Wijziging Regeling communicatie en loodsaanvragen zeevaart

11 oktober 2004

Nr. HDJZ/SCH/2004-2304

Hoofddirectie Juridische Zaken

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op Richtlijn nr. 2002/59/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie betreffende de invoering van een communautair monitoring- en informatiesysteem voor de zeescheepvaart en tot intrekking van Richtlijn 93/75/EEG van de Raad (PbEG L 208), artikel 5, eerste, derde en vierde lid, van het Scheepvaartreglement territoriale zee, artikel 4, eerste lid, van het Vaststellingsbesluit Binnenvaartpolitiereglement, de artikelen 51, eerste en tweede lid, en 51a, eerste, derde en vierde lid, van het Scheepvaartreglement Westerschelde 1990, artikel 43a, eerste en derde lid, van het Scheepvaartreglement voor het Kanaal van Gent naar Terneuzen en artikel 12a, eerste lid, van de Wet voorkoming verontreiniging door schepen;

Besluit:

Artikel I

De Regeling communicatie en loodsaanvragen zeevaart1 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 komt te luiden:

Artikel 1

Van een schip als bedoeld in: de artikelen 5, eerste, derde of vierde lid, van het Scheepvaartreglement territoriale zee, 9.07 of 10.07, eerste lid, van het Binnenvaartpolitiereglement, 51, eerste lid, of 51a, eerste, derde of vierde lid, van het Scheepvaartreglement Westerschelde 1990, artikel 43a, eerste of derde lid, van het Scheepvaartreglement voor het Kanaal van Gent naar Terneuzen, worden de gegevens gemeld overeenkomstig de van deze regeling deel uitmakende bijlagen 1 en 2, in overeenstemming met de van deze regeling deel uitmakende bijlage 3.

B

Bijlage 1 wordt vervangen door de bijlage gevoegd bij deze regeling.

C

Bijlage 2 wordt gewijzigd als volgt:

1. Onder het kopje Aanloopgebied Brandaris wordt

alle beroepsmatige vaart

A-B-C-G-H-I1-12-O-P-Q-T1-T2-U-X1 t/m X5

havendienst Harlingen

tel: (+31517) 492300

fax: (+31517) 413423

(voorkeur voor fax)

bij vertrek uit laatst aangedane haven. Ten minste ETA

–24 uur

reeds krachtens bijlage 1 gemelde gegevens worden gemeld als daarom wordt verzocht

vervangen door:

alle beroepsmatige vaart

A-B-B2-C-G-H-I1-12-O-P-Q-T1-T2-U-W-X1 t/m X5

havendienst Harlingen

tel: (+31517) 492300

fax: (+31517) 413423

(voorkeur voor fax)

bij vertrek uit laatst aangedane haven. Ten minste ETA

–24 uur

reeds krachtens bijlage 1 gemelde gegevens worden gemeld als daarom wordt verzocht

2. Onder het kopje Aanloopgebied Den Helder wordt

alle schepen

A-B-C-G-H-I1-I2-J-O-P-Q-T-U-X1 t/m X5

verkeerscentrale Den Helder

tel: (+31223) 657147

fax: (+31223) 657341

(voorkeur voor fax)

bij vertrek uit laatst aangedane haven. Ten minste ETA

–24 uur

reeds krachtens bijlage 1 gemelde gegevens worden gemeld als daarom wordt verzocht

vervangen door:

alle schepen

A-B-B2-C-G-H-I1-I2-J-O-P-Q-T-U-W-

X1 t/m X5

verkeerscentrale Den Helder

tel: (+31223) 657147

fax: (+31223) 657341

(voorkeur voor fax)

bij vertrek uit laatst aangedane haven. Ten minste ETA

–24 uur

reeds krachtens bijlage 1 gemelde gegevens worden gemeld als daarom wordt verzocht

3. Onder het kopje Aanloopgebied IJmond wordt

a.

alle schepen, behalve vissersschepen en schepen kleiner dan 20 meter zonder lading, met bestemming Amsterdam-Zaanstad

A-B-C-G-H-I1-I2-J-O-P-Q-T-U-X1 t/m X5

gemeentelijk havenbedrijf Amsterdam, nautische sector, regio oost

tel: 020-6221515

fax: 020-5238700

telex: 15480

bij vertrek uit laatst aangedane haven. Ten minste ETA

–24 uur

idem

vervangen door:

alle schepen, behalve vissersschepen en schepen met een bruto-tonnage van minder dan 300, met bestemming Amsterdam-Zaanstad

A-B-B2-C-G-H-I1-I2-J-O-P-Q-T-U-W-

X1 t/m X5

gemeentelijk havenbedrijf Amsterdam, nautische sector, regio oost

tel: 020-6221515

fax: 020-5238700

telex: 15480

bij vertrek uit laatst aangedane haven. Ten minste ETA

–24 uur

idem

b.

alle schepen behalve vissersschepen en schepen kleiner dan 20 meter zonder lading, met bestemming Velsen en Beverwijk

A-B-C-G-H-I1-I2-J-O-P-Q-T-U-X1 t/m X5

gemeentelijk havenbedrijf Amsterdam, nautische sector, regio west

tel: 0255-514457

fax: 020-5238700

telex: 71169

bij vertrek uit laatst aangedane haven. Ten minste ETA

–24 uur

idem

vervangen door:

alle schepen behalve vissersschepen en schepen met een bruto-tonnage van minder dan 300 met bestemming Velsen en Beverwijk

A-B-B2-C-G-H-I1-I2-J-O-P-Q-T-U-W-

X1 t/m X5

gemeentelijk havenbedrijf Amsterdam, nautische sector, regio west

tel: 0255-514457

fax: 020-5238700

telex: 71169

bij vertrek uit laatst aangedane haven. Ten minste ETA

–24 uur

idem

4. Onder het kopje Aanloopgebied Scheveningen wordt

alle schepen met uitzondering van vissersschepen kleiner dan 50 meter en recreatievaart

A-D-G-I1-I2-O-Q-X1 t/m X5

verkeerscentrale Scheveningen

fax: (+3170) 3584154

VHF ch. 21

ETA –48 uur

ETA –1 uur

1. reeds krachtens bijlage 1 gemelde gegevens worden gemeld als daarom wordt verzocht

     

2. alle schepen luisteren in het aanloopgebied uit op VHF ch. 21.

     

3. alle schepen melden zich bij het verlaten van het aanloopgebied bij de verkeers-centrale Scheveningen op VHF ch. 21

vervangen door:

alle schepen met uitzondering van vissersschepen kleiner dan 50 meter en recreatievaart

A-B2-D-G-I1-I2-O-Q-W-X1 t/m X5

verkeerscentrale Scheveningen

fax: (+3170) 3584154

VHF ch. 21

ETA –48 uur

ETA –1 uur

1. reeds krachtens bijlage 1 gemelde gegevens worden gemeld als daarom wordt verzocht

     

2. alle schepen luisteren in het aanloopgebied uit op VHF ch. 21.

     

3. alle schepen melden zich bij het verlaten van het aanloopgebied bij de verkeerscentrale Scheveningen op VHF ch. 21

5. Onder het kopje Aanloopgebied Rotterdam wordt

alle schepen, behalve schepen kleiner dan 20 meter

A-B-C-H-I1-I2-J-O-P-Q-T1-T2-U-X1 t/m X5

havenmeester van Rotterdam

Electronic Data Interchange (EDI) op de door de havenmeester aan te geven wijze

ETA –24 uur Maas Centre

reeds krachtens bijlage 1 gemelde gegevens worden gemeld als daarom wordt verzocht

vervangen door:

alle schepen, behalve schepen met een bruto-tonnage van minder dan 300

A-B-B2-C-H-I1-I2-J-O-P-Q-T1-T2-U-W-X1 t/m X5

havenmeester van Rotterdam

Electronic Data Interchange (EDI) op de door de havenmeester aan te geven wijze

ETA –24 uur Maas Centre

reeds krachtens bijlage 1 gemelde gegevens worden gemeld als daarom wordt verzocht

6. Onder het kopje Aanloopgebied Scheldemonden wordt

alle schepen

A-B-C-G-H-I-J-L-O-P-Q-T1-T2-U-W-

X1 t/m X5

Zeeuwse Haven Informatiesysteem

Electronic Data Interchange (EDI) op de door de haven meester aan te geven wijze

bij vertrek uit laatst aangedane haven. Ten minste ETA

–24 uur

reeds krachtens bijlage 1 gemelde gegeven worden gemeld als daarom wordt verzocht

vervangen door:

alle schepen

A-B-B2-C-G-H-I1-I2-J-L-O-P-Q-T1-T2-U-W-X1 t/m X5

Zeeuwse Haven Informatiesysteem

Electronic Data Interchange (EDI) op de door de haven meester aan te geven wijze

bij vertrek uit laatst aangedane haven. Ten minste ETA

–24 uur

reeds krachtens bijlage 1 gemelde gegeven worden gemeld als daarom wordt verzocht

D

Bijlage 3 wordt gewijzigd als volgt:

1. In onderdeel (B) wordt na ‘UTC’ ingevoegd:

(6-cijfercode, waarvan de eerste twee cijfers de dag van de maand aangeven en de laatste vier cijfers het uur en de minuten).

2. Onderdeel (B1) komt te luiden:

(B1) de vermoedelijke tijd van afvaart uit de haven van vertrek of uit het loodsstation en de vermoedelijke tijd van aankomst in de haven van bestemming (6-cijfercode als in B);

3. Na onderdeel B1 wordt een onderdeel ingevoegd dat luidt:

(B2) de vermoedelijke tijd van aankomst in de haven van bestemming en de vermoedelijke tijd van afvaart uit die haven (6-cijfercode als in B);

4. Na onderdeel H wordt een onderdeel ingevoegd dat luidt:

(I) de vermoedelijke tijd van aankomst in de haven van bestemming of bij het loodsstation (6-cijfercode als in B);

5. Het eerste en tweede gedachtestreepje van onderdeel (P) en de tekst daarachter worden vervangen door:

– waaruit de lading bestaat en bij lading die bestaat uit schadelijke of gevaarlijke stoffen de correcte technische benamingen van de gevaarlijke of schadelijke stoffen, de identificatienummers van de Verenigde Naties (UN) waar deze bestaan, de IMO-risicoklassen overeenkomstig de IMDG-, IBC- en IGC-codes, en, in voorkomend geval, de klasse van het schip als omschreven in de INF-code, de hoeveelheden van dergelijke stoffen en de plaats waar zij zich aan boord bevinden, alsmede, indien zij worden vervoerd in voor vrachtvervoer bestemde transporteenheden, behalve tanks, de identificatienummers daarvan;

– bevestiging dat zich aan boord een lijst of een manifest of een passend ladingsplan bevindt dat gedetailleerde gegevens bevat over de vervoerde gevaarlijke of schadelijke stoffen en over de plaats waar deze zich aan boord bevinden;

6. In onderdeel (T1) wordt na ‘de agent’ ingevoegd: , kapitein of exploitant

E

Bijlage 4 komt te luiden:

Wie

Wat

Bij wie

Hoe

Wanneer

Opmerkingen

Schip dat op weg is naar:

     

Amsterdam

Formulier of format1

Centraal Nautisch Beheer

Plaatselijk aangegeven wijze

ETA –24 uur, of, indien de reis van de haven van vertrek tot de haven van bestemming minder dan 24 uur bedraagt , zo spoedig mogelijk2

 

Beverwijk

 

Centraal Nautisch Beheer

Plaatselijk aangegeven wijze

  

Breskens

 

Havenmeester

Plaatselijk aangegeven wijze

  

Bruinisse

 

Havenmeester

Plaatselijk aangewezen wijze

  

Colijnsplaat

 

Havenmeester

Plaatselijk aangewezen wijze

  

Delfzijl

 

Havenmeester

Elektronisch op de door de havenmeester aangewezen wijze

  

Den Helder

 

Verkeerscentrale Den Helder

Plaatselijk aangegeven wijze

  

Den Oever

 

Havenmeester

Plaatselijk aangewezen wijze

  

Dordrecht

 

Havenmeester Rotterdam

Electronic Data Interchange (EDI) op de door de havenmeester aangewezen wijze

  

Eemshaven

 

Havenmeester

Elektronisch op de door de havenmeester aangewezen wijze

  

Harlingen

 

Havenmeester

Plaatselijk aangewezen wijze

  

Lauwersoog

 

Havenmeester

Plaatselijk aangewezen wijze

  

Maassluis

 

Havenmeester Rotterdam

Electronic Data Interchange (EDI) op de door de havenmeester aangewezen wijze

  

Moerdijk

 

Havenmeester Rotterdam

Electronic Data Interchange (EDI) op de door de havenmeester aangewezen wijze

  

Oudeschild

 

Havenmeester

Plaatselijk aangewezen wijze

  

Rotterdam

 

Havenmeester Rotterdam

Electronic Data Interchange (EDI) op de door de havenmeester aangewezen wijze

  

Scheveningen

 

Havenmeester

Plaatselijk aangewezen wijze

  

Schiedam

 

Havenmeester Rotterdam

Electronic Data Interchange (EDI) op de door de havenmeester aangewezen wijze

  

Stellendam

 

Havenmeester

Plaatselijk aangewezen wijze

  

Terneuzen

 

Havenmeester

Plaatselijk aangewezen wijze

  

Urk

 

Havenmeester

Plaatselijk aangewezen wijze

  

Vlaardingen

 

Havenmeester Rotterdam

Electronic Data Interchange (EDI) op de door de havenmeester aangewezen wijze

  

Vlissingen

 

Havenmeester

Plaatselijk aangewezen wijze

  

Velsen/IJmuiden

 

Centraal Nautisch Beheer

Plaatselijk aangegeven wijze

  

Yerseke

 

Havenmeester

Plaatselijk aangegeven wijze

  

Zaanstad

 

Centraal Nautisch Beheer

Plaatselijk aangegeven wijze

  

Zierikzee

 

Havenmeester

Plaatselijk aangewezen wijze

  

1 Het onder de tabel gevoegde formulier dient overeenkomstig de daarin gegeven instructies te worden ingevuld en gemeld aan alle in de tabel genoemde havens. De havenbeheerder stelt een elektronisch format beschikbaar.

2 Deze termijn geldt voor alle in de tabel genoemde havens.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 29 oktober 2004.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Verkeer en Waterstaat, K.M.H. Peijs.

Bijlage als bedoeld in artikel I, onderdeel B

Bijlage 1 behorende bij de Regeling communicatie en loodsaanvragen zeevaart

Melding bepaalde gevaarlijke en schadelijke stoffen

De melding krachtens deze bijlage laat de melding krachtens bijlage 2 onverlet.

Wie

Wat

Bij wie

Hoe

Wanneer

Opmerkingen

vrachtschip, olie-, chemicaliën of gastanker of een passagiersschip, waarmee wordt vervoerd een gevaarlijke of schadelijke stof als bedoeld in artikel 3, onderdelen g en h, van richtlijn nr. 2002/59/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie betreffende de invoering van een communautair monitoring- en informatiesysteem voor de zeescheepvaart en

 

bij de instantie van de eerste haven, ankerplaats, laad/losinrichting of wachtplaats van bestemming

 

bij de afvaart uit de haven van bevrachting

is de bestemming bij de afvaart nog niet bekend of wordt deze tijdens de reis gewijzigd, dan dient aan de instantie van een haven, ankerplaats, laad/losinrichting of wachtplaats van bestemming in Nederland te worden gemeld zodra de bestemming bekend is

  

en

  
  

bij de bevoegde autoriteit van het aanloopgebied waarnaar het schip op weg is

 

uiterlijk bij het binnenvaren van de Nederlandse territoriale zee

  

of

  
  

bij de directeur Kustwacht indien de in de territoriale zee gelegen ankerplaats of laad/losinrichting niet in een aanloopgebied is gelegen

 

uiterlijk bij het binnenvaren van de Nederlandse territoriale zee

tot intrekking van Richtlijn 93/75/EEG van de Raad (PbEG L 208) en

     
      

dat op weg is naar

 

en

   

– een haven of binnengaats gelegen ankerplaats, laad/losinrichting of wachtplaats, of

– bevrachting buiten EU:

A-G-H-I-I1-I2-L-O-P-T1-U-W

bij de Rijkshavenmeester Westerschelde indien het schip anders dan via een aanloopge-

 

voor vertrek van een plaats gelegen in de Nederlandse territoriale zee

 

– een in de territoriale zee gelegen ankerplaats of laad/losinrichting

– bevrachting binnen EU:

A-B2-G-H-I1-I2-L-O-P-T1-U-W

bied op weg is naar het gebied waarop het Scheepvaartreglement Westerschelde 1990 van toepassing is

   
      

of

     

dat vertrekt

     

– uit een haven of binnengaats gelegen ankerplaats, laad/losinrichting of wachtplaats, of

A-B1-G-H-I1-I2-L-O-P-T1-U-W

bij de instantie van de haven, ankerplaats, laad/losinrichting, of wachtplaats van vertrek

 

voor de afvaart

 

– van een in de territoriale zee gelegen ankerplaats of laad/losinrichting

 

bij de bevoegde autoriteit van het desbetreffende aanloopgebied

 

voor vertrek van een plaats gelegen in de Nederlandse territoriale zee

 
  

of

   
  

bij de directeur Kustwacht indien de in de territoriale zee gelegen ankerplaats of laad/losinrichting niet in een aanloopgebied is gelegen

   
      

A. te:

     

Delfzijl/Eemshaven

idem

Havenmeester ‘Groningen Seaports’

tel: (+31596) 640400

fax:(+31596) 630424

  

Harlingen

idem

Havenmeester Harlingen

tel: (+31517) 492300

fax:(+31517) 413423

  

Den Helder

idem

verkeerscentrale Den Helder

tel: (+31223) 657522

fax:(+31223) 757341

 

Het betreft hier formeel een melding aan de havenmeester van de gemeente Den Helder. De melding dient echter aan de Rijkshavenmeester te worden gericht

Velsen met inbegrip van de Noordzeesluizen en de rijksoverlaadplaats voor ontploffings-gevaarlijke stoffen te Buitenhuizen

idem

gemeentelijk haven bedrijf Amsterdam afdeling gevaarlijke stoffen en milieu

fax: (+3120) 6266215

telex: 15480

  

Amsterdam, Beverwijk en Zaanstad

idem

idem

idem

  

Scheveningen

idem

verkeerscentrale Scheveningen

fax: (+3170) 3584154

  

Rotterdam

idem

havenmeester Rotterdam

Electronic Data Interchange (EDI) op de door de havenmeester aan te geven wijze

  

Dordrecht

idem

havenmeester Dordrecht en tevens bij de havenmeester van Rotterdam

tel: (+3178) 6134211

fax: (+3178) 6213141

en voor Rotterdam: zie Rotterdam

  

Moerdijk

idem

directie havenschap Moerdijk en tevens bij de havenmeester van Rotterdam

tel: (+31168) 412601

fax: (+31168) 412697

en voor Rotterdam: zie Rotterdam

  

Vlissingen, Terneuzen, DOW-en TOTAL steiger

idem

havenmeester ‘Zeeland Seaports’: Zeeuws Haven Informatie Systeem

Electronic Data Interchange (EDI) op de door de havenmeester aan te geven wijze

  

de Westerschelde of het Kanaal van Gent naar Terneuzen

idem

rijkshavenmeester Westerschelde: Zeeuws Haven Informatie Systeem

Electronic Data Interchange (EDI) op de door de havenmeester aan te geven wijze

  
      

B. in het aanloop-gebied:

     

IJmuiden

idem

gemeentelijk havenbedrijf Amsterdam, afdeling gevaarlijke stoffen en milieu

fax: (+3120) 6266215

telex: 15480

  

Scheveningen

idem

verkeerscentrale

fax: (+3170) 3584154

 

idem

Rotterdam

idem

havenmeester Rotterdam

Electronic Data Interchange (EDI) op de door de havenmeester aan te geven wijze

 

idem

Scheldemonden

idem

rijkshavenmeester Westerschelde: Zeeuws Haven Informatie Systeem

Electronic Data Interchange (EDI) op de door de havenmeester aan te geven wijze

 

idem

      

C. die niet in een aanloopgebied is gelegen

idem

directeur Kustwacht

tel: (+31223) 542300

fax:(+31223) 658358

telex: 71088 (Kustw-NL)

  
 

idem

de Rijkshaven-meester Westerschelde indien het schip anders dan via een aanloopgebied op weg is naar het gebied waarop het Scheepvaartreglement Westerschelde 1990 van toepassing is

Electronic Data Interchange (EDI) op de door de havenmeester aan te geven wijze

  

Toelichting

Algemeen

Deze regeling strekt tot gedeeltelijke implementatie van de bepalingen met betrekking tot de meldingsplichten van de zeescheepvaart, opgenomen in richtlijn nr. 2002/59/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 27 juni 2002 betreffende de invoering van een communautair monitoring- en informatiesysteem voor de zeescheepvaart en tot intrekking van Richtlijn 93/75/EEG van de Raad (PbEG L 208), hierna te noemen: de richtlijn. Het betreft de door schepen te verrichten melding voor het binnenlopen van de havens van lidstaten en de melding voor vertrek vanuit een dergelijke haven door schepen die gevaarlijke of schadelijke stoffen vervoeren.

Bij besluit van 27 augustus 2004, houdende wijziging van enige algemene maatregelen van bestuur in verband met de implementatie van richtlijn nr. 2002/59/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 27 juni 2002 betreffende de invoering van een communautair monitoring- en informatiesysteem voor de zeescheepvaart en tot intrekking van Richtlijn 93/75/EEG van de Raad (PbEG L 208) (Stb. 2004, 437), zijn de meldingsplichten uit de artikelen 4 en 13 van de richtlijn opgenomen in de artikelen 5 van het Scheepvaartreglement territoriale zee, 10.07 van het Binnenvaartpolitiereglement, 51a van het Scheepvaartreglement Westerschelde 1990 en 43a van het Scheepvaartreglement voor het Kanaal van Gent naar Terneuzen. Nadere uitwerking van die meldingsplichten vindt door middel van deze regeling plaats in de Regeling communicatie en loodsaanvragen zeevaart, hierna te noemen: de regeling. Bezien is welke gegevens volgens Bijlage I, punten 1 en 3, van de richtlijn moeten worden gemeld en nog niet in de regeling waren opgenomen. Materieel heeft dit geresulteerd in een geringe toename van het aantal te melden gegevens.

Ten opzichte van richtlijn nr. 93/75/EEG van de Raad van de Europese Unie van 13 september 1993 betreffende de minimumeisen voor schepen die gevaarlijke of verontreinigende goederen vervoeren en die naar of uit de zeehavens van de Gemeenschap varen (PbEG L 247), is de meldingsplicht voor het binnenlopen van havens uitgebreid tot alle zeeschepen met een bruto tonnage van 300 of meer, ook indien zij geen gevaarlijke of schadelijke stoffen vervoeren. Meldingen met betrekking tot operationele aangelegenheden waren voor deze schepen reeds in de regeling opgenomen. In die zin heeft er nauwelijks uitbreiding plaatsgevonden.

Administratieve lasten voor het bedrijfsleven

Door de implementatie van de richtlijn zijn de meldingsplichten van de zeescheepvaart ten opzichte van de bestaande meldingsplichten, zoals hiervoor reeds werd vermeld, nauwelijks uitgebreid. Extra is slechts de melding aan de bevoegde autoriteit voor schepen die geen gevaarlijke en schadelijke stoffen vervoeren en die tevens een bruto tonnage hebben van 300 of meer, van de verwachte tijd van vertrek uit de haven van bestemming en van het aantal opvarenden. Schepen die gevaarlijke of schadelijke stoffen vervoeren (die steeds een bruto tonnage hebben van 300 of meer) melden alleen extra: de naam, het adres en het telefoonnummer van de agent, kapitein of exploitant van het schip.

Deze extra meldingen nemen 1 minuut in beslag. Uitgaande van de gemiddelde loonkosten in deze branche per uur van € 61,–, kost een extra melding derhalve € 1,0166.

Het aantal aanlopen per jaar van Nederlandse schepen naar Nederlandse zeehavens bedraagt ongeveer 8400, zodat de kosten voor het Nederlandse bedrijfsleven van de extra meldingsplichten jaarlijks in zijn totaliteit ongeveer 8400 x € 1,0166 = € 8539,43 bedragen.

Het Adviescollege toetsing administratieve lasten (Actal) heeft medegedeeld dat het onderhavige dossier niet geselecteerd zal worden voor een zogenaamde Actaltoets.

Artikel I, onderdeel A

Artikel 1 van de regeling bepaalt van welke schepen de in de bijlagen bij de regeling opgenomen informatie moet worden gemeld. In verband met de wijziging van de in het algemeen deel van deze toelichting genoemde scheepvaartreglementen dient de verwijzing naar de artikelen daarvan te worden aangepast.

Artikel I, onderdeel B

In Bijlage 1 bij de regeling zijn schematisch de meldingsplichten uitgewerkt voor schepen die bepaalde gevaarlijke of schadelijke stoffen vervoeren. In de gewijzigde bijlage is ten opzichte van de bestaande bijlage de indeling enigszins gewijzigd en daarmee verduidelijkt. Daarnaast is de bijlage aangepast aan de gewijzigde scheepvaartreglementen, bijvoorbeeld met betrekking tot de aanduiding van de begrippen gevaarlijke en schadelijke stoffen. Om een goede uitvoering te geven aan de richtlijn is een klein aantal letteraanduidingen toegevoegd die aangeven welke gegevens in welke situatie moeten worden gemeld. Het betreft de aanduidingen B1, B2, I en T1. De betekenis van de letteraanduidingen is opgenomen in Bijlage 3 bij de regeling.

Artikel I, onderdeel C

In Bijlage 2 bij de regeling zijn schematisch de meldingsplichten uitgewerkt die geen betrekking hebben op gevaarlijke of schadelijke stoffen, de operationele meldingen en melding van gegevens met betrekking tot de beloodsing. Ook in deze bijlage zijn, om een goede uitvoering te geven aan de richtlijn, enkele letteraanduidingen toegevoegd die aangeven welke gegevens moeten worden gemeld voordat een haven, ankerplaats, of een in de Nederlandse territoriale zee gelegen laad- of losinrichting mag worden binnengevaren. Het betreft de aanduidingen B2 en W. Met betrekking tot de aanloopgebieden IJmond en Rotterdam is daarnaast in de uitzondering op de categorie schepen die deze gegevens moet melden, ‘schepen kleiner dan 20 meter zonder lading’ vervangen door ‘schepen met een bruto-tonnage van minder dan 300’.

Artikel I, onderdeel D

Bijlage 3 bij de regeling is zodanig gewijzigd dat de gegevens die ingevolge de richtlijn moeten worden gemeld in elke situatie met afzonderlijke letters kunnen worden aangeduid. In de gehanteerde omschrijvingen is zoveel mogelijk aangesloten bij de terminologie van de richtlijn. Dit heeft geresulteerd in de wijziging van een viertal letteraanduidingen en de toevoeging van twee letteraanduidingen. Hiermee wordt bereikt dat voor iedere situatie precies wordt voorgeschreven wat volgens de richtlijn moet worden gemeld en dat door gebruikmaking van een letteraanduiding niet onbedoeld extra informatie wordt gevraagd.

Artikel I, onderdeel E

Bij de vaststelling van de Regeling havenontvangstvoorzieningen is bijlage 4 aan de Regeling communicatie en loodsaanvragen zeevaart toegevoegd. Ten onrechte was bij de vaststelling van deze bijlage de haven van Breskens niet genoemd. Met deze wijziging wordt deze omissie hersteld.

Artikel II

Deze regeling stoelt mede op artikel 5, eerste, derde en vierde lid, van het Scheepvaartreglement territoriale zee, artikel 4, eerste lid, van het Vaststellingsbesluit Binnenvaartpolitiereglement, de artikelen 51, eerste en tweede lid, en 51a, eerste, derde en vierde lid, van het Scheepvaartreglement Westerschelde 1990 en artikel 43a, eerste en derde lid, van het Scheepvaartreglement voor het Kanaal van Gent naar Terneuzen, welke scheepvaartreglementen door het besluit van 27 augustus 2004, houdende wijziging van enige algemene maatregelen van bestuur in verband met de implementatie van richtlijn nr. 2002/59/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 27 juni 2002 betreffende de invoering van een communautair monitoring- en informatiesysteem voor de zeescheepvaart en tot intrekking van Richtlijn 93/75/EEG van de Raad (PbEG L 208) (Stb. 2004, 437) zijn gewijzigd. Die wijzigingen treden op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip in werking, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld. De in artikel II van deze regeling vervatte inwerkingtredingsbepaling is hierop afgestemd.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

K.M.H. Peijs

  • 1

    Stcrt. 1999, 62; laatstelijk gewijzigd bij de Regeling havenontvangstvoorzieningen, Stcrt. 2004, 183.

Naar boven