Wijziging Paspoortuitvoeringsregeling Nederland 2001
Regeling van de Minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties houdende wijziging van de Paspoortuitvoeringsregeling Nederland 2001
22 september 2004
Nr. BPR2004/U73626
Directoraat-Generaal Koninkrijksrelaties en Bestuur
De Minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties,
Gelet op artikel 59 van de Paspoortwet;
Besluit:
Artikel I
De Paspoortuitvoeringsregeling Nederland 20011 wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 94 wordt het derde lid vervangen door vier nieuwe leden, luidende:
3. De burgemeester laat een keer per drie jaar een onderzoek uitvoeren door een deskundige met kennis van zaken op het terrein van auditing, die niet betrokken is of is geweest bij de beleidsvoorbereiding, planvorming of feitelijke uitvoering van de reisdocumentuitgifte of daarmee verband houdende beveiligingsmaatregelen in de gemeente. Het onderzoek heeft betrekking op de wijze waarop uitvoering is gegeven aan het eerste en tweede lid, alsmede op de werking van beveiligingsmaatregelen in de praktijk.
4. De deskundige voert het onderzoek uit aan de hand van het onderzoeksprotocol en de toepasselijke vragenlijst zoals die zijn opgenomen in bijlage K. Voor het invullen van de vragenlijst wordt gebruik gemaakt van de daartoe door het agentschap BPR beschikbaar gestelde internetfaciliteiten. Met behulp van deze internetfaciliteiten wordt tevens de definitieve versie van de ingevulde vragenlijst op elektronische wijze aan het agentschap BPR toegezonden.
5. De burgemeester biedt de elektronische versie van de ingevulde vragenlijst, bedoeld in het vierde lid, door middel van een aanbiedingsbrief volgens modelformulier C13 aan het agentschap BPR aan, vergezeld van een door de deskundige ondertekende schriftelijke verklaring volgens modelformulier C14, waarin wordt vermeld dat deze instaat voor de juistheid van de in het kader van het onderzoek verstrekte gegevens.
6. Het agentschap BPR kan in aanvulling op het in het derde lid bedoelde onderzoek steekproefsgewijze een nader onderzoek uitvoeren.
B
Aan Bijlage C worden Modelformulier C13, getiteld ‘Aanbieding resultaten onderzoek beveiligingsmaatregelen reisdocumenten’ en Modelformulier C14 ‘Verklaring deskundige inzake onderzoek beveiligingsmaatregelen reisdocumenten’ toegevoegd.
C
Na bijlage J wordt een nieuwe bijlage K opgenomen, bestaande uit het ‘Onderzoeksprotocol beveiliging reisdocumenten’, de ‘Vragenlijst bij het driejaarlijks onderzoek beveiliging reisdocumenten’ en de ‘Vragenlijst bij het driejaarlijks onderzoek beveiliging reisdocumenten, versie Extra uitgiftelocaties’.
Artikel II
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 oktober 2004.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst, met uitzondering van bijlage K die ter inzage wordt gelegd bij het agentschap Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, adres: Lange Vijverberg 11 te Den Haag.
De Minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties, Th.C. de Graaf.
Modelformulier C13
Aanbieding resultaten onderzoek beveiligingsmaatregelen reisdocumenten
Aan:
Agentschap BPR
Postbus 10451
2501 HL Den Haag
Betreft: aanbieding van resultaten onderzoek reisdocumenten
Hierbij bied ik u de resultaten van het onderzoek, als bedoeld in artikel 94 lid 3 van de Paspoortuitvoeringsregeling 2001 van de gemeente ......... (naam gemeente) aan. De elektronische versie van deze rapportage is reeds via het internet aan het agentschap BPR beschikbaar gesteld. Tevens bied ik u hierbij de verklaring aan van de (naam functie) die het onderzoek heeft uitgevoerd. In deze verklaring geeft de (naam functie) aan dat hij instaat voor de juistheid van de verstrekte gegevens van het verrichte onderzoek. Indien de resultaten van het onderzoek daartoe aanleiding geven zal ik erop toezien dat de dan noodzakelijk gebleken (aanvullende) beveiligingsmaatregelen in mijn gemeente zullen worden getroffen.
Plaats en datum
Handtekening van de burgemeester
Modelformulier C14
Verklaring deskundige inzake onderzoek beveiligingsmaatregelen reisdocumenten
Aan:
Agentschap BPR
Postbus 10451
2501 HL Den Haag
Betreft: Verklaring deskundige onderzoek beveiligingsmaatregelen reisdocumenten
Ondergetekende (naam; functie; organisatie) verklaart het driejaarlijkse onderzoek als bedoeld in artikel 94 lid 3 van de PUN 2001 volgens de bepalingen in het onderzoeksprotocol te hebben uitgevoerd en verklaart voorts, op grond hiervan, dat de antwoorden op de gestelde vragen een correcte weergave vormen van de feitelijk waargenomen situatie bij de gemeente.
Plaats en datum
Handtekening
Toelichting
Inleiding
De wijziging van de paspoortuitvoeringsregeling Nederland 2001 (PUN 2001) houdt verband met enkele aanpassingen in de opzet van het driejaarlijks onderzoek dat gemeenten moeten laten verrichten naar de wijze waarop uitvoering is gegeven aan de beveiligingsmaatregelen met betrekking tot de reisdocumenten.
In artikel 94, eerste en tweede lid, van de PUN 2001 is de jaarlijkse controle neergelegd op de door de gemeente genomen beveiligingsmaatregelen met betrekking tot reisdocumenten, conform de voorschriften in Beveiligingsnet. Het derde lid van artikel 94 bepaalde voorts dat de burgemeester één keer per drie jaar een extern deskundige een onderzoek laat uitvoeren op de wijze waarop uitvoering is gegeven aan de bovengenoemde jaarlijkse controle.
Op 1 oktober a.s. zal de periode van drie jaar sedert de inwerkingtreding van de PUN 2001 zijn verstreken en dienen de gemeenten derhalve de genoemde controle door een deskundige te laten uitvoeren. In overleg met de VNG en de NVVB is nagegaan op welke wijze het onderzoek op de effectiviteit van de getroffen beveiligingsmaatregelen het beste kan worden ingericht, mede in het licht van de ervaringen die inmiddels in de gemeenten met Beveiligingsnet zijn opgedaan. Daarbij is geconcludeerd dat het gestelde in artikel 94, derde lid, diende te worden aangevuld met een aantal nadere voorschriften, die waarborgen dat het desbetreffende onderzoek op een juiste, informatieve en uniforme wijze kan plaatsvinden. Dit heeft geleid tot een wijziging van artikel 94, waarbij het derde lid is aangepast en drie nieuwe leden zijn toegevoegd.
De wijzigingen hebben betrekking op het noemen van een aantal eisen, waaraan de deskundige moet voldoen, een nadere omschrijving van het onderzoek dat zich niet alleen dient te richten op een administratieve controle van de getroffen beveiligingsmaatregelen maar ook op de werking daarvan in de praktijk, het uitvoeren van het onderzoek aan de hand van een onderzoeksprotocol en vooraf vastgestelde vragenlijsten, die op elektronische wijze moeten worden ingevuld via de website van het agentschap BPR en de mogelijkheid om aanvullend steekproefsgewijze nader onderzoek uit te voeren.
Doelstelling van het onderzoek
Het doel van het onderzoek reisdocumenten is drieledig:
1. Het onderzoek moet voor de gemeenten en voor het agentschap BPR een impuls zijn om de kwaliteit van de beveiliging en het beveiligingsbewustzijn voortdurend op peil te houden en/of te verbeteren.
2. Het onderzoek moet aantonen of de gemeente een voldoende sterke schakel in het reisdocumentenproces is.
3. Het onderzoek moet de minister van informatie voorzien om zijn verantwoordelijkheid voor de juiste werking van het reisdocumentenstelsel waar te kunnen maken.
Eisen aan de deskundige
Het begrip ‘deskundige’ in het nieuwe artikel 94 lid 3 van de PUN 2001 dient te worden geïnterpreteerd als: een functionaris met kennis van zaken op het gebied van auditing. De functionaris mag niet betrokken zijn (geweest) bij de beleidsvoorbereiding, planvorming en/of het feitelijke uitvoeringsproces van de reisdocumentenuitgifte of daarmee verband houdende beveiligingsmaatregelen in de gemeente.
Uitvoering van het onderzoek
Het onderzoek dient te geschieden met inachtneming van het Onderzoeksprotocol beveiliging reisdocumenten. Dit protocol bevat informatie over de opzet, verwerking en uitvoering van het onderzoek. Tevens zijn voor de uitvoering van het onderzoek twee vragenlijsten ontwikkeld, een voor gemeenten met één uitgiftelocatie en een voor gemeenten met extra uitgiftelocaties. Deze vragenlijsten en het protocol zijn opgenomen in de nieuwe bijlage K.
De deskundige, genoemd in artikel 94 lid 3 van de PUN 2001, dient met gebruikmaking van de internetfaciliteiten van het agentschap BPR de toepasselijke vragenlijst(en) in te vullen. Na het definitief maken van de ingevulde vragenlijst wordt deze door de deskundige via de genoemde internetapplicatie naar het agentschap BPR gestuurd. De op deze – elektronische – wijze verzonden resultaten van het onderzoek worden gevalideerd door een verklaring van de deskundige die het onderzoek heeft uitgevoerd. Deze verklaring wordt als bijlage gevoegd bij een door de burgemeester persoonlijk ondertekende brief, waarin hij de resultaten van het onderzoek aanbiedt. De brief en de bijbehorende verklaring worden per post naar het agentschap BPR gestuurd. De inhoud van de aanbiedingsbrief en de verklaring van de deskundige zijn als modelformulier in bijlage C13 en C14 bij de PUN 2001 opgenomen.
Nadat het agentschap BPR de resultaten van het onderzoek via internet, alsmede de verklaring van de deskundige en de aanbiedingsbrief van de burgemeester per post heeft ontvangen, worden zij beoordeeld en ontvangt de gemeente een terugkoppeling met daarin – indien van toepassing – aanbevelingen voor het verbeteren van de beveiliging van de reisdocumentenverstrekking.
Steekproeven
In aanvulling op het onderzoek zal in een aantal gemeenten steekproefonderzoeken worden gehouden. Deze hebben tot doel het landelijk beeld te onderbouwen door na te gaan of de uitkomsten van de onderzoeken een juiste afspiegeling vormen van de werkelijke situatie. Met andere woorden, de steekproef gaat na of de gegeven antwoorden in de gemeentelijke vragenlijst(en) daadwerkelijk conform de gemeentelijke situatie zijn.
Terinzagelegging onderzoeksprotocol en vragenlijsten
De onderhavige regeling treedt in werking met ingang van 1 oktober 2004. Het genoemde onderzoeksprotocol en de te gebruiken vragenlijsten, opgenomen in bijlage K bij de PUN 2001, worden niet in de Staatscourant gepubliceerd, maar ter inzage gelegd.
De Minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties,
Th.C. de Graaf