Wijziging bedragen genoemd in de WIK per 1 april 2003

19 maart 2003

nr. B&GA/IW/03/19060

Directie Bijstand en Gemeentelijk Activeringsbeleid

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, M. Rutte,

Gelet op artikel 12 van de Wet inkomensvoorziening kunstenaars;

Besluit:

Artikel I

De bedragen en het percentage, genoemd in de artikelen 4, 9, 10 en 11 van de Wet inkomensvoorziening kunstenaars worden als volgt gewijzigd:

A

In artikel 4 wordt «€ 794,90» vervangen door: € 795,88; «€ 1.022,01» vervangen door: € 1.023,27 en «€ 1.135,57» vervangen door: € 1.136,97.

B

In artikel 9, eerste lid, wordt «€ 556,43» vervangen door: € 557,12.

C

In artikel 10 wordt «€ 993,63» vervangen door: € 994,85; «€ 1.277,51» vervangen door: € 1.279,09 en «€ 1.419,46» vervangen door: € 1.421,21.

D

In artikel 11, eerste lid, wordt «4,8%» vervangen door: 4,7%.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking op 1 april 2003.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 19 maart 2003.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,M. Rutte.

Toelichting

De bedragen genoemd in de Wet inkomensvoorziening kunstenaars (WIK) dienen te worden herzien voor zover de ontwikkeling van het netto minimumloon en de netto vakantieaanspraak op minimumvakantiebijslag daartoe aanleiding geeft. Met ingang van 1 april 2003 gelden nieuwe loonbelastingtabellen. In verband daarmee wijzigt het nettominimumloon. Als gevolg daarvan dient toepassing te worden gegeven aan de in de WIK genoemd indexeringsbepalingen. Dit besluit strekt daartoe.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

M. Rutte.

Naar boven