De Minister-President, Minister van Algemene Zaken,
Gelet op artikel 15, eerste lid, onder a, b en c, en artikel 15, tweede
lid, van de Archiefwet 1995 en artikel 10 van het Archiefbesluit 1995;
Besluit:
1. Met het oog op de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer, het
belang van de Staat en zijn bondgenoten en het anderszins voorkomen van onevenredige
bevoordeling of benadeling van betrokken natuurlijke personen of rechtspersonen
dan wel derden worden beperkingen gesteld aan de openbaarheid van bescheiden
die in de vierdelige inventaris van archiefbescheiden van het ministerie voor
Algemeene Oorlogvoering van het Koninkrijk (1942-1946), het Kabinet van de
Minister-President (1946-1947) en het Ministerie van Algemene Zaken, Kabinet
van de Minister-President (1947-heden) die als bijlage I bij dit besluit is
gevoegd, zijn vermeld als bescheiden waarop een beperking aan de openbaarheid
rust.
2. De wettelijke grondslag en de duur van de beperkingen aan de openbaarheid
van deze bescheiden worden vastgesteld zoals vermeld in de genoemde inventaris.
3. Over beperkingen aan de openbaarheid van bescheiden die in de inventaris
zijn vermeld als bescheiden waarop een beperking aan de openbaarheid rust
die inhoudt dat een herbeoordeling plaatsvindt voor het verstrijken van de
aangegeven termijn, wordt bij het verstrijken van deze termijn beslist na
overleg met de Minister-President, Minister van Algemene Zaken.
4. Raadpleging van de bescheiden waarop een beperking aan de openbaarheid
berust en die kunnen worden geraadpleegd na ondertekening van een verklaring,
kan alleen plaatsvinden na ondertekening van de verklaring waarvan het model
als bijlage II bij dit besluit is gevoegd.
5. Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de
dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
's-Gravenhage, 10 februari 2003.
De Minister-President, Minister
van Algemene Zaken,J.P. Balkenende.