Wijziging Uitvoeringsregeling Belastingdienst 2003

11 oktober 2004

Nr. WDB 2004/ 519M

Directoraat-Generaal voor Fiscale Zaken/Directie Wetgeving Directe Belastingen

De Staatssecretaris van Financiën,

Gelet op artikel 3, tweede lid, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en artikel 1, eerste lid, onderdelen r en s, van de Wet kinderopvang;

Besluit:

Artikel I

De Uitvoeringsregeling Belastingdienst 2003¹ wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1 wordt ‘Douanewet’ vervangen door ‘Douanewet,’ en wordt ‘en artikel 2, zevende lid, van het Tijdelijk besluit tegemoetkoming buitengewone uitgaven’ vervangen door: , artikel 2, zevende lid, van het Tijdelijk besluit tegemoetkoming buitengewone uitgaven en artikel 1, eerste lid, onderdelen r en s, van de Wet kinderopvang.

B

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, onderdeel d, vervalt:

– Interne accountantsdienst Belastingen (IAB);.

2. Aan het eerste lid wordt, onder vervanging van de punt aan het slot door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

f.

– Belastingdienst/Toeslagen.

3. Na het vierde lid wordt een lid toegevoegd, luidende:

5. De Belastingdienst/Toeslagen is belast met het vaststellen en verlenen van de tegemoetkoming van het Rijk in het kader van de Wet kinderopvang.

C

In artikel 4, tweede lid, wordt ‘onderdelen a tot en met d’ vervangen door: onderdelen a tot en met d en f.

D

Na artikel 5 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 5a

1. De voorzitters van de managementteams van de in artikel 3, eerste lid, onderdelen a, b en f, genoemde organisatieonderdelen zijn inspecteur en ontvanger als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdelen r en s, van de Wet kinderopvang.

2. De voorzitters van de managementteams van de in artikel 3, eerste lid, onderdelen a, b en f, genoemde organisatieonderdelen zijn inspecteur en ontvanger als bedoeld in artikel 2, zevende lid, van het Tijdelijk besluit tegemoetkoming buitengewone uitgaven.

E

In artikel 6 vervalt het vierde lid.

F

Artikel 20, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel z vervalt.

2. Onderdeel za wordt geletterd z.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, met dien verstande dat artikel I, onderdelen A, B, tweede en derde lid, C, D en E, in werking treedt op de dag waarop artikel 1, onderdelen r en s, van de Wet kinderopvang in werking treedt.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Financiën, J.G. Wijn.

Toelichting

Deze regeling strekt ertoe om de Uitvoeringsregeling Belastingdienst 2003 te wijzigen.

Artikel I

De wijziging in onderdeel B, eerste lid, is veroorzaakt doordat de Interne accountantsdienst Belastingen en de Auditdienst Financiën zijn samengevoegd. Het nieuwe organisatieonderdeel Auditdienst Financiën ressorteert rechtstreeks onder de secretaris-generaal en is daarmee geen onderdeel van de organisatie van de Belastingdienst.

De wijzigingen opgenomen in de onderdelen A, B, tweede en derde lid, C, D en E hangen samen met de inwerkingtreding van de Wet kinderopvang. Ingevolge artikel 1, eerste lid, onderdelen r en s, van de Wet kinderopvang dienen functionarissen te worden aangewezen die de functie van inspecteur en ontvanger in het kader van deze wet uitoefenen. Het nieuwe organisatieonderdeel Belastingdienst/Toeslagen wordt belast met het vaststellen en verlenen van de tegemoetkoming van het Rijk in het kader van de Wet kinderopvang. De voorzitter van dit managementteam wordt ook aangewezen als inspecteur en ontvanger als hiervoor bedoeld, evenals de voorzitters van de managementteams die deze functies uitoefenen in het kader van de heffing en invordering van rijksbelastingen. Met de instelling van de Belastingdienst/Toeslagen wordt aangesloten bij het wetsvoorstel voor de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen waarin is voorgesteld is om de Belastingdienst/Toeslagen te belasten met de uitvoering van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen.

Voorts wordt van de gelegenheid gebruik gemaakt om de aanwijzing van de bevoegde functionarissen in het kader van het Tijdelijk besluit tegemoetkoming buitengewone uitgaven, te verplaatsen van artikel 6, vierde lid, naar het nieuwe artikel 5a omdat dit beter past in de structuur van de regeling.

De in onderdeel F opgenomen wijziging is het gevolg van de verplaatsing van het UNHCR-kantoor van Den Haag naar Brussel per 1 april 2004.

Uit de onderhavige wijziging vloeien geen informatieverplichtingen voor het bedrijfsleven voort.

De Staatssecretaris van Financiën,

J.G. Wijn

• 1 Stcrt. 2002, 247: laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 28 juni 2004, nr. WDB 2004/328M (Stcrt. 126).