Aanpassing Vergoedingenbesluit Wet Nationale ombudsman

5 oktober 2004

Nr. 2004-0000016826

CZW

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Gelet op artikel 5 van het Vergoedingenbesluit Wet Nationale ombudsman;

Besluit:

Artikel 1

Ten aanzien van de verzoekschriften die zijn ontvangen in de periode 1 september 2003 tot en met 31 augustus 2004 worden de bedragen, genoemd in artikel 2 van het Vergoedingenbesluit Wet Nationale ombudsman, aangepast als volgt:

a. de vergoeding, verschuldigd krachtens artikel 2, eerste lid, van dat besluit bedraagt € 1005,– per verzoekschrift;

b. de vergoeding, verschuldigd krachtens artikel 2, tweede lid, onder a, van dat besluit bedraagt € 3119,– per verzoekschrift;

c. de vergoeding, verschuldigd krachtens artikel 2, tweede lid, onder b, van dat besluit bedraagt € 212,– per verzoekschrift.

Artikel 2

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, J.W. Remkes.

Toelichting

Op grond van artikel 1b van de Wet Nationale ombudsman kunnen bestuursorganen van provincies, gemeenten, waterschappen en gemeenschappelijke regelingen worden aangewezen waarop de Wet Nationale ombudsman van toepassing is.

Het Vergoedingenbesluit Wet Nationale ombudsman regelt de vergoedingen die de betrokken provincies, gemeenten, waterschappen en gemeenschappelijke regelingen verschuldigd zijn ter dekking van de kosten die zijn verbonden aan het beschikbaar stellen van de externe klachtvoorziening bij de Nationale ombudsman. De bedragen zijn berekend op basis van de gemiddelde tijd en capaciteit die de Nationale ombudsman in de behandeling van verzoekschriften steekt (principe van kostendekkendheid).

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties stelt elk jaar vast hoeveel een betreffende provincie, gemeente, waterschap of gemeenschappelijke regeling in totaal aan vergoedingen is verschuldigd.

Daarbij wordt uitgegaan van de periode van 1 september van het vorige jaar tot en met 31 augustus van het lopende jaar.

Artikel 5 van het Vergoedingenbesluit Wet Nationale ombudsman bepaalt dat de in dat besluit genoemde bedragen jaarlijks bij ministeriële regeling worden aangepast. De wijze waarop de aanpassing van de in het Vergoedingenbesluit Wet Nationale ombudsman genoemde bedragen geschiedt, is in artikel 5, eerste lid, van dat besluit als volgt geregeld:

overeenkomstig het door het Centraal Bureau voor de Statistiek in het kader van de Nationale Rekeningen vastgestelde prijsindexcijfer van de consumptie van de overheid van de activiteit algemeen bestuur, volgens de jaar-op-jaarmethode. Het prijsindexcijfer 2003 ten opzichte van 2002 is 1,4%. Dat betekent dat de bedragen zoals die gelden voor de periode 1 september 2002 tot en met 31 augustus 2003 moeten worden vermenigvuldigd met 1,014.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J.W. Remkes

Naar boven