Regeling herziening bedrag Pensioen- en spaarfondsenwet

Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van 2 december 2004, Directie Arbeidsverhoudingen, nr. AV/PB/04/82481, tot herziening van het bedrag, genoemd in artikel 32, vijfde lid, van de Pensioen- en spaarfondsenwet

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel 32, zesde lid, van de Pensioen- en spaarfondsenwet;

Besluit:

Artikel I

In artikel 32, vijfde lid, van de Pensioen- en spaarfondsenwet wordt ‘een bedrag van € 350,56’ vervangen door: een bedrag van € 355,33.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2005.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 2 december 2004.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, A.J. de Geus.

Toelichting

In artikel 32, vijfde lid, van de Pensioen- en spaarfondsenwet is bepaald in welke situaties pensioen mag worden afgekocht. Dit is het geval indien het pensioen op de ingangsdatum een bepaald bedrag niet te boven gaat. Sinds 1 januari 2004 was dit een bedrag van € 350,56 op jaarbasis. Na emigratie geldt het dubbele bedrag ten aanzien van de pensioenaanspraak die vóór pensioeningang wordt afgekocht.

Bovengenoemd bedrag is herzien met het percentage waarmee de Consumentenprijsindex Alle Huishoudens (jaar 2000 = 100), zoals berekend door het Centraal Bureau voor de Statistiek, in oktober 2004 (112,2) afwijkt van die in oktober 2003 (110,7). Dit percentage is 1,36. De nieuwe afkoopgrens komt hiermee op € 355,33.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

A.J. de Geus

Naar boven