Besluit vaststelling percentage duurzame elektriciteit
Besluit tot vaststelling van het percentage duurzame elektriciteit van de totale hoeveelheid elektriciteit die wordt opgewekt door middel van niet-zuivere biomassa in een afvalverbrandingsinstallatie
17 november 2004
Nr. E/EP/DE/4071501
De Minister van Economische Zaken,
Gelet op artikel 14, tweede lid, van de Regeling garanties van oorsprong voor duurzame elektriciteit;
Overwegende dat het percentage duurzame elektriciteit van de totale hoeveelheid elektriciteit die wordt opgewekt door middel van niet-zuivere biomassa in een afvalverbrandingsinstallatie jaarlijks ten behoeve van het daaropvolgende kalenderjaar voor 1 december dient te worden vastgesteld;
Besluit:
Artikel 1
Het percentage, bedoeld in artikel 14, tweede lid, van de Regeling garanties van oorsprong voor duurzame elektriciteit, bedraagt in kalenderjaar 2005 47 procent.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks is betrokken binnen 6 weken na de dag van verzending van dit besluit een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Minister van Economische Zaken, Directie Wetgeving en Juridische Zaken, Postbus 20101, 2500 EC Den Haag. Dit besluit is verzonden op de in de aanhef van deze brief vermelde datum.
Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst en afschrift daarvan wordt gezonden aan de garantiebeheerinstantie.
Den Haag, 17 november 2004.
De Minister van Economische Zaken
w.g.
C.E.G. van Gennip.
Toelichting
Op basis van artikel 14, tweede lid, van de Regeling garanties van oorsprong voor duurzame elektriciteit dient de Minister van Economische Zaken jaarlijks uiterlijk op 1 december ten behoeve van het daaropvolgende kalenderjaar een percentage vast te stellen, dat uitdrukt welk gedeelte van de totale hoeveelheid elektriciteit die wordt opgewekt door middel van niet-zuivere biomassa in een afvalverbrandingsinstallatie, duurzame elektriciteit is. Dit is van belang indien duurzame elektriciteit wordt opgewekt door middel van niet-zuivere biomassa in een afvalverbrandingsinstallatie. De garantiebeheerinstantie gaat uit van dit percentage om de hoeveelheid duurzame elektriciteit vast te stellen, waarvoor garanties van oorsprong worden afgegeven.
Het bepalen van het aandeel duurzame energie bij een afvalverbrandingsinstallatie is lastig vanwege de inhomogeniteit van de brandstof. Omdat er wel al jarenlang onderzoek wordt gedaan naar de samenstelling van het Nederlands afval is er voor gekozen om met behulp van deze gegevens het duurzame percentage van de bij de afvalverbrandingsinstallaties (AVI’s) verbrande afvalstromen te bepalen. Deze methode wordt al jaren toegepast bij de monitoring van duurzame energie uit AVI’s en is onderdeel van het monitoringsprotocol duurzame energie. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door het Afval Overleg Orgaan in samenwerking met SenterNovem. Voor het kalenderjaar 2005 wordt het percentage op 47 procent vastgesteld.