Besluit geheimhouding diensten, leveringen en werken t.b.v. het Catshuis

Besluit van de Minister-President, Minister van Algemene Zaken, d.d. 30 juni 2004, nr. 04M467200, tot geheimhouding van diensten, leveringen en werken ten behoeve van bouw-, installatie-, onderhouds- en inrichtingswerkzaamheden aan het Catshuis te Den Haag en de daarbij nu en in de toekomst behorende gebouwen en objecten

De Minister-President, Minister van Algemene Zaken,

Gelet op:

a. artikel 4, tweede lid, van richtlijn nr. 92/50/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 18 juni 1992 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor dienstverlening (PbEG L 209);

b. artikel 2, eerste lid, onder b, van richtlijn nr. 93/36/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 14 juni 1993 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor leveringen (PbEG L 199);

c. artikel 4, onder b, van richtlijn nr. 93/37/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 14 juni 1993 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor de uitvoering van werken (PbEG L 199);

d. de artikelen 6, eerste lid, 11, eerste lid, en 15, eerste lid, van het Besluit overheidsaanbestedingen;

Besluit:

Artikel 1

Geheim worden verklaard diensten, leveringen en werken ten behoeve van bouw-, installatie-, onderhouds- en inrichtingswerkzaamheden aan het Catshuis te Den Haag en de op het terrein van het Catshuis bestaande en nog te realiseren gebouwen en objecten.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin dit besluit is geplaatst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister-President, Minister van Algemene Zaken, J.P. Balkenende.

Toelichting

Het Catshuis en de daarbij behorende huidige of toekomstige gebouwen en objecten en het terrein staan ten dienste van het gebruik van de gebouwen als vergaderruimte voor de ministerraad, als ambtswoning van de Minister-President en als ontvangstruimte voor staatshoofden, regeringsleiders en andere hoge buitenlandse gasten.

In verband met dit gebruik is het van belang om inbreuken op het veiligheidsregime van de gebouwen en objecten optimaal te handhaven. De kwetsbaarheid van deze veiligheid ligt onder andere in de gedetailleerde kennis die derden op zouden kunnen doen aan de hand van bestekken, stukken over veiligheidsinstallaties en andere gevoelige informatie aangaande bouwkundige, installatietechnische en inrichtingsaspecten. Dit risico wordt daarom beperkt door toepassing te geven aan de mogelijkheid van geheimverklaring van diensten, leveringen en werken, zoals vastgelegd in de Europese aanbestedingsrichtlijnen.

De Minister-President, Minister van Algemene Zaken,

J.P. Balkenende

Naar boven