Regeling wijziging Uitvoeringsregeling financiering decentrale overheden

30 november 2004

Nr. FM2004-01474M

Directie Financiële Markten

De Minister van Financiën,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Minister van Verkeer en Waterstaat;

Gelet op artikel 5 van de Wet financiering decentrale overheden;

Besluit:

Artikel I

In artikel 2, derde lid, van de Uitvoeringsregeling financiering decentrale overheden wordt ‘5.509.275 gulden’ vervangen door: 2.500.000 euro.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Financiën, G. Zalm.

Toelichting

In artikel 2, derde lid, van de op de Wet financiering decentrale overheden gebaseerde Uitvoeringsregeling financiering decentrale overheden is het minimumbedrag voor de renterisiconorm vastgesteld op 5.509.275 gulden. Bij de bepaling van dit guldensbedrag is destijds al rekening gehouden met de overgang van de gulden naar de euro. Na omrekening van het guldenbedrag resulteert een rond bedrag van 2.500.000 euro. Het lag in de bedoeling om het genoemd guldenbedrag per 1 januari 2002 om te zetten in een eurobedrag. Op grond van de Verordening (EG) nr. 1103/97 van de Raad van de Europese Unie van 17 juni 1997 over enkele bepalingen betreffende de invoering van de euro (PbEG L162) dient voor het in artikel 2, derde lid, van de Uitvoeringsregeling financiering decentrale overheden genoemde guldenbedrag reeds te worden gelezen als het hiervoor genoemde eurobedrag. Ter wille van de duidelijkheid verdient het niettemin de voorkeur met dit besluit het eurobedrag expliciet in de Uitvoeringsregeling financiering decentrale overheden op te nemen.

De Minister van Financiën,

G. Zalm

Naar boven