Intrekking Tijdelijke regeling verordening (EG) nr. 782/2003

1 december 2004

Nr. HDJZ/SCH/2004-2722

Hoofddirectie Juridische Zaken

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op verordening (EG) nr. 782/2003 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 14 april 2003, houdende een verbod op organische tinverbindingen op schepen (PbEU L 115);

Besluit:

Artikel I

De Tijdelijke regeling verordening (EG) nr. 782/2003 wordt ingetrokken.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking op het tijdstip waarop het Besluit aangroeiwerende verfsystemen zeeschepen in werking treedt.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Verkeer en Waterstaat, K.M.H. Peijs.

Toelichting

De Tijdelijke regeling verordening (EG) nr. 782/2003 die met deze regeling wordt ingetrokken, strekt ter (gedeeltelijke) uitvoering in Nederland van verordening (EG) nr. 782/2003 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 14 april 2003, houdende een verbod op organische tinverbindingen op schepen (PbEU L 115). In die regeling wordt de bevoegde autoriteit aangewezen om ter uitvoering van de verordening schepen te keuren en certificaten af te geven. Vanwege mogelijke controles van deze certificaten aan boord van Nederlandse schepen in de havens van de Europese Unie, was het wenselijk om deze tijdelijke voorziening te treffen. Inmiddels is de in de toelichting bij de tijdelijke regeling reeds aangekondigde nieuwe algemene maatregel van bestuur onder de Wet voorkoming verontreiniging door schepen (Wvvs) totstandgekomen, het Besluit aangroeiwerende verfsystemen zeeschepen. Op grond van dat besluit wordt in de systematiek van de Wvvs voorzien in de voor de uitvoering van de verordening noodzakelijke bepalingen inzake de bevoegde instantie voor de keuring en afgifte van certificaten (dezelfde als in de tijdelijke regeling), sanctionering en rechtsbescherming. Zodra het Besluit aangroeiwerende verfsystemen zeeschepen in werking treedt, bestaat aan de tijdelijke regeling geen behoefte meer; ze zal daarom op het tijdstip van inwerkingtreding van dat besluit worden ingetrokken. De geldigheid van de onder de tijdelijke regeling afgegeven certificaten wordt door deze intrekking niet aangetast en op de geldigheidsduur blijven de bepalingen van de verordening van toepassing.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

K.M.H. Peijs