-Richtlijn 98/8/EG (Biocidenrichtlijn)) als bedoeld in artikel 4a van de wet en artikel 15, eerste lid, van de RTB 95, is een tarief verschuldigd:

a. het bedrag voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot aanwijzing: € 11.000,-;

b. het bedrag voor het samenvatten en beoordelen (het evalueren) en opstellen advies omtrent het te nemen besluit:

b.1 het basis bedrag is: € 208.300,-;

b.2 het bedrag is, als bij de in behandeling name blijkt dat extra gegevens moeten worden geëvalueerd en extra beoordelingen moeten worden uitgevoerd, is: € 258.300,-;

b.3 het bedrag is, als bij de in behandeling name blijkt dat met een gedeeltelijk beperkte evaluatie kan worden volstaan: € 158.300,-.

b.4 het bedrag is, als bij de in behandeling name blijkt dat met een beperkte evaluatie kan worden volstaan: € 108.300,-.

c. Voor werkzaamheden die na het uitbrengen van het verslag en het advies omtrent het te nemen besluit ten aanzien van de werkzame stof nodig zijn voor de afronding van de Europese besluitvorming is een bedrag op nacalculatie van de werkelijk gemaakte kosten verschuldigd. Als voorschot is een bedrag van € 76.000,- verschuldigd.

Artikel 9

Kosten die zijn verschuldigd voor de wijziging van de naam van een toegelaten bestrijdingsmiddel, bedoeld in artikel 33 van de RTB 95: € 255,-.

Artikel 10

1. Voor toegelaten bestrijdingsmiddelen is een jaarlijkse vergoeding verschuldigd met ingang van 1 februari van het jaar waarvoor dit besluit is vastgesteld. Hiervoor ontvangt elke houder van toelatingen in februari van dat jaar een rekening van het CTB. De jaarlijkse vergoeding bedraagt voor:

a. gewasbeschermingsmiddelen: € 1.415,-

b. biociden: € 1.205,-.

2. De betaling van het in het eerste lid bedoelde bedrag geschiedt aan het CTB binnen één maand na dagtekening van het verzoek tot betaling op de bij dit verzoek aangegeven wijze.

Artikel 11

Ter zake van het inwinnen van inlichtingen als bedoeld in artikel 4, vierde lid, van de wet is een bedrag verschuldigd van € 78,-. De kosten voor het inwinnen van inlichtingen dienen tegelijkertijd met het indienen van de aanvraag overgemaakt te worden.

Artikel 12

Het in artikel 26, tweede lid, onderdeel d, en vijfde lid, van de RTB 95 bedoelde bedrag bedraagt € 102,-.

Artikel 13

1. Terzake van een verzoek om toezending van een register als bedoeld in artikel 33 van de RTB 95, is verschuldigd:

a. voor een register van toegelaten gewasbeschermingsmiddelen: € 35-;

b. voor een register van toegelaten biociden: € 35,-.

2. De betaling van een in het eerste lid bedoeld bedrag geschiedt vooraf door overmaking van het verschuldigde bedrag aan het CTB onder vermelding van het type register.

Artikel 14

Voor het op verzoek verstrekken van een verklaring ten behoeve van de export van bestrijdingsmiddelen is een bedrag verschuldigd van € 60,-.

Artikel 15

1. Voor de beoordeling van de herregistratie van een in Nederland voorlopig toegelaten bestrijdingsmiddel als bedoeld in artikel 24 van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962, op basis van een nieuwe stof die is geplaatst op Annex I van Richtlijn 91/414/EEG, is verschuldigd:

a. voor de beoordeling van de werkzaamheid: € 1.215,-

b. voor de beoordeling van het risico `toepasser': € 1.215,-

c. voor de beoordeling van het risico `volksgezondheid': € 1.215,-

d. voor de beoordeling van het risico `milieu': € 1.215,-.

2. Voor de beoordeling van de herregistratie van een in Nederland toegelaten bestrijdingsmiddel op basis van een bestaande stof die is geplaatst op Annex I van Richtlijn 91/414/EEG en als bij de beoordeling van het middel gebruik wordt gemaakt van een in een andere Lidstaat van de Europese Unie uitgevoerde beoordeling (wederzijdse erkenning), is verschuldigd:

a. voor de beoordeling van de werkzaamheid: € 1.215,-

b. voor de beoordeling van het risico `toepasser': € 1.215,-

c. voor de beoordeling van het risico `volksgezondheid': € 1.215,-

d. voor de beoordeling van het risico `milieu': € 1.215,-.

Artikel 16

1. Op aanvragen ingediend voor inwerkingtreding van dit besluit zijn de bepalingen van toepassing zoals deze onmiddellijk voorafgaand aan de inwerkingtreding van deze regeling golden, indien is voldaan aan de voor het in behandeling nemen van de betreffende aanvraag geldende vereisten.

2. Voor aanvragen ingediend vóór 7 februari 1994 die bij in werking treden van dit besluit nog niet in behandeling zijn genomen zijn geen bedragen verschuldigd als bedoeld in artikel 3 van dit besluit.

Artikel 17

Dit besluit wordt aangehaald als: Tarievenbesluit CTB 2005.

Artikel 18

1. Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag van de kalendermaand na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

2. In afwijking van het eerste lid treedt artikel 8, tweede lid in werking met ingang van de eerste dag na de kalendermaand waarin het besluit van de Europese Commissie houdende bepalingen voor de uitvoering van de vierde fase van het werkprogramma als bedoeld in artikel 8, tweede lid, Richtlijn 91/414/EEG is gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Wageningen, 13 oktober 2004.
Het College voor de toelating van bestrijdingsmiddelen,
D.K.J. Tommel, voorzitter.

Dit besluit is goedgekeurd bij besluit van de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Voedselkwaliteit van 7 december 2004, nummer TRCJZ/2004/5928.

Toelichting

Ingevolge artikel 4b van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 stelt het College voor de toelating van bestrijdingsmiddelen de tarieven voor zijn werkzaamheden uit hoofde van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 vast. Dit besluit behoeft de goedkeuring van de betrokken bewindslieden.

In het onderhavige besluit zijn de bedragen, gelden en vergoedingen vastgesteld die het CTB in rekening brengt bij de toelatinghouders en aanvragers om een toelating van een bestrijdingsmiddel of, in Europees verband, een plaatsing van een werkzame stof op bijlage I van de Gewasbeschermingsmiddelenrichtlijn (richtlijn 91/414/EEG) of de Biocidenrichtlijn (richtlijn 98/8/EG) te verkrijgen.

Kosten voor het leveren van beleidsadvisering en de afhandeling van bezwaar- en beroepsprocedures worden geheel in rekening gebracht bij de departementen die hier als opdrachtgever optreden.

Ten aanzien van de tarieven geldt dat overeenkomstig het rapport `Maat houden, een kader voor doorberekening van toelatings- en handhavingskosten' en het daarover ingenomen kabinetsstandpunt (kamerstukken II, 24036, nrs. 22 en 64) het principe dat voor het verrichten van werkzaamheden en het verlenen van diensten door de overheid aan derden in rekening te brengen vergoedingen kostendekkend dienen te zijn. Het CTB streeft overigens doorlopend naar verbetering van de doelmatigheid en doeltreffendheid bij de taakuitoefening en beheersing van de kosten. Op dat gebied zijn reeds de nodige inspanningen verricht, en ook het werkplan 2005 voorziet in een verdere professionalisering van de bedrijfsvoering.

Het CTB heeft vorig jaar de tarievenstructuur ingrijpend gewijzigd en de tarieven verduidelijkt. Dit heeft in het algemeen de inzichtelijkheid van de tarieven verbeterd. De gewijzigde tarievenstructuur en de verduidelijking blijken goed te werken. Dit jaar behoeft de tarievenstructuur daarom niet aangepast te worden. Het CTB heeft voorts beter inzicht gekregen in kostendekkendheid van de tarieven door verder uitwerking te geven aan het schrijven van uren voor bepaalde uitgevoerde werkzaamheden. In het algemeen blijkt dat de tarieven voldoende kostendekkend zijn en dat zelfs een algemene indexering, waartoe tot nu toe jaarlijks werd beslist, dit jaar achterwege kan blijven. De analyse van de tijdsbesteding leidde wel tot de conclusie dat een klein aantal kostenposten gewijzigd moet worden. Dit heeft geleid tot verlaging van bepaalde tarieven.

Bij de vaststelling van het Tarievenbesluit CTB 2005 zijn de volgende factoren bepalend:

1. Geen indexering van de tarieven. Op grond van de laatste CBS-cijfers zou een indexering met ruim 1% gebruikelijk zijn;

2. Handhaving van de tijdelijke opslag ter financiering van het tarief voor de jaarlijkse vergoeding door een tijdelijke opslag ter financiering van het heretiketteren van alle toegelaten middelen en een stijging door de omslag van de onderhoudskosten over een afnemend aantal toegelaten bestrijdingsmiddelen en een verhoging van de jaarlijkse vergoeding voor biociden ten gevolge van de deelname van het CTB aan diverse overlegstructuren;

3. De verlaging van een aantal samenvattings- en beoordelingstarieven, en de introductie van een nieuw tarief voor het opstellen van een besluit over een vereenvoudigde uitbreidingsaanvraag;

4. Introductie van een tarief op basis van nacalculatie voor werkzaamheden voortvloeiend uit een voor de Europese Commissie uit te voeren beoordeling van zgn. micro-organismen, zulks in het kader van de Gewasbeschermingsmiddelenrichtlijn;

5. Introductie van een tarief voor de herregistratieprocedure nadat een werkzame stof is geplaatst op Annex I van de Gewasbeschermingsmiddelenrichtlijn;

6. Wijziging artikel 13 van het Tarievenbesluit 2004 ten gevolge van een andere indeling van het register van toegelaten bestrijdingsmiddelen.

Ad 1) De algemene kostenontwikkeling bij het CTB rechtvaardigt het om af te zien van de jaarlijkse indexering.

Ad 2) De aanpassingen van de tarieven voor de jaarlijkse vergoedingen kenmerken zich door:

- Een daling van het tarief door een omslag van de nagenoeg ongewijzigde onderhoudskosten over een toegenomen aantal toegelaten middelen;

- Een opslag van het tarief met € 36,- voor het in 2004 afgesloten project `heretikettering'. In 2003 en in 2004 bedroeg deze opslag € 191,- respectievelijk € 55.

De jaarlijkse vergoeding voor biociden is verhoogd met een opslag voor de kosten van werkzaamheden voor de beoordeling van de EU monografieën (biociden) die zijn opgesteld door andere Lidstaten. Deze werkzaamheden vinden voor het eerst in 2005 plaats. Daarnaast is de jaarlijkse vergoeding voor biociden verhoogd door de geplande inzet voor biocidengremia. Deze kosten zijn voor 50% omgeslagen over toelatinghouders, conform de werkwijze bij gewasbeschermingsmiddelen.

In artikel 10 is daarnaast redactioneel verduidelijkt.

Ad 3) De kosten voor het samenvatten en evalueren van de fysische chemische aspecten van het bestrijdingsmiddel en de daarin voorkomende werkzame stoffen (artikelen 3, aanhef en onder sub a en artikel 5,aanhef en onder sub b) zijn verlaagd omdat gebleken is dat de werkelijk besteedde tijd aan de samenvatting en evaluatie minder groot is dan tot nu toe aangenomen. Daarom is het tarief bijgesteld.

De kosten voor het samenvatten en evalueren van het aspect werkzaamheid van een gewasbeschermingsmiddel (artikel 3, aanhef en onder sub b en artikel 4, aanhef en onder sub b) zijn verlaagd omdat is komen vast te staan dat de werkelijk besteedde tijd aan de samenvatting en beoordeling minder groot is dan tot nu toe aangenomen. Daarom is het tarief bijgesteld.

De kosten voor het beoordelen van een aanvraag zijn voor de aspecten werkzaamheid (artikel 6, aanhef en onder a), toepasser (artikel 6, aanhef en onder b), volksgezondheid (artikel 6, aanhef en onder c) en milieu (artikel 6, aanhef en onder d) gewijzigd omdat gebleken is dat de werkelijk besteedde tijd aan de beoordeling minder groot is dan tot nu toe aangenomen. Daarom zijn deze tarieven bijgesteld.

De kosten voor de beoordeling van uitbreidingstoelatingen zijn eveneens aangepast. Voor wat de beoordeling van het aspect humane toxicologie/toepasser en werker (artikel 6, aanhef en onder f ten derde) betreft is het tarief bijgesteld omdat de werkelijk besteedde tijd minder groot is dan tot nu toe aangenomen

Er is een tarief voor beoordelen van het aspect volksgezondheid bij een vereenvoudigde uitbreiding van een bestaande toelating toegevoegd. Tot nu toe was er geen tarief voor dit aspect omdat verondersteld werd dat er geen aandacht aan besteed werd. Uit de evaluatie van de beoordeling van deze aanvragen is gebleken is dat dit aspect wel aandacht behoeft. Daarom is een tarief voor dit aspect opgenomen. Dat tarief is gelijk aan het tarief voor de beoordeling van het aspect toxicologie/toepasser.

In artikel 6, aanhef en onder g is een tarief voor het eindoordeel over de toelaatbaarheids aspecten bedoeld in artikel 5, zesde, zevende en achtste lid van de wet opgenomen. Dit tarief was ten onrechte niet opgenomen. Hiermee is deze omissie hersteld.

Ad 4) In artikel 8, tweede lid, is een tarief voor de beoordeling van de toelatingsaanvragen voor micro-organismen opgenomen. Doordat bij het beoordelen van micro-organismen, in vergelijking met chemische stoffen, uitgegaan wordt van een andere set aan gegevensvereisten (Annex IIB/IIIB), meer met statements/waivers gewerkt zal worden, alsmede het feit dat micro-organismen in de lidstaat al van nature kunnen voorkomen zal het proces van samenvatten, beoordelen en besluitvormen minder uniform zijn dan het beoordelen van chemische bestrijdingsmiddelen. Ook per type micro-organisme kan de beoordeling er anders uitzien.

De kosten van de beoordeling van micro-organismen zijn significant lager dan de beoordelingen waarin de in artikel 3, 4, 5 en 6 van dit besluit genoemde beoordelingen van toelatingsaanvragen voorziet. Doordat de beoordelingswijze per (type) micro-organisme belangrijk verschilt, ligt het in de rede niet één voorcalculatorisch tarief in rekening te brengen. Het voorgaande leidt het CTB tot de conclusie dat in dit geval de kosten in rekening worden gebracht op basis van de werkelijk gemaakte kosten. Een nadeel van deze benaderingswijze is dat van tevoren niet bekend is welke kosten er aan een aanvraag zijn verbonden. Om aan dit nadeel tegemoet te komen en de aanvrager op voorhand te informeren over de kosten van de aanvraag zal het CTB na ontvangst van een aanvraag een offerte opstellen waarin per aspect is aangegeven welke de kosten zijn van de beoordeling. De offerte zal aan de aanvrager worden gestuurd. De aanvrager mag binnen een bepaalde termijn aangegeven of deze prijs stelt op een verdere behandeling van zijn aanvraag.

Het tweede lid van artikel 8 is in het Tarievenbesluit CTB 2005 opgenomen vooruitlopend op de publicatie van het besluit van de Europese Commissie houdende de bepalingen voor de uitvoering van de vierde fase van het werkprogramma als bedoeld in artikel 8, tweede lid, Richtlijn 91/414/EEG in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen. De publicatie van dit besluit verwacht het CTB in de loop van 2005. Ingevolge artikel 18, tweede lid, treedt artikel 8, tweede lid, pas in werking na de publicatie van het besluit van de Europese Commissie in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Overigens hebben de departementen toegezegd in het kader van flankerend beleid dergelijke aanvragen financieel te ondersteunen (via het stimuleringsfonds GNO's).

Ad 5) De herregistratie procedure waartoe Nederland is verplicht als een werkzame stof is geplaatst op Annex I van Richtlijn 91/414/EEG leidt tot een beoordeling van het bestrijdingsmiddel. Deze beoordeling zal echter minder tijd in beslag nemen dan een reguliere beoordeling als het nieuwe stoffen betreft. De werkzaamheden bestaan uit het checken van de definitieve eindpuntenlijst met de eindpuntenlijst gebruikt bij de beoordeling van de voorlopige toelating. Ook dienen eventueel gestelde vragen bij de voorlopige toelating te worden beantwoord. Voor bestaande stoffen dient een geheel nieuwe herbeoordeling te worden uitgevoerd. De geldende tarieven hoeven hiervoor niet te worden aangepast. Alleen in het geval van wederzijdse erkenning hoeft minder werk verricht te worden en kunnen de in artikel 15, tweede lid genoemde tarieven gelden.

Het voorgaande heeft er toe geleid dat een nieuw artikel 15 is toegevoegd voor de beoordeling van de herregistratie van een bestrijdingsmiddel op basis van een nieuwe werkzame stof of bestaande stof, indien gebruik gemaakt kan worden wederzijdse erkenning of indien het de herregistratie van een nieuwe stof betreft en er een voorlopige toelating was verleend.

Aan de hand van de feitelijke ontwikkelingen zal worden bezien of de in dit artikel genoemde tarieven aanpassing behoeven in 2005.

Ad 6) Een toelating van een bestrijdingsmiddel wordt door het CTB aangetekend in een register van toegelaten of geregistreerde bestrijdingsmiddelen. Dit is bepaald in artikel 6, tweede lid van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962. In artikel 33 van de Regeling toelating bestrijdingsmiddelen zijn nadere regels gesteld inzake de inrichting van dit register.

Tot medio 2004 werd bij het CTB verschillende registers bijgehouden. Een register voor bestrijdingsmiddelen die gebruikt worden in de landbouw en registers voor bepaalde toepassingen van bestrijdingsmiddelen die biociden zijn. Deze toepassingen waren veterinair gebruik, desinfectie, verduurzamen van hout of voor insecticiden toegelaten biociden voor huishoudelijk gebruikt. Deze indeling bleek voor het CTB bewerkelijk en de indeling op zich had weinig extra informatiewaarde. Daarom is in de loop van 2004 het register van toegelaten bestrijdingsmiddelen anders ingedeeld. Thans is er een register van toegelaten gewasbeschermingsmiddelen en een register van toegelaten biociden. Ten aanzien van dit laatste register zij opgemerkt dat in dit register ook de productsoort wordt vermeld. Daarbij is echter niet gekozen om de productsoort in te delen volgens het besluit Vaststelling soorten biociden (Stcr. 31 december 2002, nummer 249), maar volgens Bijlage V van Richtlijn 98/8/EG (soorten biocideproducten en hun beschrijving als bedoeld in artikel 2, lid 1, onder a, van deze richtlijn).

Het tarief voor de registers is ongewijzigd.

De door de onderhavige besluit vastgestelde tarieven gelden met ingang van 1 januari 2005.

Tenslotte zij opgemerkt dat voor het in rekening brengen van bedragen, gelden en vergoedingen met betrekking tot aanvragen die op het tijdstip van inwerkingtreding van dit besluit reeds bij het CTB waren ingediend een overgangstermijn in het besluit is opgenomen. Voor deze aanvragen blijven de bedragen in de RTB 1995 onverkort gelden, dan wel de tarieven die zijn genoemd in het Tarievenbesluit CTB 2002 (Stcr. 12 december 2001, nr. 241, pag. 31), het Tarievenbesluit CTB 2003 (Stcr. 19 december 2002, nr. 245, pag. 104) dan wel de tarieven genoemd in het Tarievenbesluit CTB 2004 (Stcr. 18 december 2003, nr. 245, pag. 38 e.v.).

Voor aanvragen die zijn ingediend voorafgaand aan het in werking treden van dit besluit en als voldaan is aan de voor het in behandeling nemen van de betreffende aanvraag geldende vereisten, blijven de tarieven genoemd in de RTB 95, dan wel het Tarievenbesluit CTB 2002, het Tarievenbesluit CTB 2003 dan wel het Tarievenbesluit CTB 2004 van kracht.

Aangezien er nog aanvragen zijn die zijn ingediend vóór 7 februari 1994 en bij inwerkingtreding van deze regeling nog niet in behandeling zijn genomen is voor deze groep eveneens een overgangsbepaling opgenomen, omdat destijds bij indiening van de aanvraag een heel ander kostenregiem gold.

Het College voor de toelating van bestrijdingsmiddelen

Naar boven