Wijziging Regeling permanente eisen

Wijziging van de Regeling permanente eisen in verband met het herstellen van een omissie

26 januari 2004

HDJZ/AWW/2003-2683

Hoofddirectie Juridische Zaken

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op de artikelen 5.3.27, negende lid, en 5.12.27, negende lid, van het Voertuigreglement;

Besluit:

Artikel I

De Regeling permanente eisen1 wordt gewijzigd als volgt:

Artikel 2.6.1, derde lid, komt te luiden:

3. De in het eerste lid, onder a, gevonden waarde wordt:

a. met 4% verminderd indien het betreft een aanhangwagen uitgerust met dubbel gemonteerde personenautobanden;

b. met 10% verminderd indien het betreft:

1°. een aanhangwagen die bestemd is voor recreatieve doeleinden;

2°. een middenasaanhangwagen of een oplegger met een toegestane maximum last onder de as of assen van niet meer dan 3.500 kg en uitgerust met enkelvoudig gemonteerde personenautobanden;

3°. een vuilniswagen;

4°. een reinigingswagen;

5°. een straatveegwagen;

6°. een sproeiwagen,

voorzover deze inrichtingsomschrijvingen zijn vermeld op het kentekenbewijs of in het kentekenregister;

c. met 15% verminderd indien het een bus betreft, ingericht mede om staande passagiers te vervoeren en met een toegestane maximum massa van meer dan 5.000 kg.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Verkeer en Waterstaat, K.M.H. Peijs.

Toelichting

Ten behoeve van de toelating tot de weg van bedrijfsauto’s en aanhangwagens schrijven de artikelen 3.3.23, eerste lid, en 3.7.23, eerste lid, van het Voertuigreglement voor dat deze voertuigen moeten zijn voorzien van banden die voldoen aan richtlijn nr. 92/23/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 31 maart 1992 betreffende banden voor motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan alsmede betreffende de montage ervan (PbEG L 129). In deze richtlijn worden in bijlage IV, onderdeel 3.7, een aantal speciale gevallen omschreven waarvoor het bandendraagvermogen met een bepaalde waarde mag worden verhoogd. Dat betekent dat bij de toelating tot de weg voor bepaalde aanhangwagens en stads- en streekbussen banden toegestaan zijn met een draagvermogen dat afwijkt van de vermelde loadindex op de band. In de Regeling permanente eisen die invulling geeft aan hoofdstuk 5 van het Voertuigreglement betreffende de permanente eisen die gelden voor voertuigen op de weg was geen rekening met deze speciale gevallen gehouden. Deze omissie is door middel van deze wijziging weggenomen.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

K.M.H. Peijs

  • 1

    Stcrt. 30-11-1994, nr. 231; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 7 mei 2003 (Stcrt. 89).

Naar boven