Regeling Aanpassing veterinaire invoerregelgeving aan Verordening (EG) nr. 745/2004

Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 19 november 2004, nr. TRCJZ/2004/5575, Directie Juridische Zaken, houdende aanpassing van de veterinaire invoerregelgeving aan Verordening (EG), nr. 745/2004

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op Verordening (EG) nr. 745/2004 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 16 april 2004 tot vaststelling van maatregelen betreffende de invoer van producten van dierlijke oorsprong voor persoonlijke consumptie (PbEU L 122);

Gelet op artikel 12 van de Veewet, de artikelen 2 en 3, eerste lid, van de Vogelziektenwet, artikel 2 van de Wet tot wering van besmettelijke ziekten bij knaagdieren, de artikelen 19 en 26 van de Landbouwwet en de artikelen 10 en 11 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren;

Besluit:

Artikel I

De Regeling keuring en handel dierlijke producten1 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1.1, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. Na de begripsbepaling van verordening 136/2004/EG wordt een begripsbepaling ingevoegd, luidende:

verordening 745/2004/EG: verordening (EG) nr. 745/2004 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 16 april 2004 tot vaststelling van maatregelen betreffende de invoer van producten van dierlijke oorsprong voor persoonlijke consumptie (PbEU L 122);

2. Aan het slot van de begripsbepaling van producten wordt toegevoegd:

– producten als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van verordening 745/2004/EG, voor zover door reizigers in de Europese Gemeenschap binnengebracht of aan particulieren in de Europese Gemeenschap toegezonden;

3. Aan het slot van de begripsbepaling van overige dierlijke producten wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

e. producten als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van verordening 745/2004/EG, voor zover door reizigers in de Europese Gemeenschap binnengebracht of aan particulieren in de Europese Gemeenschap toegezonden;

B

In artikel 2.14, tweede lid, wordt na de woorden ‘een Gemeenschappelijk veterinair document van binnenkomst’ ingevoegd: is.

C

Aan artikel 2.16 worden twee leden toegevoegd, luidende:

4. Het verbod, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, geldt niet ter zake van het brengen in Nederland door reizigers of als zending aan particulieren van:

a. producten als bedoeld in artikel 1, eerste juncto vierde lid, van verordening 745/2004/EG, en

b. producten als bedoeld in artikel 2 van verordening 745/2004/EG, mits wordt voldaan aan de voorwaarden, genoemd in dat artikel.

5. Het verbod, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, geldt voorts niet terzake van het brengen in Nederland door reizigers of als zending aan particulieren van producten als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van verordening 745/2004/EG, niet zijnde producten als bedoeld in artikel 1, vierde lid, onderscheidenlijk artikel 2 van verordening 745/2004/EG, mits wordt voldaan aan artikel 2.22a.

D

In artikel 2.17a, derde lid, onderdeel a, wordt het woord ‘voldoen’ vervangen door: voldoet.

E

In paragraaf 2 van afdeling 4 van hoofdstuk 2 wordt na artikel 2.22 een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 2.22a

1. Producten als bedoeld in artikel 2.16, vijfde lid:

a. worden binnengebracht via een inspectiepost of een plaats als bedoeld in artikel 11 of 17 van de Douaneregeling;

b. voldoen aan de voorschriften voor de invoer, bedoeld in artikel 1, tweede lid, van verordening 745/2004/EG;

c. worden onderworpen aan veterinaire controles overeenkomstig verordening 136/2004/EG, met uitzondering van artikel 8, eerste lid, van die verordening.

2. In afwijking van het eerste lid, onderdeel b, moeten producten als bedoeld in het eerste lid, zolang de Commissie van de Europese Gemeenschappen uit hoofde van artikel 12 van verordening 745/2004 nog geen uitvoering heeft gegeven aan de voorschriften voor de invoer, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b:

a. afkomstig zijn uit een derde land waaruit het binnenbrengen in de Europese Gemeenschap van dezelfde soort producten is toegestaan ingevolge de voor die producten geldende communautaire regelgeving, vermeld in bijlage V bij Richtlijn nr. 2002/99/EG van de Raad van de Europese Unie van 16 december 2002 houdende vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor de productie, de verwerking, de distributie en het binnenbrengen van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong (PbEU L 18), en

b. vergezeld gaan van het certificaat of document dat voor dezelfde soort producten is voorgeschreven ingevolge de in onderdeel a bedoelde communautaire regelgeving.

F

Artikel 2.24 wordt als volgt gewijzigd:

1. Na het derde lid wordt, onder vernummering van het vierde en vijfde lid tot vijfde en zesde lid, een lid ingevoegd, luidende:

4. In afwijking van het tweede, onderscheidenlijk derde lid besluit de minister, indien wordt vastgesteld dat een product als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van verordening 745/2004/EG, voor zover door reizigers in de Europese Gemeenschap binnengebracht of aan particulieren in de Europese Gemeenschap toegezonden, niet zijnde een product als bedoeld in de artikelen 1, vierde lid, en 2 van voornoemde verordening, in strijd met verordening 745/2004/EG dan wel met deze regeling in Nederland is gebracht, dat het product, zonder vergoeding van Staatswege, wordt vernietigd overeenkomstig artikel 17, tweede lid, onderdeel b, van richtlijn 97/78/EG.

2. In het vernummerde vijfde lid worden de woorden ‘als bedoeld in het tweede en derde lid’ vervangen door ‘als bedoeld in het tweede, derde, onderscheidenlijk vierde lid’.

3. In het vernummerde zesde lid worden de woorden ‘de in het tweede, derde en vierde lid bedoelde maatregelen’ vervangen door: de in het tweede, derde en vijfde lid bedoelde maatregelen.

4. Aan het slot wordt een lid toegevoegd, luidende:

7. De kosten die in verband met de in het vierde lid bedoelde maatregelen worden gemaakt, komen ten laste van de Staat.

G

Aan artikel 2.28 wordt een lid toegevoegd, luidende:

5. Dit artikel is niet van toepassing op producten als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van verordening 745/2004/EG, voor zover door reizigers in de Europese Gemeenschap binnengebracht of aan particulieren in de Europese Gemeenschap toegezonden, niet zijnde producten als bedoeld in de artikelen 1, vierde lid, en 2 van voornoemde verordening.

Artikel II

De Regeling in- en doorvoer vlees 19792 wordt als volgt gewijzigd:

A

In de artikelen 4b, aanhef, en 4c, aanhef, wordt na de woorden ‘mits is voldaan aan’ telkens ingevoegd: verordening 136/2004/EG en.

B

In artikel 7j, derde lid, wordt na de woorden ‘met dien verstande’ ingevoegd: dat.

C

Artikel 9a wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan het slot van onderdeel a wordt ‘, en’ vervangen door het leesteken ‘puntkomma’.

2. Aan het slot van onderdeel b wordt het leesteken ‘punt’ vervangen door het leesteken ‘puntkomma’.

3. Een onderdeel wordt toegevoegd, luidende:

c. vlees als bedoeld in artikel 1 van verordening (EG) nr. 745/2004 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 16 april 2004 tot vaststelling van maatregelen betreffende de invoer van producten van dierlijke oorsprong voor persoonlijke consumptie (PbEU L 122), voor zover door reizigers in de Europese Gemeenschap binnengebracht of aan particulieren in de Europese Gemeenschap toegezonden.

Artikel III

Artikel 2, eerste lid, van de Regeling in- en doorvoer vleesproducten 19853 komt te luiden:

1. Deze regeling is niet van toepassing op:

a. vleesproducten als bedoeld in artikel 1 van verordening (EG) nr. 745/2004 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 16 april 2004 tot vaststelling van maatregelen betreffende de invoer van producten van dierlijke oorsprong voor persoonlijke consumptie (PbEU L 122), voor zover door reizigers in de Europese Gemeenschap binnengebracht of aan particulieren in de Europese Gemeenschap toegezonden, en

b. producten als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van richtlijn 97/78/EG, met dien verstande dat onder commerciële monsters als bedoeld in artikel 16, eerste lid, onderdeel a, van richtlijn 97/78/EG wordt verstaan handelsmonsters als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Regeling keuring en handel dierlijke producten, en, mits met inachtneming van artikel 8 van verordening 136/2004/EG, wordt voldaan aan artikel 16, eerste lid, van richtlijn 97/78/EG.

Artikel IV

In paragraaf 2 wordt vóór artikel 2 van de Regeling in- en doorvoer pluimveeproducten 19934 een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 1a

Deze regeling is niet van toepassing op vleesproducten als bedoeld in artikel 1 van verordening (EG) nr. 745/2004 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 16 april 2004 tot vaststelling van maatregelen betreffende de invoer van producten van dierlijke oorsprong voor persoonlijke consumptie (PbEU L 122), voor zover door reizigers in de Europese Gemeenschap binnengebracht of aan particulieren in de Europese Gemeenschap toegezonden.

Artikel V

Artikel 5a van de Regeling invoer konijne- en hazevlees 19935 wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan het slot van onderdeel a wordt ‘, en’ vervangen door het leesteken ‘puntkomma’.

2. Aan het slot van onderdeel b wordt het leesteken ‘punt’ vervangen door het leesteken ‘puntkomma’.

3. Een onderdeel wordt toegevoegd, luidende:

c. vlees als bedoeld in artikel 1 van verordening (EG) nr. 745/2004 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 16 april 2004 tot vaststelling van maatregelen betreffende de invoer van producten van dierlijke oorsprong voor persoonlijke consumptie (PbEU L 122), voor zover door reizigers in de Europese Gemeenschap binnengebracht of aan particulieren in de Europese Gemeenschap toegezonden.

Artikel VI

Artikel 36a van de Regeling keuring en handelsverkeer konijne- en hazevlees 19936 wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan het slot van onderdeel a wordt ‘, en’ vervangen door het leesteken ‘puntkomma’.

2. Aan het slot van onderdeel b wordt het leesteken ‘punt’ vervangen door het leesteken ‘puntkomma’.

3. Een onderdeel wordt toegevoegd, luidende:

c. vlees als bedoeld in artikel 1 van verordening (EG) nr. 745/2004 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 16 april 2004 tot vaststelling van maatregelen betreffende de invoer van producten van dierlijke oorsprong voor persoonlijke consumptie (PbEU L 122), voor zover door reizigers in de Europese Gemeenschap binnengebracht of aan particulieren in de Europese Gemeenschap toegezonden.

Artikel VII

De Regeling handel levende dieren en levende producten7 wordt als volgt gewijzigd:

A

In de artikelen 2.35a, derde lid, onderdeel a, en 2.44a, derde lid, onderdeel a, wordt het woord ‘voldoen’ telkens vervangen door: voldoet.

B

Aan het slot van artikel 2.44, tweede lid, wordt het leesteken ‘punt’ toegevoegd.

C

Artikel 2.61a wordt vernummerd tot artikel 2.60a en achter artikel 2.60 ingevoegd.

Artikel VIII

De Regeling aquicultuur8 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 31a, derde lid, onderdeel a, wordt het woord ‘voldoen’ vervangen door: voldoet.

B

In artikel 46a, zoals ingevoegd bij ministeriële regeling van 28 september 2004, nr. TRCJZ/2004/5098, houdende aanpassing van de veterinaire regelgeving aan verordeningen (EG) nr. 136/2004 en (EG) nr. 282/20049 , wordt in het derde lid, onderdeel a, het woord ‘voldoen’ vervangen door: voldoet.

C

Artikel 46a, zoals ingevoegd bij ministeriële regeling van 28 oktober 1993, nr. 9316187 JBZ10 , wordt vernummerd tot artikel 46b.

D

In artikel 47 wordt ‘artikel 46a’ vervangen door: artikel 46b.

E

In artikel 52a wordt de zinsnede ‘De artikelen 46, 46a, 47 en 48’ vervangen door: De artikelen 46, 46a, 46b, 47 en 48.

Artikel IX

De Tijdelijke regeling invoer producten van dierlijke oorsprong voor persoonlijke consumptie11 wordt ingetrokken.

Artikel X

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.P. Veerman.

Toelichting

De onderhavige regeling strekt tot uitvoering van verordening (EG) nr. 745/2004 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 16 april 2004 tot vaststelling van maatregelen betreffende de invoer van producten van dierlijke oorsprong voor persoonlijke consumptie (PbEU L 122, hierna verordening 745/2004). Deze verordening vervangt beschikking 2002/995/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 9 december 2002 houdende vaststelling van voorlopige vrijwaringsmaatregelen met betrekking tot de invoer van producten van dierlijke oorsprong voor menselijke consumptie (PbEG L 353, hierna beschikking 2002/995/EG). Met die beschikking is, vooruitlopend op een permanente communautaire voorziening, een voorlopig communautair regime ingesteld dat is gericht op het voorkomen van de mogelijke insleep van besmettelijke dierziekten via dierlijke producten die door reizigers vanuit derde landen op het grondgebied van de Europese Unie worden gebracht. Dat regime voorzag in de onverkorte toepassing van de in de communautaire regelgeving opgenomen veterinaire controles op vlees, vleesproducten, melk en melkproducten die door reizigers zijn meegenomen vanuit het land waar zij vandaan komen. Indien bij die veterinaire controles in de daartoe aangewezen plaatsen van binnenkomst dergelijke producten in reizigersbagage werden aangetroffen, moest de bezitter daarvan afstand doen, tenzij deze producten voldeden aan de in de communautaire regelgeving opgenomen veterinaire invoervoorschriften, zoals vergezeld gaan van de voorgeschreven veterinaire certificaten. Daarna volgde vernietiging van de producten door de veterinaire autoriteiten op de daartoe geëigende wijze. Het regime gold niet voor een aantal specifiek aangeduide melkproducten en evenmin voor dierlijke producten die, mits in beperkte hoeveelheid, door reizigers waren meegebracht uit een aantal met name genoemde derde landen. Genoemde beschikking is geïmplementeerd met de Tijdelijke regeling invoer producten van dierlijke oorsprong voor persoonlijke consumptie, waarbij de vrijstellingen die in de bestaande veterinaire invoerregelgeving voor dierlijke producten bestemd voor persoonlijke consumptie waren opgenomen, zijn beperkt tot de vrijstellingen die nog uit hoofde van beschikking 2002/995/EG zijn toegestaan.

Verordening 745/2004 voorziet in de permanente communautaire voorziening voor dierlijke producten die voor persoonlijke consumptie vanuit derde landen op het grondgebied van de Europese Unie worden gebracht. Deze verordening heeft slechts betrekking op dierlijke producten die voor menselijke consumptie zijn bestemd. Ten aanzien van dierlijke producten die niet voor menselijke consumptie zijn bestemd, voorziet Verordening (EG) nr. 1774/2002 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 3 oktober 2002 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten (PbEU L 273) in de voorschriften voor invoer vanuit derde landen. Aan laatstgenoemde verordening is uitvoering gegeven door de Uitvoeringsregeling E.G.-verordening gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten (Stcrt. 2003, 171).

In tegenstelling tot de tijdelijke voorziening wordt de uitvoering die aan deze verordening wordt gegeven, niet in een afzonderlijke regeling opgenomen maar geplaatst in het stelsel van de reeds bestaande veterinaire invoervoorschriften zoals opgenomen in de Regeling keuring en handel dierlijke producten. De bovengenoemde tijdelijke regeling wordt met de onderhavige regeling ingetrokken (zie artikel IX).

Verordening 745/2004 verschilt op een aantal punten van beschikking 2002/995/EG. In de eerste plaats heeft de verordening niet alleen betrekking op dierlijke producten die door reizigers vanuit derde landen op het grondgebied van de Europese Gemeenschap worden gebracht, maar ook op dierlijke producten die vanuit derde landen naar particulieren in de Europese Gemeenschap worden toegezonden.

In de tweede plaats geeft de verordening een duidelijker opsomming van de dierlijke producten die onder haar regime vallen: vlees (met inbegrip van vleesbereidingen) en vleesproducten en melk en melkproducten zoals aangeduid in de punten 01 tot en met 04 van titel I, deel I.2, van de bijlage bij Beschikking 2002/349/EG van de Commissie van 26 april 2002 houdende vaststelling van de lijst van de krachtens Richtlijn 97/78/EG van de Raad in grensinspectieposten te controleren producten (PbEG L 121). Het gehele scala van aldus aangeduide producten valt overigens onder het begrip product zoals gedefinieerd in artikel 1.1 van de Regeling keuring en handel dierlijke producten.

In de derde plaats bepaalt verordening 745/2004 dat dierlijke producten in reizigersbagage of zendingen aan particulieren waarop genoemde verordening van toepassing is, vallen onder de voorschriften voor de invoer overeenkomstig Richtlijn nr. 2002/99/EG van de Raad van de Europese Unie van 16 december 2002 houdende vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor de productie, de verwerking, de distributie en het binnenbrengen van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong (PbEG L 18, hierna richtlijn 2002/99/EG). Deze voorschriften betreffen de inhoudelijke eisen die gesteld worden aan dierlijke producten die vanuit derde landen op het grondgebied van de Europese Unie worden gebracht. Dit betekent dat deze dierlijke producten in reizigersbagage of zendingen aan particulieren moeten voldoen aan dezelfde inhoudelijke eisen als dierlijke producten die langs reguliere weg worden ingevoerd. Dit is tot uitdrukking gebracht in artikel 2.22a, eerste lid, onderdeel b, van de Regeling keuring en handel dierlijke producten (zie artikel I, onderdeel E, van de onderhavige regeling). Daarbij is rekening gehouden met het feit dat ten tijde van de totstandkoming van de onderhavige regeling de implementatietermijn van richtlijn 2002/99/EG nog niet was verstreken en genoemde richtlijn dus nog niet was geïmplementeerd. In artikel 22a, tweede lid, van de Regeling keuring en handel dierlijke producten is bepaald dat, zolang richtlijn 2002/99/EG nog niet in de nationale regelgeving is geïmplementeerd, de betrokken producten afkomstig dienen te zijn uit een derde land waaruit de invoer van reguliere partijen is toegestaan, en vergezeld dienen te gaan van het hetzelfde certificaat of document dat reguliere partijen bij invoer dient te vergezellen (zie artikel I, onderdeel E, van onderhavige regeling).

Voorts is verordening 745/2004 stelliger in de benoeming van de maatregelen die getroffen moeten worden met betrekking tot dierlijke producten in reizigersbagage of zendingen aan particulieren die in strijd met de verordening op het grondgebied van de Europese Unie worden gebracht: deze moeten in beslag worden genomen en vernietigd. Hieraan is in artikel 2.24, vierde lid, van de Regeling keuring en handel dierlijke producten uitvoering gegeven (zie artikel I, onderdeel F, van de onderhavige regeling). Overigens spreekt het voor zich dat inbeslagname niet aan de orde is indien de betrokken dierlijke producten vrijwillig worden afgestaan.

Voor het overige ligt de strekking van verordening 745/2004 in dezelfde lijn als beschikking 2002/995/EG, evenals de wijze waarop daaraan uitvoering wordt gegeven. Ook ingevolge verordening 745/2000 moeten luchtvaartmaatschappijen en andere maatschappijen voor internationaal passagiersvervoer hun passagiers van de inhoud en strekking van deze verordening op de hoogte brengen en worden passagiers hier nogmaals op geattendeerd door middel van affiches op de plaatsen van ingang. Als plaatsen van ingang waar dierlijke producten in reizigersbagage of zendingen aan particulieren ter controle moeten worden aangeboden zijn ter uitvoering van verordening 745/2004 in artikel 2.22a, eerste lid, onderdeel a, van de Regeling keuring en handel dierlijke producten dezelfde grensposten aangewezen als in de Tijdelijke regeling invoer producten van dierlijke oorsprong voor persoonlijke consumptie, te weten de luchtvaartterreinen Den Helder (Den Helder Airport), Eelde Airport, Eindhoven Airport, Gilze-Rijen, Hilversum, Lelystad, Maastricht (Aachen-Airport), Midden-Zeeland, Rotterdam Airport, Schiphol, Seppe, Soesterberg, Teuge, Texel, Twente, Valkenburg en Woensdrecht alsmede de havens van Den Helder, Velsen-Noord, IJmuiden, Zaandam, Amsterdam, Breskens, Dordrecht, Delfzijl, Eemshaven, Lauwersoog, Oost-Vlieland, West-Terschelling, Harlingen, Oudeschild (Texel), Rotterdam, Moerdijk, Stellendam, Terneuzen, Veere-Roompotsluis en Vlissingen (zie artikel I, onderdeel E, van de onderhavige regeling).

Overigens zij erop gewezen dat de voorschriften ter uitvoering van verordening 745/2004 voor alle betrokken productcategorieën zijn ondergebracht in de Regeling keuring en handel dierlijke producten. De overige veterinaire in- en doorvoerregelingen zijn niet van toepassing verklaard op de dierlijke producten die onder het regime van verordening 745/2004 vallen (zie de artikelen II tot en met VI).

De onderhavige regeling en verordening 745/2000 hebben geen invloed op de administratieve lasten voor de burger. Zij hebben wel invloed op de administratieve lasten voor het bedrijfsleven. Dit betreft de voorlichting over de strekking van de verordening aan de reizigers. Deze voorlichting geschiedt in de eerste plaats op de bovenvermelde grensposten waar passagiers met hun bagage alsmede persoonlijke zendingen vanuit derde landen in Nederland binnenkomen. De administratieve lasten die voor de bedrijven die deze grensposten exploiteren, worden geschat op ca € 8000 op jaarbasis en houden verband met het ophangen van de informatieposters voor de reizigers en het periodiek controleren van deze posters.

Daarnaast verplicht de verordening de maatschappijen voor internationaal passagiersvervoer om hun reizigers die vanuit derde landen worden vervoerd, op de hoogte te brengen van de strekking van de verordening. De maatschappijen zijn evenwel vrij in de manier waarop zij dat doen (bv. door het verstrekken van folders of door informatie via beeldschermen, muurborden of anderszins), zodat zij kunnen kiezen voor die methoden die zoveel mogelijk aansluiten bij de reeds door hen gehanteerde systemen en die de minste administratieve lasten met zich brengen. Bij het toezicht op de naleving van deze informatieverplichting zal zoveel mogelijk worden aangesloten bij die systemen.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

C.P. Veerman

  • 1

    Stcrt. 1994, 113; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 28 september 2004, Stcrt. 189.

  • 2

    Stcrt. 1979, 4; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 28 september 2004, Stcrt. 189.

  • 3

    Stcrt. 1985, 53; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 28 september 2004, Stcrt. 189.

  • 4

    Stcrt. 1993, 55; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 28 september 2004, Stcrt. 189.

  • 5

    Stcrt. 1993, 125; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 13 december 1995, Stcrt. 246.

  • 6

    Stcrt. 1993, 125; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 28 september 2004, Stcrt. 189.

  • 7

    Stcrt. 1994, 250; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 28 september 2004, Stcrt. 189.

  • 8

    Stcrt. 1993, 7; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 28 september 2004, Stcrt. 189.

  • 9

    Stcrt. 189.

  • 10

    Stcrt. 1993, 208.

  • 11

    Stcrt. 2003, 211.

Naar boven