Wijziging Regeling nationale vervoerbewijzen openbaar vervoer

Regeling tot wijziging van de Regeling nationale vervoerbewijzen openbaar vervoer in verband met de vervanging van diverse vervoerbewijzen, het aanpassen van de zone-indelingen en een wijziging van de tarieven

6 december 2004

Nr. HDJZ/S&W/2004-2726

Hoofddirectie Juridische Zaken

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op de artikelen 42, eerste lid, 43, eerste lid, onderdeel c, en tweede lid, en 46, vierde lid, van het Besluit personenvervoer 2000;

Besluit:

Artikel I

De Regeling nationale vervoerbewijzen openbaar vervoer¹ wordt als volgt gewijzigd:

A

Bijlage 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. Na onderdeel 1. Strippenkaarten worden aan de in kolom A van onderstaande tabel genoemde subonderdelen, de onderdelen in kolom B toegevoegd welke zijn opgenomen in bijlage 1 bij deze regeling.

A	B
a. 2 strippenkaart	aa. 2 strippenkaart
b. 3 strippenkaart	bb. 3 strippenkaart
c. 8 strippenkaart en landelijke en stedelijke dagkaart	cc. 8 strippenkaart en landelijke en stedelijke dagkaart
d. 15 strippenkaart 1. voltarief en 2. reductietarief	dd. 15 strippenkaart 1. voltarief en 2. reductietarief
e. 45 strippenkaart	ee. 45 strippenkaart

2. In onderdeel 1. Strippenkaarten wordt subonderdeel c. 8 strippenkaart en landelijke en stedelijke dagkaart vervangen door: subonderdeel c. 8 strippenkaart en landelijke en stedelijke dagkaart, opgenomen in bijlage 2 bij deze regeling.

3. Onderdeel 6. OV-studentenkaart wordt vervangen door: onderdeel 6. OV-studentenkaart, opgenomen in bijlage 3 bij deze regeling.

B

Bijlage 2 wordt vervangen door bijlage 4 bij deze regeling.

C

In bijlage 4 wordt blad Blad 25 West van 01-10-2001 vervangen door Blad 25 West van 12-12-2004, opgenomen in bijlage 5 bij deze regeling.

D

In bijlage 4 worden de in kolom A van onderstaande tabel genoemde bladen vervangen door de in kolom B genoemde bladen, welke laatstgenoemde bladen zijn opgenomen in bijlage 6 bij deze regeling.

A	B
16 West van 01-01-1998	16 West van 01-01-2005
16 Oost van 01-01-1998	16 Oost van 01-01-2005
21 West van 01-01-1998	21 West van 01-01-2005
21 Oost van 01-01-1998	21 Oost van 01-01-2005
22 West van 18-08-2002	22 West van 01-01-2005
22 Oost van 18-08-2002	22 Oost van 01-01-2005
27 West van 01-01-1998	27 West van 01-01-2005
27 Oost van 18-08-2002	27 Oost van 01-01-2005
28 West van 18-08-2002	28 West van 01-01-2005
30 Oost van 03-09-2002	30 Oost van 01-01-2005
31 West van 01-01-2002	31 West van 01-01-2005
33 Oost van 01-10-1998	33 Oost van 01-01-2005
34 West van 18-08-2002	34 West van 01-01-2005
43 West van 01-01-2001	43 West van 01-01-2005
40 West van 01-03-2003	40 West van 01-01-2005
45 Oost van 01-04-2004	45 Oost van 01-01-2005
46 West/Oost van 01-04-2004	46 West/Oost van 01-01-2005
69 West van 01-01-2004	69 West van 01-01-2005

Artikel II

Onverminderd artikel I, onderdeel B, subonderdeel 2, blijft tot 1 januari 2006 bijlage 1, onderdeel 1. Strippenkaarten, subonderdeel c. 8 strippenkaart en landelijke en stedelijke dagkaart bij de Regeling nationale vervoerbewijzen openbaar vervoer, zoals deze luidt voor 1 januari 2005, geldig.

Artikel III

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2005, met uitzondering van artikel I, onderdeel C, dat in werking treedt met ingang van 12 december 2004.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst met uitzondering van de bijlagen 5 en 6, die ter inzage worden gelegd bij het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.

De Minister van Verkeer en Waterstaat, K.M.H. Peijs.

Bijlage 1

1. Strippenkaarten

aa. 2 Strippenkaart

Voorzijde

Achterzijde

bb. 3 strippenkaart

Voorzijde

Achterzijde

cc. 8 strippenkaart

Voorzijde

Achterzijde

dd. 15 strippenkaart

1. voltarief

Voorzijde

Achterzijde

2. reductietarief

Voorzijde

Achterzijde

ee. 45 strippenkaart

Voorzijde

Achterzijde

Bijlage 2

c. 8 strippenkaart en landelijke en stedelijke dagkaart

Voorzijde

Achterzijde

Bijlage 3

6. OV-studentenkaart

Voorzijde

Achterzijde

Bijlage 4

Bijlage 2, behorende bij artikel 5, tweede lid, van de Regeling nationale vervoerbewijzen openbaar vervoer

Tarieven nationale vervoerbewijzen per 1 januari 2005:

1. Voor strippenkaarten is een tarief verschuldigd als opgenomen in onderstaande tabel:

Kaartsoort	Vol tarief	Reductietarief
a. 2 strippen	€ 1,60
b. 3 strippen	€ 2,40
c. 8 strippen	€ 6,40
d. 15 strippen	€ 6,50	€ 4,30
e. 45 strippen	€ 19,20

2. Het reductietarief genoemd onder 1 is geldig voor kinderen, ouderen, voor houders van een OV-studentenkaart tijdens de periode waarin reizen met reductie is toegestaan, alsmede voor het vervoer van fietsen en levende dieren als bedoeld in artikel 46, derde lid, van het Besluit personenvervoer 2000.

3. Voor de landelijke dagkaart is het tarief vastgesteld op € 12,80.

4. Voor de stedelijke dagkaart is het tarief vastgesteld op € 6,40.

5. Voor abonnementen met een geldigheidsduur van een week is een tarief verschuldigd als opgenomen in onderstaande tabel:

Kaartsoort	Vol tarief	Reductietarief
a. 1 ster	€ 10,30	€ 6,80
b. 2 ster	€ 17,70	€ 11,70
c. 3 ster	€ 26,40	€ 17,40
d. 4 ster		€ 22,85
e. 5 ster		€ 28,60
f. 6 ster		€ 34,30
g. netabonnement		€ 40,30

6. Voor abonnementen met een geldigheidsduur van een maand is een tarief verschuldigd als opgenomen in onderstaande tabel:

Kaartsoort	Vol tarief	Reductietarief
a. 1 ster	€ 34,10	€ 22,50
b. 2 ster	€ 57,85	€ 38,20
c. 3 ster	€ 86,00	€ 56,75
d. 4 ster	€ 114,45	€ 75,55
e. 5 ster	€ 142,60	€ 94,10
f. 6 ster	€ 170,85	€ 112,75
g. netabonnement	€ 202,65	€ 133,75

7. Voor abonnementen met een geldigheidsduur van een jaar bedraagt het verschuldigde tarief tien maal het tarief dat de reizigers verschuldigd is voor een abonnement met de geldigheidsduur van een maand.

8. Het reductietarief voor de abonnementen geldt voor kinderen, jeugdigen, ouderen alsmede voor fietsen en levende dieren als bedoeld in artikel 46, derde lid, van het Besluit personenvervoer 2000.

9. Voor combinatie-netabonnementen met een geldigheidsduur van een dag is het tarief vastgesteld op € 5,00.

10. Voor combinatie-abonnementen met een geldigheidsduur van een maand is een tarief verschuldigd als opgenomen in onderstaande tabel:

Maandkaart	Tarief
a. 1 ster	€ 25,00
b. 2 ster	€ 37,00
c. 3 ster	€ 50,00
d. netabonnement	€ 61,00

11. Voor combinatie-abonnementen met een geldigheidsduur van een jaar is een tarief verschuldigd als opgenomen in onderstaande tabel:

Jaarkaart	Tarief
a. 1 ster	€ 266,50
b. 2 ster	€ 399,50
c. 3 ster	€ 522,50

12. Voor combinatie-netabonnementen met een geldigheidsduur van een jaar is een tarief verschuldigd als opgenomen in onderstaande tabel:

Stad/streekdeel OV-jaarkaart	Tarief
a. 1 persoon	€ 480,50
b. 2 personen	€ 550,50
c. 3 personen	€ 574,00
d. 4 personen	€ 589,00
e. 5 personen	€ 600,50
f. 6 of meer personen	€ 612,00
g. bedrijven	€ 557,00

13. Voor de zomertoerpluskaart is een tarief verschuldigd als opgenomen in onderstaande tabel:

Zomertoer- pluskaart	Tarief
a. 1 persoon	€ 10,50
b. 2 personen	€ 16,00

14. Voor de OV-studentenkaart is een tarief verschuldigd van € 0,00.

15. Voor de zomerzwerfkaart is een tarief verschuldigd als opgenomen in onderstaande tabel:

Zomerzwerfkaart	Tarief
a. voltarief	€ 8,60
b. reductietarief	€ 5,70

16. Het reductietarief voor de zomerzwerfkaart geldt voor kinderen, ouderen alsmede voor fietsen en levende dieren als bedoeld in artikel 46, derde lid, van het Besluit personenvervoer 2000.

Toelichting

Deze wijziging van de Regeling nationale vervoerbewijzen openbaar vervoer ziet op een drietal aanpassingen. Deze aanpassingen worden hieronder nader toegelicht.

Artikel I, onderdeel A (aanpassen modellen vervoerbewijzen)

Er komt een nieuw model voor de strippenkaart als genoemd onder 1c, 8 strippenkaart en landelijke en stedelijke dagkaart in plaats van het huidige model. De lay-out van deze strippenkaart is gewijzigd zodat duidelijker zichtbaar is, waar er moet worden gestempeld wanneer deze als dagkaart wordt gebruikt.

Overigens blijft dit oude model nog wel geldig tot 12 maanden na de volgende tariefwijziging (artikel 14, tweede lid). Per 1 januari 2005 worden de tarieven van deze kaartsoort niet gewijzigd.

Er komen naast de bestaande strippenkaarten nieuwe modellen van alle strippenkaarten met daarop het logo van het 25-jarig bestaan van deze kaarten.

Artikel I, onderdeel B (verhoging tarieven)

Deze vernieuwde bijlage betreft een verhoging van de stads- en streekvervoertarieven met ingang van 1 januari 2005. Over de vaststelling van de nieuwe tarieven is overleg gevoerd met vertegenwoordigers van de decentrale overheden met bevoegdheden op het terrein van het openbaar vervoer, de vervoerbedrijven en de consumentenorganisaties.

De tariefstijging van de voltarief strippenkaart in de voorverkoop (ruim de helft van de omzet van nationale vervoerbewijzen) blijft beperkt tot 1,6%. De tarieven van de wagenverkoopstrippenkaarten, die in 2003 fors zijn gestegen, worden niet verhoogd. Het reductiepercentage van de reductietarieven voor ouderen, kinderen van 4 tot en met 11 jaar en jeugdigen van 12 tot en met 18 jaar (alleen voor abonnementen) ten opzichte van het voltarief blijft gehandhaafd op 34%. De tarieven voor de abonnementen worden ten opzichte van de strippenkaarten meer in prijs verhoogd. Per 1 januari 2004 zijn de tarieven gemiddeld met 4,87%% gestegen. De tarieven die vanaf 1 januari 2005 gaan gelden, stijgen gemiddeld met 2,6%. Dit is een relatief beperkte tariefstijging die is afgestemd op de kostenontwikkeling. Een tariefstijging van 2,6% is nodig om, gegeven de kostenontwikkeling en effecten van vraaguitval, het bestaande vervoerproduct in stand te kunnen houden.

Artikel 1, onderdelen C en D (zonewijzigingen)

De wijzigingen neergelegd in de onderdelen C en D, zien op een wijziging van de zone-indeling. De zone-indelingen zijn vastgelegd in bladen die onderdeel uitmaken van bijlage 4 van de regeling. De verzoeken tot wijziging van de zone-indeling voldoen aan de criteria zoals gesteld in de artikelen 10 en 11 van de regeling.

In onderdeel C, wordt de zonering op verzoek van het dagelijks bestuur van het Regionaal Orgaan Amsterdam gewijzigd. Zone 5723 wordt uitgebreid ten koste van zone 5713. Buslijn 164 rijdt sinds 23 mei 2004 komende uit zone 5713 een kort stukje met enkele haltes in zone 5723 en vervolgens weer met enkele haltes door zone 5713. Dit maakt het voor de reizigers erg onduidelijk. Door de aanpassing wordt deze onduidelijkheid opgeheven.

Op verzoek van gedeputeerde staten van de provincie Overijssel wordt een algehele zonewijziging doorgevoerd. Het betreft de bladen 16 West, 16 Oost, 21 West, 21 Oost, 22 West, 22 Oost, 27 West, 27 Oost, 28 West, 33 Oost en 34 West. In de huidige zonering verschillen de zones van elkaar in zowel de grootte als de vorm. Met de zonewijziging van de provincie Overijssel worden de zones onderling beter op elkaar afgestemd waarbij de zones onderling een logische samenhang vertonen naar grootte en ligging. In de gemeente Zwolle is daarbij sprake van een zogenaamde overlapzone. Dat betekent dat de zone waarin een reiziger zich bevindt afhankelijk is van de reisrichting.

De nieuwe zonering is een gezamenlijk initiatief van de provincie Overijssel, de Regio Twente en de gemeente Zwolle. Het voorstel is besproken in het Regionaal Overleg Consumentenbelangen en met de concessiehouders ConneXXion en Arriva.

De wijziging van de zonering in de provincie Overijssel heeft voor een klein deel betrekking op het grondgebied van de provincie Drenthe. De provincie Drenthe heeft aangegeven in te stemmen met de voorgestelde wijzigingen van de provincie Overijssel.

Op verzoek van gedeputeerde staten van de provincie Zeeland wordt blad 43 West van 01-01-2001 vervangen door blad 43 West van 01-01-2005. De reden hiervoor is dat een klein gebied ten noorden van zone 7449 niet is gezoneerd. Door dit gebied rijdt inmiddels openbaar vervoer en daarom wordt dit gebied opgenomen in zone 7439.

Op verzoek van het dagelijks bestuur van Haaglanden wordt blad 30 Oost van 03-09-2001 vervangen door blad 30 Oost van 01-01-2005. Deze wijziging betreft twee kleine aanpassingen bij het Prins Clausplein en tussen Rijswijk en Delft waar onduidelijkheid bestond over de plaats waar de zonegrenzen liepen. Deze wijzigingen heeft geen financiële gevolgen voor de reizigers.

Op verzoek van gedeputeerde staten van de provincie Utrecht wordt blad 31 West van 01-01-2002 vervangen door blad 31 West van 01-01-2005. Het betreft een wijziging van de zonegrenzen tussen de zones 5150 en 5191 die niet juist op de kaart stonden aangegeven. Deze wijziging heeft geen financiële gevolgen voor de reizigers.

Op verzoek van het dagelijks bestuur van het Bestuur Regio Utrecht wordt blad 31 Oost van 01-06-2003 vervangen door blad 31 Oost van 01-01-2005.

Het gaat om een kleine wijziging tussen de zones 5915 en 5910 waar een aansluiting tussen beide zones wordt aangebracht die op de kaart niet zichtbaar was. Deze wijziging heeft geen financiële gevolgen voor de reizigers.

Op verzoek van gedeputeerde staten van Limburg wordt blad 69 West van 01-01-2004 wordt vervangen door blad 69 West van 01-01-2005. Door de nieuwe zonering per 1 januari 2004 was een onbedoelde onrechtvaardigheid ontstaan. De nieuwe oostelijke en westelijke zones worden in het zuiden wel en in het noorden niet gescheiden door de nieuwe centrumzone. Daardoor zijn reizigers met een abonnement uit het noorden goedkoper uit met een reis naar de westelijke zone van Maastricht dan reizigers vanuit het zuiden. De correctie van de zonering heft deze onrechtvaardigheid op.

De reden voor de vervanging van de bladen 40 West en 45 Oost is dat buslijn 99 van Nijmegen naar Grave een klein stukje door zone 6124 rijdt. Dat is niet de bedoeling van de verantwoordelijke decentrale overheid. Daarom wordt een klein deel van zone 6124 toegevoegd aan zone 6015.

De zonegrens tussen de zones 6119 en 6120 loopt dwars door de nieuwbouwwijk Woonpark-Oosterhout. Om dit te voorkomen wordt de zonegrens naar het westen opgeschoven.

De reden voor de vervanging van blad 46 West/Oost is dat zone 6015 erg groot is geworden met een oppervlakte van 35 km². Het is daarom redelijk om zone 6015 te splitsen. Het noordelijke deel van deze zone houdt nummer 6015. Het zuidelijke deel krijgt nummer 6014.

Het Overlegorgaan Personenvervoer heeft met de regeling ingestemd.

In het slotformulier van de regeling is bepaald dat de bijlagen 5 en 6 bij de regeling bekend worden gemaakt door terinzagelegging. Deze terinzagelegging vindt plaats in de bibliotheek van de Hoofddirectie Juridische Zaken van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, thans gevestigd aan de Koningskade 4 te Den Haag.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

K.M.H. Peijs

• 1 Stcrt. 2000, 245; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 14 juli 2004 (Stcrt. 139).