Wijziging Regeling inrichting begroting en jaarrekening Sanquin

Besluit van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 18 augustus 2004, nr. GMT/MT 2491701, houdende wijziging van de Regeling inrichting begroting en jaarrekening Sanquin

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op de artikelen 7, tweede lid, en 8 eerste lid, van de Wet inzake bloedvoorziening;

Besluit:

Artikel I

De Regeling inrichting begroting en jaarrekening Sanquin wordt gewijzigd als volgt:

A

In de bijlage komt paragraaf 10 Huisvestingskosten te luiden:

§ 10. Huisvestingskosten

1. De in de begroting van de bloedbanken onder de rubriek ‘Huisvestingskosten’ opgenomen post ‘Huren’ en de in de rubriek ‘Afschrijvingen’ verantwoorde post ‘Gebouwen en Terreinen’ worden getoetst aan een jaarlijks door Sanquin op te stellen en bij de begroting te voegen middellange termijn huisvestingsplan (huisvestingsplan).

2. Het huisvestingsplan dient:

– te passen binnen het Ministerieel Plan Bloedvoorziening;

– de kosten van de bestaande huisvesting weer te geven;

– voor de jaren t+1 tot en met jaar t+5 inzicht te geven in de voorgenomen toekomstige huisvesting van hoofdvestigingen, solitaire donorcentra en afname posten. De financiële gevolgen dienen daarbij te worden aangegeven;

– het voornemen tot het vervreemden van registergoederen in eigendom te vermelden.

3. Het huisvestingsplan dient, gelijktijdig met de indiening van de begroting bij de Minister, in tweevoud bij het College bouw ziekenhuisvoorzieningen (College bouw) ter beoordeling te worden voorgelegd. Het College bouw brengt binnen 6 weken na ontvangst van het huisvestingsplan daarover advies uit aan de Minister van VWS. Van dit advies ontvangt Sanquin een afschrift.

4. Tot daadwerkelijke start van een nieuwbouwinitiatief van een hoofdvestiging kan worden overgegaan nadat de Minister van VWS, op basis van het definitief ontwerp en aan de hand van een door het College bouw aan de Minister van VWS daarover uitgebracht advies, een uitspraak heeft gedaan over de aanvaardbare hoogte van de uit dat initiatief voortvloeiende exploitatiegevolgen. De betreffende bescheiden dienen daartoe door Sanquin rechtstreeks bij het College bouw te worden ingediend.

Het College bouw adviseert de Minister van VWS binnen vier maanden na ontvangst van bedoelde bescheiden. Van dit advies ontvangt Sanquin een afschrift.

5. De in het huisvestingsplan opgenomen voornemens tot (ver)bouw of huur van solitaire donorcentra, afname posten en de verbouw van hoofdvestigingen kunnen, indien in de door de Minister van VWS goedgekeurde begroting de daaruit voortvloeiende exploitatiekosten zijn opgenomen, worden geëffectueerd. De Minister van VWS kan in voorkomende gevallen beslissen dat, voordat een dergelijk bouwplan worden gerealiseerd, het College bouw van dat aangegeven initiatief het definitief ontwerp beoordeelt. In deze situatie is de goedkeuringsprocedure zoals aangeven in het vierde lid van overeenkomstige toepassing.

6. Binnen 10 jaar na ingebruikname of ingrijpende renovatie van een hoofdvestiging of solitair donorcentrum (d.w.z. 50% of meer van het bestaande bouwvolume) is aan bouw geen behoefte tenzij een dergelijk bouwinitiatief noodzakelijk is vanwege ingrijpende functiewijzigingen ten opzichte van de bestaande functies of in geval van noodsituaties.

7. Bij verkoop van registergoederen dient het College sanering ziekenhuisvoorzieningen (College sanering) te worden betrokken.

8. De in de begroting opgenomen en niet aan hoofdvestigingen, solitaire donorcentra, afnameposten en het Centraal Bureau toe te rekenen huisvestingskosten dienen gedekt te worden uit de baten van activiteiten van het CLB.

B

In de bijlage komt in paragraaf 12 Rekenregels het vijfde lid Huisvestingskosten te luiden:

5. Huisvestingskosten

a. Bij het opstellen van het huisvestingsplan t+1 dient voor investeringen in terreinen en gebouwen, voor zover het nieuwbouw betreft, uitgegaan te worden van de investeringsbedragen bedragen per m2 zoals die door het College bouw in de advisering over het huisvestingsplan van jaar t zijn aangegeven.

b. De maximum oppervlakte van hoofdvestigingen, solitaire donorcentra en donorcentra geïntegreerd in een hoofdvestiging zijn gebaseerd op standaard programma’s van eisen. De Minister van VWS zal deze standaard programma’s van eisen in de brief waarmee de begroting voor het jaar 2005 wordt goedgekeurd vastleggen. Eventuele mutaties daarop worden, na advisering daarover door het College bouw, door de Minister van VWS in de brief waarin hij zich uitspreekt over de begroting van enig jaar vastgesteld. Tot de goedgekeurde begroting voor het jaar 2005 gelden de m2 en oppervlakte specificaties zoals die waren opgenomen in Annex II.

c. Voor de verrekening van opgetreden loon- en prijsontwikkelingen zijn maximaal de prijsbijstellingen aanvaardbaar berekend op basis van de Bouwkosten indexcijfers voor de gezondheidszorg zoals gepubliceerd in de bouwkostennota die het College bouw jaarlijks uitbrengt.

d. Voor jaarlijkse instandhoudingsinvesteringen dient bij de begrotingsopstelling per m2 uitgegaan te worden van 0,8% per m2 van de investeringskosten per m2 zoals op basis van het eerste lid zijn berekend. Voor huursituaties, waarbij de financiële gevolgen van jaarlijkse instandhoudingsinvesteringen in de huur zijn opgenomen, blijft de reservering achterwege.

e. Financiële consequenties voortvloeiende uit de verkoop van register goederen worden betrokken bij de begrotingsbeoordeling en goedkeuring. Het door het College sanering akkoord bevonden transactieresultaat is daarbij uitgangspunt.

C

Annexen I en II komen te vervallen.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, J.F. Hoogervorst.

Toelichting

Algemeen

Op grond van artikel 7, derde lid, van de Wet inzake bloedvoorziening keurt de Minister van VWS (Minister) de begroting van Sanquin goed. De Minister kan aan de inrichting van de begroting regels stellen. Wat betreft de in de begroting op te nemen huisvestingskosten zijn in de bijlage bij de op 24 december 1999 vastgestelde ‘Regeling inrichting begroting en jaarrekening Sanquin’ voor de huisvestingskosten van publieke activiteiten (hoofdvestiging, solitair donorcentrum en afnamepost) voorschriften gesteld. Bij de begroting dient voor de huisvesting van publieke activiteiten een middellange termijn huisvestingsplan (huisvestingsplan) te worden gevoegd. Ook zijn er regels gesteld over de samenstelling van het huisvestingsplan. Voor het door middel van bouw of huur verkrijgen van nieuwe of vervangende huisvesting is, buiten de in de goedgekeurde begroting opgenomen exploitatiegevolgen van die initiatieven, een goedkeuring van de Minister vereist over het definitief ontwerp van het nieuwbouwplan dan wel toestemming zijn verleend tot huur.

De gewijzigde regeling beoogt een vereenvoudiging en beperking van regels inzake de samenstelling van het huisvestingsplan en de procedure tot het realiseren van (vervangende) nieuwbouw door bouw dan wel het verkrijgen door huur. Het huisvestingsplan heeft zich in de loop van de tijd zo ontwikkeld dat de wijze van samenstelling daardoor minder voorschriften vergt. Niet veranderd is dat de in het huisvestingsplan vermelde exploitatiegevolgen voor het jaar t+1 definitief en voor jaar t+2 tot en met jaar t+5 indicatief zijn. Het College bouw ziekenhuisvoorzieningen (College bouw) adviseert de Minister over het huisvestingsplan.

Voortaan beperkt de goedkeuring van bouwinitiatieven door de Minister zich tot het definitief ontwerp van de nieuwbouw van hoofdvestigingen. Het College bouw adviseert de Minister hierover. Over de wijze van advisering zijn met het College bouw afspraken gemaakt. Hierdoor kan de goedkeuring van de Minister administratief beperkt blijven. De (ver)bouw en huur van solitaire donorcentra en afnameposten zijn niet meer aan een goedkeuring van de Minister onderhevig. De bij de opstelling van het huisvestingsplan te hanteren maximale oppervlakten en de verdeling daarvan naar functies van hoofdvestigingen, solitaire donorcentra, afname posten en donorcentra geïntegreerd in hoofdvestigingen zijn vastgelegd in standaard programma’s van eisen (p.v.e). De bij het opstellen van het huisvestingsplan en de overige bouwinitiatieven te hanteren maximale investeringskosten per m2 worden gegeven in het advies, dat het College bouw aan de Minister over het huisvestingsplan jaar t+1, uitbrengt.

Verbouwinitiatieven van hoofdvestigingen vergen eveneens geen goedkeuring van de Minister. Hier geldt wel dat in de goedgekeurde begroting daartoe de exploitatiegevolgen dienen te zijn opgenomen. In voorkomende gevallen kan de Minister bepalen dat een dergelijk verbouwinitiatief wel zijn goedkeuring behoeft. Hierbij gaat het om initiatieven waarbij de verbouwkosten meer bedragen dan 50% van de vervangende nieuwbouw waarde van de betreffende voorziening.

Indien sprake is van bouw binnen de in het zesde lid gestelde termijn van 10 jaar kan aan de realisering van een dergelijk initiatief de voorafgaande goedkeuring daarvoor door de Minister als voorwaarde worden gesteld.

Paragraaf 10

Lid 2

Aangegeven wordt aan welke eisen het huisvestingsplan ten minste dient te voldoen om de daaruit voortvloeiende exploitatiegevolgen (huur, afschrijving) te kunnen beoordelen.

Lid 3

Voorheen werd het huisvestingsplan alleen bij de Minister ingediend. Deze vroeg daarover advies aan het College bouw. Thans wordt het huisvestingsplan door Sanquin tevens rechtstreeks bij het College bouw ingediend. Na ontvangst brengt het College bouw daarover advies uit. Hiervoor is een termijn gesteld.

Lid 4

Het definitief ontwerp van een bouwinitiatief wordt niet meer bij de Minister doch rechtstreeks bij het College bouw ingediend. Binnen een gestelde termijn brengt het College bouw hierover advies uit aan de Minister.

Lid 6

In deze regeling dit is een nieuwe bepaling. Deze bepaling komt overeen met het voor ziekenhuizen gestelde in de Richtlijnen artikel 3 ex Wet ziekenhuisvoorzieningen.

Paragraaf 12

Onderdeel a

De bij de bepaling van investeringskosten te hanteren prijs per m2 werd jaarlijks door de Minister vastgesteld en aan Sanquin bekend gemaakt. Thans worden deze cijfers voor het volgende begrotingsjaar in het advies van het College bouw over het beoordeelde huisvestingsplan aangegeven.

Onderdeel b

De maximale vloeroppervlakten en de verdeling daarvan over functies zijn vastgelegd in p.v.e. Voorheen waren deze p.v.e. opgenomen als annex I en II van de ‘Regeling inrichting begroting en jaarrekening Sanquin’. In de huidige situatie worden deze p.v.e. vastgelegd in de brief waarmee de Minister de begroting goedkeurt. Wijzigingen daarop zullen, na advisering daarover door het College bouw, bij de begrotingsgoedkeuring worden vastgesteld.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

J.F. Hoogervorst

Naar boven