Overdracht winningsvergunning

Uittreding GDF Participation Nederland B.V. (Blokdeel P2a)

23 december 2003

nr. ME/EP/UM/3076223

De Minister van Economische Zaken,

Procesverloop:

- Wintershall Noordzee B.V. (Wintershall), Dyas B.V. (Dyas), Van Dyke Netherlands Inc. (Van Dyke), Oranje Nassau Energie B.V. (Oranje Nassau) en GDF Participation Nederland B.V. (GDF) zijn de houders van de bij beschikking van de Minister van Economische Zaken van 12 juni 1996, nr. E/EOG/MW/96035745 (Stcrt. 1996, 116), verleende winningsvergunning, voor blokdeel P2a van het continentaal plat;

- GDF heeft te kennen gegeven haar belangen in deze vergunning over te willen dragen aan Wintershall;

- De vergunninghouders hebben bij brief van 11 november 2003 verzocht om toestemming op grond van artikel 20 van de Mijnbouwwet (Stb. 2002, 542) voor overdracht van bovenbedoelde vergunning aan Wintershall, Dyas, Van Dyke en Oranje Nassau.

Overwegingen:

- De winningsvergunning wordt op grond van artikel 143, tweede lid onder c, van de Mijnbouwwet beschouwd als een winningsvergunning als bedoeld in artikel 6 van de Mijnbouwwet;

- Voor het gebied waarvoor de winningsvergunning geldt, geldt niet ook een door een ander gehouden opslagvergunning voor opslag in aardgas- of aardolievoorkomens;

- Noch de technische of financiële mogelijkheden van de beoogde vergunninghouders, noch de wijze waarop zij voornemens zijn met de vergunning activiteiten te verrichten, noch hun efficiëntie en verantwoordelijkheidszin bij opsporings- en winningsactiviteiten geven aanleiding de gevraagde toestemming te weigeren.

Gelet op artikel 20 van de Mijnbouwwet en artikel 1.3.7, derde lid, van de Mijnbouwregeling (Stcrt. 2002, 245);

Besluit:

1. De houders van de winningsvergunning voor blokdeel P2a, verleend bij beschikking van de Minister van Economische Zaken van 12 juni 1996, nr. E/EOG/MW/96035745 (Stcrt. 1996, 116), toestemming te verlenen tot overdracht van deze vergunning aan Wintershall, Dyas, Van Dyke en Oranje Nassau.

2. Wintershall is de aangewezen persoon als bedoeld in artikel 22, vijfde lid, van de Mijnbouwwet.

3. Deze beschikking treedt in werking met ingang van de dag na die waarop de beschikking is bekendgemaakt.

Deze beschikking wordt bekendgemaakt door toezending aan de aanvrager.

Van deze beschikking wordt mededeling gedaan in de Staatscourant.

De Minister van Economische Zaken,namens deze:
J.C. De Groot, directeur Energieproductie.

Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken binnen 6 weken na de dag van verzending van dit besluit een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Minister van Economische Zaken, Directie Wetgeving en Juridische Zaken (ALP: L/1410), Postbus 20101, 2500 EC 's-Gravenhage.

Naar boven