De ledenvergadering van de Nederlandse Loodsencorporatie;
Gelet op de artikelen 15 en 27 van de Loodsenwet;
Besluit:
De Financiële verordening Loodswezen wordt gewijzigd als volgt:
Artikel I
In artikel 7 worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1. Het tweede lid vervalt en het derde, vierde, vijfde en zesde lid worden
vernummerd tot tweede, derde, vierde en vijfde lid, waarbij het nieuwe tweede
lid komt te luiden:
`2. De vergoeding wordt toegekend aan de registerloodsen die vóór
1 april 2004 in het register zijn ingeschreven met ingang van de datum van
doorhaling in het register krachtens de Inschrijvingsverordening registerloodsen
en wordt beëindigd per de eerste van de maand volgend op die waarin de
betreffende registerloods de leeftijd van vijfenzestig jaar heeft bereikt.
Op de vergoeding wordt in mindering gebracht de uitkering die aan betrokkene
is toegekend krachtens de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet en/of de Wet
Arbeidsongeschiktheidsverzekering Zelfstandigen en het tijdelijk ouderdomspensioen
als bedoeld in artikel 27a van het Pensioenreglement 2004 van de Stichting
Beroepspensioenfonds Loodsen, alsmede in het laatste geval tevens het bedrag
gelijk aan de pensioenpremie die degenen, aan wie vóór 1 april
2004 de vergoeding is toegekend, verschuldigd zijn aan de Stichting Beroepspensioenfonds
Loodsen.'
2. In het nieuwe vijfde lid vervalt de verwijzing naar het derde lid in
de eerste regel en wordt `in de strekking van het vijfde of dit lid' vervangen
door `in de strekking van het vierde of dit lid'.
Artikel II
Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 april 2004 en wordt
geplaatst in de Staatscourant.
Aldus vastgesteld door de ledenvergadering van de Nederlandse Loodsencorporatie
op 30 maart 2004 te Rotterdam.
Toelichting
Met het vervallen van het tweede lid wordt de ongelijkheid in de positie
van de registerloodsen die na 1 januari 1996 in het register zijn ingeschreven
ongedaan gemaakt, omdat dit onderscheid leidt tot ongelijke behandeling.
Het (nieuwe) tweede lid bepaalt dat registerloodsen die vanaf 1 april
2004 worden ingeschreven geen aanspraken meer hebben op de vergoeding uit
hoofde van functioneel leeftijdspensioen, omdat het nieuwe pensioenreglement
van de Stichting Beroepspensioenfonds Loodsen (BPL) vanaf 1 april 2004 gaat
voorzien in de integratie van deze vergoeding in de pensioenregeling, zodat
hiervoor een systeem van kapitaaldekking gaat gelden, waarvoor betrokkenen
ook een overeenkomstige premie gaan betalen. Daarnaast zullen de registerloodsen
die voor 1 april 2004 in het register zijn ingeschreven eveneens mee gaan
doen aan deze nieuwe systematiek. Voor zover voor hen een tijdelijk ouderdomspensioen
is vastgesteld dat, ook voor de huidige rechten op functioneel leeftijdspensioen,
in die nieuwe systematiek kapitaal gedekt is, zal dit tijdelijk pensioen in
mindering worden gebracht op de vergoeding voor het functioneel leeftijdspensioen.
Tevens zal in dat geval de pensioenpremie in mindering worden gebracht,
die degenen die vóór 1 april 2004 met FLP zijn gegaan, verschuldigd
zijn aan de Stichting Beroepspensioenfonds Loodsen gedurende hun FLP. Dit
laatste is noodzakelijk, omdat deze pensioenpremie is opgenomen in de bruto
FLP-vergoeding.