Wijziging Arbeidsomstandighedenregeling en wijziging en intrekking van een aantal andere regelingen

Regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 2 december 2004, Directie Arbozorg en Verzuimbeleid, nr. AIS/2004/80565, tot wijziging van de Arbeidsomstandighedenregeling in verband met de verlenging van een aantal vrijstellingen alsmede wijziging en intrekking van een aantal andere regelingen

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op de artikelen 24, eerste lid, en 30, eerste lid, van de Arbeidsomstandighedenwet 1998;

Besluit:

Artikel I

De Arbeidsomstandighedenregeling1 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 2.23 wordt ‘tot 1 januari 2005’ vervangen door: tot 1 januari 2006.

B

In artikel 2.24, eerste lid, wordt ‘tot 1 januari 2005’ vervangen door: tot 1 januari 2006.

Artikel II

De Aanwijzingsregeling toezichthoudende ambtenaren en ambtenaren met specifieke uitvoeringstaken op grond van de SZW wetgeving2 wordt als volgt gewijzigd:

A

De aanduiding ‘1.’ voor artikel 1.1 vervalt.

B

Artikel 1.2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste en tweede lid wordt ‘bedoeld in artikel 1.1, eerste lid’ telkens vervangen door: bedoeld in artikel 1.1.

2. In het derde lid wordt ‘bedoeld in artikel 1.1, tweede lid’ vervangen door: bedoeld in artikel 1.1.

Artikel III

De volgende ministeriële regelingen worden ingetrokken:

1. de Subsidieregeling bevordering arbodeskundigheid3 ;

2. de Subsidieregeling arbeidsomstandigheden4 ;

3. de regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 12 september 2000, kenmerk ARBO/ATB/2000/53996 houdende vaststelling van subsidieplafonds subsidieregelingen arbeidsomstandigheden, Stcrt. 181;

4. de regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 5 juni 2003, kenmerk Directie Arbozorg en Verzuimbeleid, nr. AVB/SBA/03 37283 houdende vaststelling van het subsidieplafond 2003 zoals bedoeld in de Subsidieregeling convenanten arbeidsomstandigheden, Stcrt. 107.

Artikel IV

De artikelen II en III van de regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 12 maart 2002, houdende vaststelling van subsidieplafonds subsidieregelingen arbeidsomstandigheden, Stcrt. 53 vervallen.

Artikel V

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 2 december 2004.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, H.A.L. van Hoof.

Toelichting

In paragraaf 2.5 van de Arbeidsomstandighedenregeling is in de artikelen 2.23 en 2.24 een aantal vrijstellingen geregeld. Op grond van artikel 2.23 zijn bedrijven en instellingen vrijgesteld van de verplichting om een arbodienst in te schakelen voor de ziekteverzuimbegeleiding indien uitsluitend wordt gewerkt met personen zonder arbeidsovereenkomst of publiekrechtelijke aanstelling (bijvoorbeeld vrijwilligers, onbetaalde stagiaires en uitzendkrachten) of wanneer uitsluitend wordt gewerkt met incidentele oproepkrachten. Op grond van artikel 2.24 zijn bedrijven en instellingen vrijgesteld van de verplichting om een arbodienst in te schakelen bij de toetsing van de risico-inventarisatie en -⁠evaluatie wanneer de werkgever in totaal voor ten hoogste 40 uren per week arbeid laat verrichten; bij die berekening wordt de tijdsduur van de arbeid van onder meer vrijwilligers buiten beschouwing gelaten, zodat vrijwilligersorganisaties met ten hoogste 40 uren per week betaalde arbeid ook een vrijstelling van deze toets genieten. Deze vrijstellingen gelden tot 1 januari 2005. Bij deze regeling wordt in artikel I, onderdelen A en B, de vrijstelling verlengd tot 1 januari 2006.

Bij het parlement is een wetsvoorstel ingediend waarbij de Arbeidsomstandighedenwet 1998 wordt gewijzigd in verband met een te wijzigen organisatie van de deskundige bijstand bij het arbeidsomstandighedenbeleid (Kamerstukken II 2004/2005, 29814). Hierbij is aangekondigd dat voornoemde vijstellingen zullen worden gecontinueerd. Zodra voornoemd wetsvoorstel is aangenomen en in werking is getreden, zullen door middel van een wijziging van het Arbeidsomstandighedenbesluit deze vrijstellingen een permanent karakter krijgen in de vorm van een definitieve uitzondering op de verplichting om in bedoelde situaties een arbodienst of een gecertificeerde deskundige in te schakelen. Op dat moment zullen voornoemde vrijstellingen uit de Arbeidsomstandighedenregeling worden geschrapt.

Voorts is van de gelegenheid gebruik gemaakt om in de Aanwijzingsregeling toezichthoudende ambtenaren en ambtenaren met specifieke uitvoeringstaken op grond van de SZW wetgeving enkele juridisch-technische onvolkomenheden te corrigeren (artikel II).

Tot slot is een aantal regelingen ingetrokken omdat deze zijn uitgewerkt of geen relevantie meer hebben (artikelen III en IV).

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

H.A.L. van Hoof

  • 1

    Stcrt. 1997, 63; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 6 juli 2004, Stcrt. 2004, 134.

  • 2

    Stcrt. 2000, 203; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 20 februari 2004, Stcrt. 38.

  • 3

    Stcrt. 1989, 161.

  • 4

    Stcrt. 1999, 215; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 12 maart 2002, Stcrt. 53.

Naar boven